Aangemaakte reacties

10 berichten aan het bekijken - 31 tot 40 (van in totaal 1,680)
  • Auteur
    Reacties
  • In reactie op: Alcohol, drugs en verslaving #277090
    Luka
    Moderator

      Als je rent om te vergeten ligt een sportverslaving op de loer

      Bewegen is goed. Maar niet als het een manier is om te ontsnappen aan mentale problemen.

      Er zijn twee manieren om aan hardlopen te doen, stellen Noorse onderzoekers. De eerste draait om een cognitief proces van zelfontplooiing. Je realiseert jezelf, je denkt na over wat belangrijk voor je is, je laat je gedachten gaan over je plannen en verlangens. De tweede manier houdt verband met een tegenovergesteld proces van zogenaamde zelfonderdrukking. Via sporten hou je onaangename gedachten of emoties op afstand. Zo wordt sporten escapisme: je ontsnapt aan een pijnlijke mentale toestand. Je hoeft even niet te denken aan het aanpakken van problemen, of piekeren over pijnlijke episodes uit het verleden. Dat komt doordat langdurige fysieke inspanning leidt tot een afname van hersenactiviteit in de frontale kwab.

      Goed plan? Toch niet. Uit het Noorse onderzoek blijkt dat de ‘escapisten’ na het hardlopen een dip in hun welzijn ervaren. Daardoor hebben ze de neiging snel opnieuw te gaan sporten, om te vergeten hoe slecht ze zich voelen. Zo ligt een sportverslaving op de loer.

      Om daar uit te geraken, is er maar één oplossing: identificeren wat je motivatie is om te sporten. Als je beseft dat je moet hardlopen om aan problemen te ontsnappen, dan moet je die problemen aanpakken, eventueel met een therapeut. Sport kun je beter reserveren voor zelfontplooiing. Want vergeten, zelfs met sportschoenen aan, duurt niet lang.

      Bron: EOS wetenschap >>

      Luka
      Moderator
      Topic starter

        De danswereld kampt met ‘een breed scala aan misstanden’

        Grensoverschrijdend gedrag Vier op de tien actieve dansers hadden afgelopen jaar te maken met minstens één vorm van grensoverschrijdend gedrag. 11 procent met de seksuele variant. „In een versnipperd landschap neemt niemand verantwoordelijkheid.”


        Onderzoeksleiders Marjan Olfers en Anton van Wijk maandag bij de presentatie van hun rapport in Amsterdam.
        Foto Koen van Weel/ANP

        „Dansen doe je niet, dat bén je’’, zegt een van de professionele dansers die geïnterviewd is voor het maandag verschenen onderzoeksrapport naar grensoverschrijdend gedrag in de danswereld. Het onderzoek richt zich op alle georganiseerde dansstijlen: van klassiek ballet en stijldansen, tot urban, salsa en musical.

        Voor dansers is dansen een manier om hun emoties uit te drukken, ontdekte hoogleraar sport en recht Marjan Olfers, die het onderzoek samen met criminoloog Anton van Wijk leidde. „Ze zijn verbaal niet altijd sterk, ze spreken vooral met hun lichaam.” Dansers vormen een kleine en vaak hechte gemeenschap. „De mensen met wie zij dansen voelen als familie. Ze zien elkaar vaak ook nog na werk.” Dat zijn ingrediënten die volgens Olfers jarenlang voor een zwijgcultuur hebben gezorgd, waardoor de omvang van grensoverschrijdend gedrag in die sector pas de laatste jaren zichtbaarder is geworden.

        En dat gedrag is in de danswereld aan de orde van de dag, blijkt uit het rapport Schaduwdansen, in opdracht van de ministeries van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS) en Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (OCW), dat eerder al voor een deel uitlekte. Vier op de tien actieve dansers hebben afgelopen jaar te maken gehad met ten minste één vorm van grensoverschrijdend gedrag. Bij 11 procent gaat het om seksueel wangedrag, dat varieert van ongewenste toespelingen en aanrakingen tot verkrachting. De meeste misstanden komen voor bij professionele en semiprofessionele dansers, en plegers van het grensoverschrijdende gedrag zijn vooral docenten en coaches. De dansstijlen waarin het meest grensoverschrijdend gedrag wordt gerapporteerd zijn salsa, bachata en zouk.

        Ook veel mannen slachtoffer
        Uit de zelfgerapporteerde ervaringen van dansers uit het bevolkingsonderzoek blijkt dat verbaal grensoverschrijdend gedrag het meest voorkomt (16 procent), gevolgd door mentaal grensoverschrijdend gedrag (12 procent). Fysiek grensoverschrijdend gedrag wordt in 7 procent van de gevallen genoemd. Seksueel grensoverschrijdend gedrag komt in 11 procent van de gevallen voor.

        Een van de opvallendste bevindingen vindt Olfers het hoge aantal mannen dat aangeeft slachtoffer te zijn van grensoverschrijdend gedrag. „Er gaat vaak veel aandacht naar vrouwelijke slachtoffers, en dat is ook terecht want ze zijn over het algemeen in de meerderheid. Maar in dit onderzoek hebben we gezien dat ook veel mannen last hebben van grensoverschrijdend gedrag.” Volgens een van de vragenlijsten uit het onderzoek heeft 45 procent van de dansende mannen grensoverschrijdend gedrag ervaren tegenover 55 procent van de vrouwen.

        De onderzoekers stuitten op een breed scala aan misstanden. „Wij hoorden veel schrijnende verhalen, onder meer over ernstig seksueel misbruik, dat soms jaren voortduurde”, staat in het rapport, dat ruim driehonderd pagina’s telt. „Deze verhalen kwamen vooral uit het stijldansen. Uit de balletwereld hoorden wij verhalen over een fysiek en mentaal veeleisende wereld, waardoor de dansers die alles in dienst stellen van de kunst er soms – letterlijk – aan onderdoor gaan.”

        De onderzoekers zien het ontbreken van een duidelijke structuur als een belangrijke oorzaak van het ontstaan en verborgen blijven van grensoverschrijdende gedrag. „In een versnipperd landschap neemt niemand verantwoordelijkheid”, zegt Olfers, die eerder al een onderzoek naar misstanden in de turnwereld leidde.

        Sport of kunstvorm?
        Het danslandschap is zowel versnipperd qua organisatie – er is geen overkoepelend, vertegenwoordigd orgaan – als qua stijlen en cultuur. Er is weliswaar een enorme hoeveelheid aan dansorganisaties, maar die kunnen lang niet allemaal met elkaar door één deur en hebben vaak verschillende standpunten. Het gebrek aan structuur „bemoeilijkt de doorontwikkeling van het dansen”. Soms wordt dansen behandeld als sport, terwijl anderen het als kunstvorm beschouwen. Dansers die grensoverschrijdend gedrag meemaken, voelen zich niet thuis bij bestaande meldpunten, zoals Mores. „Je ziet dat meldpunten de taal van dansers niet spreken”, zegt Olfers. „Ik heb verhalen gehoord van dansers die bang waren dat hun verhaal op straat zou komen te liggen als ze daar melding zouden doen.”

        Een van de aanbevelingen die de onderzoekers doen, is het stellen van kwaliteitseisen aan dansscholen voordat zij een vergunning krijgen voor bijvoorbeeld een evenement. „Zo’n eis kan bijvoorbeeld zijn dat er een vierogenprincipe moet geleden – dat er altijd een tweede persoon meekijkt. Of een opendeurenbeleid.” Wie moeten die regels dan gaan handhaven? Olfers denkt aan een samenwerking tussen het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport en het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap. „Het is een langetermijnproject.”

        Afhankelijk van kleine groep
        Het is opvallend dat twee derde van de ondervraagde slachtoffers van grensoverschrijdend gedrag aangeven dat het geen impact op hun leven heeft gehad. Ze geven hun dansperiode een ruime voldoende. Dat cijfer wordt lager naarmate het langer geleden is dat zij deel uitmaakten van de danswereld. „We denken”, zegt Olfers, „dat mensen meer wangedrag accepteren als ze nog deel uitmaken van die wereld. Pas later kunnen ze reflecteren en vertoond gedrag op andere manier zien.” Een kwart van de slachtoffers geeft aan dat zij in therapie zijn gegaan na wat hen overkwam.

        Dansers zijn voor hun inkomen vaak heel afhankelijk van een beperkte groep mensen op bepalende posities, die vaak ook nog eens conflicterende belangen hebben. Coaches zitten bijvoorbeeld vaak ook in jury’s van danswedstrijden of als choreograaf. „Er is veel competitie en dansers verdienen niet veel geld. Het is zwaar om het hoofd boven water te houden. Ze doen er vaak nog van alles naast, zoals lesgeven.” Dat werkt een zwijgcultuur in de hand, stellen de onderzoekers.

        Je ziet dat meldpunten de taal van dansers niet spreken
        – Marjan Olfers hoogleraar sport en recht

        Marjan Olfers en haar team deden onder meer 167 interviews met dansers en mensen uit hun omgeving, zoals ouders en coaches. 527 dansers, die werden benaderd via onder meer dansscholen en andere dansorganisaties, vulden daarnaast een vragenlijst in over hun recente ervaringen, en nog eens honderden mensen rapporteerden over ervaringen van langer dan een jaar geleden. Via een bevolkingsonderzoek dat werd uitgevoerd zijn nog eens 11.000 mensen benaderd, van wie 742 respondenten die dansen of dansende kinderen hebben diepgaander werden ondervraagd.

        Het onderzoek kwam anderhalf jaar geleden van de grond, toen danseres Kim Koumans haar verhaal over grensoverschrijdend gedrag en dat van lotgenoten in de media vertelde en meermaals vroeg om meer aandacht voor dit onderwerp. Hoewel veel partijen uit de danswereld welwillend waren, liep het onderzoek flinke vertraging op omdat sommige „belangrijke partijen”, zoals een aantal opleidingen, niet mee wilden werken, zegt Olfers. „Ze waren bang dat het negatief op ze af zou stralen.”

        Bron: NRC >>

        In reactie op: Therapieën, behandelingen & traumaverwerking #277085
        Luka
        Moderator

          Iva Bicanic over helen na seksueel trauma: ‘Praten moét niet, maar het moet wél altijd kunnen’

          Door seksueel trauma kan je de seksuele verbinding met jezelf verliezen, met problemen op het gebied van intimiteit en veiligheid tot gevolg. Maar voor veel vrouwen is het mogelijk deze verbinding te herstellen.

          Klinisch psycholoog Iva Bicanic van Centrum Seksueel Geweld legt uit aan LINDA.meiden hoe je dat herstel zou kunnen realiseren.

          SEKSUEEL TRAUMA
          “De term seksueel trauma verwijst naar een wond of schade die een vrouw heeft opgelopen als gevolg van een situatie waarin iemand misbruik heeft gemaakt van zijn of haar macht om iets seksueels met jou te doen”, vertelt Bicanic. “Dit kan op alle leeftijden plaatsvinden; zowel in de vroege jeugd als in een (jong)volwassen leven.”

          Het oplopen van seksueel trauma is heel ingrijpend en heeft de nodige gevolgen, stelt Bicanic. “Nachtmerries, herbelevingen en vermijdingsgedrag zijn veelvoorkomende gevolgen. Ook kan het zijn dat je snel schrikt, omdat je je als slachtoffer regelmatig – ook na het misbruik nog – onveilig voelt. Ook kan je concentratieproblemen ondervinden en loopt het zelfbeeld van slachtoffers vaak een flinke deuk op. Negatieve gedachtes over jezelf en de wereld zijn daardoor in deze voor slachtoffers heel gewoon, maar daardoor niet minder vervelend.”

          “Uit seksueel trauma komen ook vaak intimiteitsproblemen voort. Deze problemen kunnen zich uiten in het vermijden van seksuele handelingen, walgen van seksuele handelingen of het ervaren van extreme spanning voor, tijdens en/of na het verrichten hiervan. Ook kan het zijn dat je al panikeert zodra iemand je – op welke manier dan ook – überhaupt aanraakt.”

          SEKSUELE VERBINDING
          “Veel mensen hebben door de gevolgen van seksueel trauma moeite met het vinden en accepteren van hun identiteit. Ze voelen zich beroofd van een groot deel van zichzelf en verliezen als gevolg daarvan ook vaak de verbinding met zichzelf en/of de seksuele verbinding die zij hiervoor met zichzelf hadden. Ook geven slachtoffers zichzelf vaak de schuld van het oplopen van het trauma. En dat terwijl de schuld van een zo’n trauma in geen enkele situatie bij het slachtoffer ligt.”

          Volgens Bicanic zijn er (gelukkig) verschillende dingen die je kan doen om de seksuele verbinding met jezelf – al is het maar een beetje – te herstellen. “Het is belangrijk veel te lezen over het onderwerp, omdat dit kan bijdragen aan het hebben van compassie voor jezelf. Als je eenmaal compassie voor jezelf hebt en niet alleen denkt, maar ook echt voèlt dat niets hiervan jouw schuld is geweest, is het voor veel slachtoffers al makkelijker om hulp te zoeken. En dat kan bijdragen aan het geloof in het feit dat herstellen van seksueel trauma voor veel vrouwen samen fijner is dan alleen.”

          COMMUNICEREN
          Bicanic weet uit ervaring echter hoe moeilijk het voor sommige vrouwen is om open te zijn en erover te praten. “Praten over seksueel trauma móét niet, maar het moet wél altijd kunnen. Ik adviseer slachtoffers van seksueel trauma dan ook altijd om open te zijn op het moment dat zij daar zelf klaar voor zijn. Voor de naasten van het slachtoffer is het belangrijk om geen vragen te stellen die het slachtoffer zichzelf mogelijk ook al heel lang stelt. Op die manier impliceer je voor slachtoffers vaak indirect dat zij op een andere manier had kunnen handelen. Maar dat is nooit het geval. Als het slachtoffer daartoe in staat was geweest, dan had zij dat wel gedaan.”

          Slachtoffers die overwegen om het gesprek over hun seksuele trauma met hun naasten aan te gaan, adviseert Bicanic het volgende: “Je mag ervan uitgaan dat je naasten van je houden. En mensen die van je houden, die zullen liefdevol reageren. Doen ze dat – hoeveel ze ook van je houden – toch niet, dan is dat vaak omdat naasten van slachtoffers zich niet altijd de juiste houding weten te geven. Dit als gevolg van de heftigheid van de gebeurtenis. Onthoudt in dat geval dat ook dát niet aan jou ligt. Want nogmaals: niets hiervan is jouw schuld. Dat is het nooit geweest – en dat zal het ook nooit zijn.”

          Bron: Linda meiden >>

          In reactie op: NPO 2 – Kijk Over Leven ‘Vera Pauw’ #277083
          Luka
          Moderator
          Topic starter

            ‘Ik kan weer genieten van dingen’

            Voetbalcoach en voormalig international Vera Pauw

            In de jaren dat voetbalcoach Vera Pauw bij de KNVB werkte, werd ze verkracht en meerdere malen aangerand. En, wat haar nog het meest steekt: de afgelopen vijf jaar werd haar nalatenschap gewist uit de voetbalgeschiedenis. Op het complex van de KNVB vind je geen standbeeld of zaal die naar haar vernoemd is. “Er is alleen een Vera Pauw-hoekje”.

            Vera Pauw moest er lang over nadenken of ze haar verhaal nog een keer wilde vertellen. Vorig jaar, in een groot interview met NRC, bracht ze naar buiten wat ze tussen 1985 en 2010 heeft meegemaakt als medewerker van de KNVB: verkrachting, aanranding, uitsluiting, en, in de woorden van Pauw: ‘gepland vernederingsbeleid’. NRC sprak voor het artikel met 25 betrokkenen, waaronder de coach die door Pauw wordt beschuldigd van verkrachting en kwaadsprekerij. De coach ontkent in NRC, en later nogmaals in het AD, dat er van verkrachting sprake was.

            Waarom Vera Pauw toch besloot om met Coen Verbraak in gesprek te gaan voor Over Leven? Omdat ze duidelijk wil maken hoeveel tegenwerking en ontkenning je meemaakt als je als slachtoffer van seksueel geweld met je verhaal naar buiten komt. Want Pauw is niet alleen misbruikt, maar ook zwartgemaakt. “Er zou niet met mij te werken zijn, ik zou een moeilijk mens zijn. Dat verhaal werd verspreid door mensen die nooit met mij gewerkt hadden. Een paar jaar geleden hadden ze alle artikelen op de website van de KNVB over mij verwijderd.” Alsof ze nooit bondscoach was geweest, nooit de basis had gelegd voor de profcompetitie voor vrouwen, of voor het gemengd spelen. Alsof ze er niet toe deed.

            Geen plek voor een meisje
            En dat is pijnlijk, zeker als je bedenkt hoe erg Vera Pauw er als meisje al naar snakte om erbij te horen. Ze voetbalde iedere dag op straat met haar tweelingbroers en de jongens uit de buurt. Maar zich aansluiten bij een voetbalclub, zoals haar broers, dat zat er voor haar niet in. Er was geen plek voor meisjes bij de KNVB. Als haar broers een wedstrijd speelden, rende Vera langs de lijn mee met de bal. Tot het echt niet meer ging en haar ouders dispensatie aanvroegen bij de voetbalbond. Of ze alsjeblieft bij de vrouwen mocht voetballen. Op haar dertiende kwam de brief met het verlossende antwoord: ze mocht doen wat ze het allerliefste wilde. Voetballen, bij een club. Maar Pauw voelt dat de KNVB haar nooit echt heeft geaccepteerd.

            Toch, ondanks al die tegenwerking en uitsluiting, is het de moeite waard om haar pijnlijke verleden onder ogen te komen. Want Pauw werd er een andere vrouw van.

            Einde van het zwijgen
            Jarenlang hield ze haar ‘echte ik’ verborgen achter een deur. “Ik kan die deur zo voor je uittekenen. Groot, bruin, met rode tegels. En onkruid.” Die deur zat potdicht, haar pijn droeg ze in haar eentje. Totdat ze zoveel psychische klachten kreeg en irreële angsten kreeg, dat haar trauma zich fysiek begon te uiten. “Ik kreeg vreselijke astma. Heb alles geprobeerd om er vanaf te komen, maar niets hielp. Uiteindelijk heeft een longspecialist me doorverwezen naar een instituut in Zwolle. Daar zeiden ze: ‘Als we zoveel onderzoeken hebben gedaan en er komt niets uit, betekent dat vaak dat er pijn onder zit.’ Toen brak ik. Dat is het allerbelangrijkste moment geweest.”

            ‘Ga het aan’
            Pauw begon te praten over haar trauma. Eerst met de KNVB, die een intern onderzoek instelde. Maar toen dat onderzoek uitkwam, was de teleurstelling bij Pauw groot: machtsmisbruik en seksueel misbruik bleken geen onderdeel uit te maken van het rapport. Dus stapte ze naar de pers. En hoewel de KNVB geen excuses heeft gemaakt voor wat haar is overkomen, heeft het praten over haar trauma en intensieve therapie haar wel veel opgeleverd: “De deur is weg. Mijn man, Bert van Lingen, zei: ‘Je bent er weer.’ Ik kan weer genieten van dingen. Daarom wil ik tegen iedereen zeggen: als je met zo’n verhaal rondloopt, realiseer je wat je gaat tegenkomen, maar ga het toch aan. Het is de moeite waard.”

            Bron: Human >>

            Luka
            Moderator
            Topic starter

              Koen Pieter van Dijk: ‘Op mijn zeventiende werd ik verkracht door een grote, oudere man’

              Presentator Koen Pieter van Dijk (30) wil de foute man inruilen voor een liever exemplaar. Al zit het duiveltje nog steeds in hem, omdat hij op zijn zeventiende verkracht is.

              “Ik heb me ervoor geschaamd”, vertelt Koen Pieter in de nieuwe LINDA.

              KOEN PIETER VAN DIJK
              Koen Pieter valt vooral op mannen “van het type honderd-jaar-celstraf”, vertelt hij in het dubbelinterview met Frédérique Spigt. “Ze moesten in ieder geval niet zeggen dat ze van me hielden. Dan raakte ik in paniek, was ik weg.”

              Inmiddels is hij toe aan een liefdevolle relatie. “Maar het duiveltje zit ook nog in mij. Komt ook omdat ik op mijn zeventiende verkracht ben. Ik was nog niet uit de kast, dacht dat ik aan het chatten was met een beeldige surfdude van 25. Maar toen we uiteindelijk bij hem thuis afspraken, werd ik bruut verkracht door een grote, oudere man.”

              THERAPIE

              Levensbepalend, zegt hij nu. “Het was de hel. Door die verkrachting heb ik altijd een ongezond seksleven gehad. Ik was continu op zoek naar mannen die tegen me schreeuwden, die me sloegen en vastbonden – ik was feitelijk op zoek naar mijn verkrachter. Het was verschrikkelijk. Ik heb het lang niet durven vertellen, heb me ervoor geschaamd.”

              “Maar ik ben ervoor in therapie geweest. Het gaat elke dag beter met me en ik wil het nu vooral gaan gebruiken om voorlichting te geven aan jonge mensen. Of aan mensen die iets dergelijks hebben meegemaakt. Natuurlijk is het een trauma, maar ik ben nog altijd positief. Ik ben niet verzuurd en ik heb mijn humor niet verloren. Maar het geeft misschien wel aan waar mijn gedrag vandaan komt.”

              Bron: Linda >>

              In reactie op: Therapieën, behandelingen & traumaverwerking #277050
              Luka
              Moderator

                PTSS-expert: ‘Traumabehandelingen zijn maatwerk’

                Praten met getraumatiseerde mensen? Totaal zinloos, stelt de Nederlands-Amerikaanse PTSS-deskundige Bessel van der Kolk. Laat ze eerst maar weer leren hun lichaam te kalmeren, bijvoorbeeld met yoga. Zijn aanpak is omstreden, maar hij boekt er veel succes mee.

                Er wordt tegenwoordig wat snel van een trauma gesproken, erkent Bessel van der Kolk, maar dan nog komt het veel voor. Naar schatting 8 tot 12 procent van de bevolking leeft met een echte posttraumatische stressstoornis (PTSS).

                Deze mensen hebben een ingrijpende ervaring doorgemaakt zoals een verkeersongeluk of verkrachting, of zijn langdurig blootgesteld aan bijvoorbeeld oorlogsgeweld of verwaarlozing in de kindertijd.

                Gebeurtenissen die nog lang diepe sporen kunnen trekken. In de geest en, volgens Bessel van der Kolk, vooral ook in het lichaam. Dat is soms over-alert: het staat als het ware nog altijd klaar om te vechten of te vluchten.

                ‘Heb je een trauma, dan is het probleem ten diepste dat je je niet veilig voelt in deze wereld, met name je lichaam niet,’ zo formuleert Bessel van der Kolk het. Hij is auteur van de bestseller The Body Keeps the Score, in het Nederlands vertaald als Traumasporen.

                Trauma behandelen
                Na enige aarzeling vertelt de Amerikaanse psychiater met de Hollandse roots dat zijn interesse in PTSS geen toeval is.

                Hij groeide op in het Den Haag van vlak na de oorlog, als kind van getraumatiseerde ouders. ‘Zij hielden hun hele leven last van de oorlog en van de gruwelijke armoede vóór die tijd.

                Er waren geen sociale voorzieningen; was je arm, dan moest je maar zien hoe je overleefde. Vooral mijn moeder wist niet hoe ze moest ontspannen, of hoe ze moest omgaan met haar familie.

                Ik denk met droefheid terug aan het ongelukkige leven dat ze heeft geleid. Als men in haar tijd wist wat we nu allemaal weten, had iemand haar trauma kunnen behandelen.’

                Bessel van der Kolk is altijd geïnteresseerd geweest in zowel harde als sociale wetenschappen. Door te kiezen voor de psychiatrie kon hij zowel hersenwetenschapper als humanist zijn.

                ‘Ik heb allerlei behandelingen persoonlijk uitgeprobeerd, zoals psychoanalyse, lichaamsgerichte therapie en yoga, en ook uitvoerige wetenschappelijke studies gedaan naar het effect van medicijnen zoals Prozac, EMDR, neurofeedback en psychedelische drugs. Kortom, zo’n beetje alles wat ik nu mijn patiënten aanbied.’

                U bent steeds meer met het lichaam gaan werken, en praten steeds meer gaan relativeren. U waarschuwt zelfs tegen ‘de tirannie van taal’.
                Bessel van der Kolk: ‘Het is natuurlijk ontzettend belangrijk om na een trauma in een veilige omgeving te kunnen vertellen wat er met je gebeurd is. Vaak genoeg is een trauma een geheim dat eruit moet.

                Maar alleen praten en begrijpen waarom je pijn hebt, lost die pijn niet op. Het neemt de inprenting van angst en walging niet weg. Dat zijn primitieve lichamelijke reacties die uit een ander, niet-talig deel van het brein komen. Dus daar moet je je lichaam mee helpen.

                Een traumareactie is een dierlijke vecht- of-vluchtrespons, met stresshormonen als motor. Bij mensen met een PTSS is daar iets fout gegaan: ze maakten een schokkende gebeurtenis mee waar niet tegen te vechten of van weg te vluchten was. Hun stressreactie is chronisch geworden, waardoor zij overdreven heftige reacties blijven vertonen.

                Zij voelen de drang om te slaan of weg te rennen bij de kleinste voorvallen. Hun lichaam moet daarom eerst kalmeren. Als jouw baby ’s nachts huilend wakker wordt, ga je daar toch ook geen gesprek mee voeren?

                Nee, je houdt hem vast, wiegt en troost hem, en daarmee herstel je het evenwicht op een heel elementair niveau. Daar moet de behandeling van PTSS ook mee beginnen.’

                Dus de therapeuten in uw behandelcentrum wiegen en troosten de patiënten?
                ‘Nee, daar hebben we andere hulpverleners voor. Die geven onze patiënten massages, doen een zachte deken om hen heen, laten ze op een trampoline springen. Het is fascinerend om te zien wat dat laatste doet met kinderen met PTSS.

                Als die beginnen te springen of aanrakingen voelen, gaat hun taalgebruik vooruit. Ze ontwikkelen het vermogen om in complete en complexe zinnen te spreken.

                Zolang die kinderen vervuld zijn van angst, gedragen ze zich als angstige diertjes. Maar wanneer het regulatiesysteem achter in de hersenen gekalmeerd raakt, gaat ook het voorste deel van het brein gezonder functioneren.

                Er kan dan beter onderscheid gemaakt worden tussen verleden, heden en toekomst. En dan kan doordringen dat het gevaar in het heden is geweken.’

                Was er een bepaald moment waarop u dacht: al dat praten leidt nergens toe?
                ‘Ik werd heel váák bekropen door het gevoel: verdorie, de patiënt en ik praten volop en we geven om elkaar in deze therapeutische relatie, maar toch knapt hij niet op. Dus ging ik op zoek naar nieuwe manieren om PTSS en sporen van trauma te behandelen.

                Ik was dertig jaar geleden de eerste behandelaar die het effect van Prozac bij PTSS bestudeerde. Toen ik tot de conclusie was gekomen dat het middel onvoldoende verschil maakte, begon ik andere dingen te onderzoeken.’

                Dat was EMDR, indertijd nog zeer omstreden.
                Bessel van der Kolk: ‘Inderdaad. Maar EMDR is een fantastische behandeling gebleken voor trauma en PTSS. Sommige mensen denken dat ik een EMDR-fanaticus ben, maar ik zie het bovenal als een techniek die deuren heeft geopend.

                Het is zó anders dan op je kont zitten en praten. Je zegt eigenlijk heel weinig; de patiënt roept het traumatiserende beeld in zijn herinnering op en volgt daarbij met zijn ogen jouw vinger die heen en weer gaat. En de herinnering verandert!

                Maar er bleef een groep patiënten over bij wie EMDR niet werkte, dus moesten we weer verder zoeken. Zo kwam ik uit bij yoga. Ook dat helpt sommige mensen, maar evenmin iedereen. Je hebt gewoon een heel arsenaal aan trucs nodig, want niet één behandelingsmethode werkt altijd en bij iedereen.’

                Hoe kan yoga getraumatiseerde mensen helpen?
                ‘Dankzij yoga kun je meer accepterend worden over jezelf en je emoties; meer in het hier en nu komen. Yoga betekent mindful zijn, je adem reguleren en je lichaam voelen: drie wezenlijke componenten van beter worden.

                Het kan ook helpen om de triggers in je lichaam te accepteren. Neem de “happy baby-houding”. Je doet daarbij je benen in de lucht en spreidt die zo wijd mogelijk, je onderbuik naar boven gericht. Dat is géén fijne houding als je seksueel misbruikt bent.

                Maar je kunt niet echt in je lichaam wonen als je jezelf niet kunt openen. Dus vragen wij mensen met PTSS om het langzamerhand te proberen, heel voorzichtig: knieën omhoog, rustig ademend.

                Een patiënte vertelde hoe zij toen écht aan den lijve kon ervaren dat er niets vreselijks meer gebeurt. Zo’n nieuwe reële ervaring in het hier en nu overschrijft de oude, irreële angst dat ze weer verkracht wordt. En dan kan er iets helen.’

                Is praten nog wel nodig?
                ‘Zeker. Mensen met een trauma schamen zich vaak en begrip en zelfliefde is dan hard nodig. Praten helpt daarbij. Maar bij trauma is dé grote uitdaging om het lichamelijke gevoel van veiligheid te herstellen.

                Uit breinonderzoek blijkt dat wanneer mensen flashbacks hebben van hun traumatische ervaring, het hele verbale deel van hun brein blokkeert. Ze zijn dan weer helemaal dat angstige dier wiens leven in gevaar is.

                Het zijn dit soort onderzoeksuitkomsten die mij ertoe brachten dingen te gaan proberen waarbij het gesprek niet zo’n rol speelt. We wisten uit de praktijk al dat mensen die zijn verkracht door hun vader, een aanslag hebben meegemaakt of in een concentratiekamp hebben gezeten, daar vaak niet over kunnen praten. Je móét daarom wel een andere ingang dan de taal zien te vinden.

                Wat mij altijd weer diep raakt bij mijn patiënten, is dat ze hun lichaam nauwelijks voelen. Daardoor herkennen ze ook signalen als moeheid, pijn en blijheid niet.

                Al die emoties zijn lichaamsgebaseerde ervaringen. Dat verklaart waarom getraumatiseerde mensen vaak zo weinig betrokken overkomen: ze kúnnen zich niet echt levendig, betrokken of blij voelen.’

                Waarom is er zo veel controverse rond uw persoon geweest?
                Bessel van der Kolk: ‘We waren het eerste centrum ter wereld dat yoga toepaste bij een groep zeer chronische traumapatiënten die al jaren geen vooruitgang boekten. Hun symptomen verminderden met gemiddeld 30 procent.

                Ook neurofeedback onderzochten we bij zo’n resistente groep patiënten, en weer zagen we een afname van gemiddeld 30 procent van de klachten.

                Samen zingen, bewegen, ritmes aannemen, blijkt sommige patiënten ook te helpen. Maar mensen zijn bang voor nieuwe zaken. Als je komt met iets waaraan niemand nog gedacht heeft, ontmoet je scepsis.

                De eerste keus-traumabehandeling in de VS is nu cognitieve gedragstherapie – dat wordt het meest onderwezen. Maar in mijn kringen, die vrij groot zijn, doet niemand dat. PTSS-klachten nemen er gemiddeld met een derde mee af, ongeveer net zoveel als met een placebo. Dat is niet goed genoeg!

                EMDR doet het beter, maar dat vonden mensen in het begin maar raar. Daarbij wiebel je met je vingers, en respectabele mensen wiebelen niet met hun vingers.

                Nu werken we weer met psychedelische drugs: nog raarder! Maar een middel als MDMA leidt tot diepe lichamelijke ervaringen, waardoor mensen met PTSS eindelijk durven voelen wat ze altijd hebben tegengehouden.

                Onder veilige omstandigheden kunnen ze terug naar een gebeurtenis in het verleden om te ontdekken: ja het is gebeurd, maar het is nu weg. Trauma is niet wat er met je gebeurd is, maar wat er nog steeds met je gebeurt terwijl je een gevoel ervaart.’

                De vraag is dus vooral: wat werkt voor wie?
                ‘Precies. En dat is deels een kwestie van temperament van de cliënt; je moet samen zoeken naar de passendste behandeling. Gelukkig werk ik in een kliniek waar we het hele scala aan behandelingen bieden; daarom knappen bij ons gemiddeld meer mensen op.

                Op de universiteit krijgen behandelaars nog steeds vaak “formules” aangeleerd: dit werkt bij deze aandoening. Onze missie is dat therapeuten meerdere methodes kunnen gebruiken in hun werk.

                Zij moeten de patiënt helpen in het hier en nu te komen, en er is niet één “beste manier” om dat te bereiken. Als je ooit iemand hoort beweren dat hij hét antwoord op trauma heeft, geloof hem dan vooral niet.’

                Bron: Psychologie magazine >>

                In reactie op: Therapieën, behandelingen & traumaverwerking #277048
                Luka
                Moderator

                  KIB kan zowel therapeut als cliënt ondersteunen bij ontwrichte behandeling

                  Een ggz-behandeling kan een intens traject zijn, zowel voor de cliënt die de behandeling ondergaat als voor de betrokken therapeut(en). In sommige gevallen doet de situatie zich voor dat een traject volledig stagneert, en de cliënt samen met de therapeut of het behandelteam niet verder komt. Er kan sprake zijn van ontwrichtend gedrag en de behandelrelatie kan zijn aangetast. In deze gevallen kan een Kliniek voor Intensieve Behandeling – ofwel KIB – ondersteuning bieden aan de cliënt en/of de zorgprofessional(s), met als doel om de weg naar herstel alsnog te kunnen voortzetten.

                  De Klinieken Intensieve Behandeling zijn een derdelijnsvoorziening in het ggz-zorglandschap. De experts van de KIB’s bieden directe en indirecte zorg aan zowel professionals als cliënten in de ggz. Zij bieden onder andere consultatie, second opinion, in-company teamtrainingen, observatie en diagnostiek en tijdelijke opname.

                  De cliënten of patiënten die door een KIB worden begeleid zijn doorgaans volwassenen (soms jongeren) met ernstige psychiatrische aandoeningen (EPA) in combinatie met gedragsproblemen en intensieve zorgbehoeftes. Zij verblijven vaak al geruime tijd in de klinische ggz. Het belangrijkste overeenkomstige kenmerk van KIB-cliënten is dat er sprake is van een ontwrichte behandelrelatie. Er is sprake van een zodanig problematische wisselwerking tussen de cliënt en zijn omgeving dat het systeem waarvan hij deel uitmaakt, dreigt te desintegreren. Mede als gevolg van de heftigheid en aanhoudendheid van het probleemgedrag is de behandelrelatie ontregeld. Pogingen om de interactie om te buigen in een positieve, constructieve richting hebben niet tot resultaat geleid.

                  Complexe en/of meervoudige problematiek
                  Het gaat vaak om cliënten met complexe meervoudige psychische problematiek en vaak een langdurige psychiatrische voorgeschiedenis. Voorgaande behandelingen hadden onvoldoende resultaat. De KIB’s zien onder meer cliënten met:

                  • Psychotische stoornissen, waarbij sprake is van ernstige gedragsproblematiek zoals (fysieke/verbale) agressie, (fysieke/verbale) bedreigingen en (seksuele) intimidatie;

                  • Ernstige persoonlijkheidsstoornissen, dissociatieve stoornissen en traumagerelateerde problematiek waarbij onder andere ‘acting out’, zelfdestructief en suïcidaal gedrag op de voorgrond staat zoals snijden, branden, stranguleren, bonken en het innemen van (brandende, giftige) stoffen en voorwerpen;

                  • Autismespectrumstoornissen.

                  Gerichte ondersteuning
                  Het doel van een KIB is om de hulpverlening in de reguliere ggz zo te ondersteunen en te adviseren dat zij de behandeling op een positieve manier kunnen voortzetten ófwel dat de KIB de behandeling tijdelijk overneemt om de behandelimpasse te doorbreken. In beide gevallen is het uiteindelijke doel de relatie tussen patiënt en hulpverlening zodanig te herstellen dat de patiënt met ondersteuning van de hulpverlening kan werken aan zijn herstel.

                  Een aantal manieren waarop een Kliniek Intensieve Behandeling kan helpen, zijn:

                  • Door het ondersteunen van een behandelteam en cliënt in het inzetten van een andere benadering;
                  • Door beide partijen een time out te bieden;
                  • Door iemand een tijdlang in een ander gestructureerd behandelklimaat de kans te geven tot rust te komen;
                  • Door het verwijzend behandelteam duurzame tools te geven hierin te ondersteunen;
                  • Door de juiste randvoorwaarden voor herstel te creëren, zodat de cliënt terug of verder kan.

                  Meer informatie over de mogelijkheden van KIB’s vind je in de folder KIB in de Keten of op de website van KIB Nederland.

                  Bron: GGZ.nl >>

                  In reactie op: Medicijnen #277044
                  Luka
                  Moderator

                    ‘Belangrijke stap’ gezet om afbouwen antidepressiva te verbeteren
                    Donderdag, 11 mei 2023

                    Vanaf vandaag beschikken artsen, apothekers en patiënten over een uitgebreide handleiding om het gebruik van alle antidepressiva veilig af te bouwen. Veel artsen missen de kennis om mensen hierbij te begeleiden, hoewel deze medicijnen veelvuldig worden voorgeschreven.

                    De wetenschappelijke beroepsverenigingen van psychiaters, huisartsen, apothekers en patiëntenkoepel Mind hebben daarvoor nu richtlijnen geformuleerd. In 2018 stelden ze al afbouwrichtlijnen samen voor veelgebruikte antidepressiva. Met de nieuwe handleiding is er ook een helder stappenplan voor de overige antidepressiva.

                    De behoefte aan verbetering van het afbouwproces is groot omdat veel mensen antidepressiva gebruiken. Zo slikken 250.000 mensen ze langdurig. Het gaat dan naast mensen met een depressie ook om mensen met angststoornissen, PTSS of neuropatische pijn.
                    Voorkomen van terugval vereist precisie

                    Veel mensen willen op een bepaald moment stoppen. Soms omdat mensen al jaren geen depressie meer hebben gehad en willen proberen of ze ook zonder medicatie kunnen. Andere redenen kunnen de bijwerkingen zijn, zoals traagheid of een verlaagd libido.

                    Afbouwen is echter niet altijd eenvoudig. Als de afbouw te snel gaat, kunnen mensen terugvallen in een depressie of een psychose. Maar er zijn ook onttrekkingsverschijnselen zoals grieperigheid, slaapproblemen en hartkloppingen. Die zijn niet per se een voorbode van een terugval, maar kunnen wel angst opwekken bij patiënten. Soms moeten de doseringen daarom over een langere periode stapsgewijs verlaagd worden.

                    Ook kunnen er psychische klachten optreden. Als die een week na de afbouwperiode aanhouden, is er kans op een terugval. Daar moet een arts scherp op zijn.

                    “Dus in deze handleiding wordt naast richtlijnen rondom de doseringen ook uitgelegd op welke signalen artsen moeten letten om tijdens het afbouwen op tijd te zien of er een terugval dreigt”, vertelt Eric Ruhe. Als psychiater aan het Radboudumc en namens de beroepsvereniging van psychiaters schreef hij mee aan het document.

                    ‘Belangrijke stap’

                    “Op deze manier hopen we dat meer artsen het aandurven om mensen te begeleiden. Want als je de stappen volgt, zal je een heel eind komen. En als je er niet uitkomt, kun je overleggen met een psychiater of apotheker. Dat is ook het mooie van deze multidisciplinaire handleiding, het is echt een gezamenlijke onderneming van de verschillende disciplines.”

                    Ook psychiater en hoogleraar Christiaan Vinkers van het Amsterdam UMC, die niet betrokken was bij het samenstellen van de handleiding, is enthousiast. “Dit kan echt een belangrijke stap zijn in het breed toegankelijk maken van de mogelijkheid van afbouwen, mits dat verstandig is. Het zal lang niet bij iedereen kunnen.”

                    Als medeoprichter van een van de weinige gespecialiseerde afbouwpoli-klinieken doet zijn stem ertoe. “Je ziet sinds tien jaar dat er een kentering in het denken over afbouwen is. En deze handleiding is daarvan een concreet voorbeeld”, aldus Vinkers. “Vroeger waren artsen vooral blij dat er een goedwerkend medicijn was. Over afbouwen werd toen nauwelijks nagedacht. Die tijd is voorbij.”

                    Naast het document voor artsen en apothekers is ook informatie voor patiënten en naasten ontwikkeld door de patiëntenvereniging. Daarin staat voor patiënten overzichtelijk en helder uitgelegd wanneer en hoe je kunt stoppen met antidepressiva, welke verschijnselen je kunt verwachten, hoe je je kunt voorbereiden op afbouw en stoppen en welke hulp er mogelijk is.

                    Bron: NOS.nl >>

                    In reactie op: Klokhuis – Je lijf is van jou #276961
                    Luka
                    Moderator
                    Topic starter

                      Internationale lof voor Klokhuis-aflevering over ongewenste aanrakingen

                      Het NTR-kinderprogramma Het Klokhuis is wereldwijd in de aandacht gekomen dankzij een recente aflevering over ongewenste aanrakingen bij kinderen.

                      Zo is de aflevering geselecteerd voor Input 2023, een groot evenement in Taiwan voor publieke omroepen wereldwijd, en viel de aflevering in Japan in de prijzen op het bekendste educatiefestival van de wereld. Ook werd de aflevering genomineerd voor een Gouden Roos, een van de meest prestigieuze tv-prijzen in Europa.

                      In Je lijf is van jou spreekt presentator Nizar El Manouzi met een kinderpsycholoog en een slachtoffer van kindermisbruik over aanrakingen en de grenzen die daarbij horen. Er wordt onder meer uitgelegd dat volwassenen kinderen niet zomaar overal mogen aanraken en dat het niet de schuld is van het kind als dat toch gebeurt.

                      Evenwichtsoefening
                      Op sociale media zijn docenten en ouders lovend over de manier waarop Het Klokhuis het onderwerp bespreekbaar maakt. Dat merkt ook eindredacteur Anneke Dorsman. “Misbruik van kinderen is een van de ergst denkbare onderwerpen om te bespreken. Maar het is wel iets dat veel kinderen overkomt”, zegt ze tegen het ANP. Volgens cijfers van de Nationaal Rapporteur Seksueel Geweld tegen Kinderen krijgt een op de drie de kinderen voordat ze 18 zijn te maken met ongewenste aanrakingen.

                      Volgens Dorsman was het maken van de aflevering een behoorlijke uitdaging, onder meer omdat de makers kinderen niet onnodig angstig wilden maken: “Het was een flinke evenwichtsoefening om dat op een goede manier te doen. Je wilt waarschuwen voor wat er kan gebeuren, maar je wilt kinderen tegelijkertijd niet bang maken voor intimiteit en seks.” Kinderpsycholoog Iva Bianic, die ook in de aflevering te zien is, was daarom ook nauw betrokken bij de voorbereiding van de aflevering.

                      Naast de interviews is ook het lied ‘Een soort van’ te horen, geschreven door Jurrian van Dongen en gezongen door Marie-Mae van Zuilen. Dat nummer beschrijft de gevoelens van een meisje dat misbruikt wordt door een kennis. Een soort van werd deze week beloond met de Willem Wilmink Prijs voor het beste kinderlied.

                      Je lijf is van jou is terug te kijken op de website van het Klokhuis.

                      Bron: NOS.nl >>

                      In reactie op: Lichamelijke klachten door seksueel geweld #276959
                      Luka
                      Moderator

                        Langdurige lichamelijke bijwerkingen en klachten bij PTSS

                        De langdurige lichamelijke bijwerkingen van PTSS (post traumatische stressstoornis) zijn minder bekend en worden minder besproken omdat PTSS vaak wordt gezien als een mentale gezondheidsaandoening. Hierdoor ligt de focus voornamelijk op de psychologische symptomen en behandelingen. Lichamelijke symptomen worden dan ook vaak genegeerd of toegeschreven aan andere oorzaken.

                        Chronische pijn
                        Als je PTSS hebt dan ervaar je ook vaker chronische pijn, vaak in de vorm van hoofdpijn, rugpijn, spierpijn en gewrichtspijn. Als je constant gespannen bent en ‘aanstaat’ krijgt het lichaam onvoldoende rust. Ook is er de hypothese dat PTSS leidt tot veranderingen in de manier waarop ons lichaam stress en pijn verwerkt. Dit kan leiden tot fysieke spanning in het lichaam, waardoor spieren gespannen en stijf worden, wat op zijn beurt weer zorgt pijn en ongemak.

                        “Ik heb PTSS en heb veel last, vooral in mijn rug en nek, als gevolg van de constante spanning die ik voel.”

                        Slaapproblemen
                        PTSS kan leiden tot slapeloosheid en andere slaapproblemen, waardoor vermoeidheid en uitputting ontstaan. Dit kan te wijten zijn aan de verhoogde alertheid en angst die vaak gepaard gaan met PTSS, waardoor het moeilijker wordt om in slaap te vallen of door te slapen. Bovendien kan de herbeleving van traumatische gebeurtenissen in nachtmerries de slaapkwaliteit negatief beïnvloeden. Een andere mogelijkheid is dat PTSS gepaard gaat met een verstoring van de biologische klok, die het slaap-waakritme regelt.

                        “Ik slaap slecht en weinig waardoor ik minder honger heb en overdag minder doe.”

                        Problemen spijsverteringsstelsel
                        Als je PTSS hebt, kun je vaker last hebben van problemen zoals prikkelbare darmsyndroom, maagpijn en misselijkheid. Er zijn verschillende theorieën over waarom deze symptomen vaker voorkomen bij PTSS. Een theorie is dat de fysieke en emotionele stress die gepaard gaat met PTSS het spijsverteringsstelsel kan beïnvloeden en de beweging van de darmen kan verstoren. Een andere theorie is dat de symptomen van prikkelbare darmsyndroom en maagpijn kunnen worden veroorzaakt door ontstekingen en veranderingen in de bacteriële samenstelling van de darmen, die op hun beurt kunnen worden beïnvloed door PTSS. Meer onderzoek is nodig om het precieze verband tussen PTSS en prikkelbare darmsyndroom en maagpijn te begrijpen.

                        Hart- en vaatziekten
                        Onderzoek heeft aangetoond dat PTSS het risico op hart- en vaatziekten kan verhogen. PTSS kan leiden tot verhoogde activiteit in het sympathische zenuwstelsel en een verhoogde productie van stresshormonen, zoals adrenaline en cortisol. Dit kan leiden tot verhoogde hartslag, bloeddruk en ontstekingsniveaus, die op hun beurt kunnen leiden tot beschadiging van de bloedvaten en verhoogd risico op hartaandoeningen en beroertes. Bovendien vertoon je vaker risicovol gedrag, zoals roken, alcohol- en drugsgebruik en gebrek aan lichaamsbeweging, wat ook kan bijdragen aan het hogere risico op hart- en vaatziekten.

                        “Ik heb vaak hartkloppingen door mijn triggers. Om dit tegen te gaan drink ik soms een glaasje sterke drank. Dat helpt mij om te kalmeren.”

                        Verzwakt immuunsysteem
                        PTSS kan het immuunsysteem verzwakken, waardoor je vatbaarder kunt zijn voor infecties en ziekten. Dit kan komen door de langdurige stress en ontregeling van het autonome zenuwstelsel die gepaard gaat met PTSS. De constante afgifte van stresshormonen, zoals cortisol, kan leiden tot chronische ontstekingen en onderdrukking van het immuunsysteem. Bovendien kan PTSS leiden tot veranderingen in je slaap (zoals hierboven ook al is beschreven) en voeding en levensstijl die allemaal bijdragen aan een verzwakt immuunsysteem.

                        “Mijn moeder heeft PTSS en is echt heel vaak ziek. Ik heb er nooit bij stil gestaan dat PTSS mogelijk een oorzaak was.”

                        Auto-immuunziekten
                        Er is ook onderzoek dat suggereert dat PTSS geassocieerd kan worden met auto-immuunziekten, zoals reumatoïde artritis en lupus. Dit onderzoek suggereert dat chronische stress de immuun functie kan veranderen en kan leiden tot een toename van ontstekingsreacties in het lichaam. Dit kan vervolgens bijdragen aan de ontwikkeling van auto-immuunziekten. Hoewel meer onderzoek nodig is om deze associatie volledig te begrijpen, benadrukt dit de noodzaak om goed te letten op je lichamelijke gezondheid.

                        Voorkom lichamelijke klachten door PTSS
                        Het is belangrijk om iets aan PTSS te doen omdat de aandoening gepaard kan gaan met een verhoogd risico op lichamelijke klachten. Behandeling van PTSS kan deze fysieke klachten verminderen en zo de algehele fysieke gezondheid verbeteren. Het is belangrijk om te benoemen dat niet iedereen met PTSS alle genoemde bijwerkingen zal ervaren en dat sommige mensen helemaal geen lichamelijke bijwerkingen hebben.

                        Bron: Gezondheid.nl >>

                      10 berichten aan het bekijken - 31 tot 40 (van in totaal 1,680)