Seksueel geweld en seksueel misbruik van mannen en jongens

Forum Lotgenoten Seksueel Geweld Achtergrond & Informatie Informatieve websites & mediaberichten Seksueel geweld en seksueel misbruik van mannen en jongens

  • Dit onderwerp bevat 96 reacties, 6 deelnemers, en is laatst geüpdatet op 02/10/2023 om 23:01 door Luka.
10 berichten aan het bekijken - 51 tot 60 (van in totaal 97)
  • Auteur
    Reacties
  • #239261
    Luka
    Moderator

      Steeds meer jongens gechanteerd met naaktfoto’s

      Er melden zich steeds meer jongens onder de 26 jaar die online worden afgeperst met seksueel getinte foto’s of video’s. Vorig jaar verdubbelde het aantal jongens dat daar melding van maakte ten opzichte van 2017. Daarom beginnen hulporganisaties Helpwanted en Slachtofferhulp Nederland vandaag een onderzoek naar financiële afpersing met naaktbeelden.

      Bij deze vorm van chantage dreigt een afperser iemands naaktbeelden online te zetten, tenzij het slachtoffer flink betaalt. Vorig jaar werd daarvan 552 keer melding gemaakt bij Helpwanted, een website over online seksueel misbruik van kinderen en jongeren. Het overgrote deel van die meldingen, 79 procent, kwam van jongens en mannen.

      “Meisjes worden vaak afgeperst voor naaktbeelden, jongens voor geld”, zegt Merel van Mansom, wetenschappelijk medewerker bij Helpwanted. “Er is dus een onderscheid tussen financiële en seksuele afpersing.” Bij meisjes vragen afpersers bijvoorbeeld om extra naaktbeelden, die zij dan in hun netwerk kunnen verspreiden. Jongens wordt meteen om geld gevraagd.

      Jongens denken dat ze met een leuk meisje of een leuke jongen zitten te chatten.
      Nikki Lee Janssen, ervaringsdeskundige en voorlichter bij Helpwanted

      De slachtoffers werden vaak zonder hun medeweten gefilmd en in bijvoorbeeld een chatbox verleid tot het hebben van seksueel online contact. “Er wordt misbruik gemaakt van de seksuele vrijheid die jongeren voelen”, zegt Nikki Lee Jansen, ervaringsdeskundige en werkzaam bij Helpwanted.

      “Jongens denken dat ze met een leuk meisje of een leuke jongen zitten te chatten, maar dat is dan een opnamebeeld of iemand die daar onder dwang zit”, vertelt Janssen bij Nieuws & Co op NPO Radio 1. “We zien dat er soms echt bendes achter zitten die hier hun beroep van hebben gemaakt. In heel veel landen is dit echt een megabusiness.”

      Volgens Helpwanted zijn de meldingen die de organisatie binnenkrijgt dan ook het topje van de ijsberg. In het algemeen is nog weinig bekend over ‘financiële sextortion’ en de gevolgen daarvan.

      Met de onderzoekscampagne die vandaag begint, hopen Helpwanted en Slachtofferhulp inzicht te krijgen in bijvoorbeeld de relatie tussen slachtoffer en afperser. Ook onderzoeken de organisaties hoe groot de aangiftebereidheid is onder jongens.

      “Het taboe op het maken en uitlekken van naaktbeelden is sowieso al groot”, vindt Nikki Lee Janssen. “Maar in de media zien we vooral de verhalen van vrouwelijke slachtoffers. Dat maakt de schaamte en het taboe bij jongens nog groter.”

      Bron: NOS.nl

      #239475
      Mark
      Moderator

        Doorbreek het taboe rond mannelijke slachtoffers van seksueel geweld

        Seksueel geweld is een feministisch onderwerp. Tijdens de Tweede Feministische Golf zetten vrouwen het op de politieke agenda en het is niet verwonderlijk dat de #MeToo-beweging plaatsvindt tijdens een nieuwe heropleving van feminisme. Daarbij lijkt er een eenvoudig onderscheid te zijn tussen vrouwen als slachtoffers en mannen als daders.

        Op het eerste oog is dat onderscheid logisch. Vrouwen zijn doorgaans fysiek zwakker en seksuele intimidatie gaat vaak gepaard met (de dreiging van) fysiek geweld. Bovendien laten de statistieken duidelijk zien dat vrouwen veel vaker slachtoffer zijn dan mannen. Toen ik in april 2017 – voordat #MeToo viraal ging – een column schreef over vrouwen als daders kreeg ik dan ook boze reacties. Het probleem is veel dringender voor vrouwen, dus waarom dan kostbare aandacht besteden aan mannen?

        In haar beroemde boek Against Our Will (1975) stelt Susan Brownmiller dat verkrachting een primair middel van mannen is om het patriarchaat in stand te houden:

        ‘Man’s discovery that his genitalia could serve as a weapon to generate fear must rank as one of the most important discoveries of prehistoric times, along with the use of fire and the first crude stone axe. From prehistoric times to the present, I believe, rape has played a critical function. It is nothing more or less than a conscious process of intimidation by which all men keep all women in a state of fear.’

        “Dat zou erop kunnen wijzen dat seksueel geweld tegen mannen in opkomst is. Dat is aandacht waard, zowel van onderzoekers en van feministen.”

        Verkrachting is in deze opvatting iets dat mannen doen om macht te behouden. Brownmiller kon zich eenvoudigweg niet voorstellen dat vrouwen zich hier ook aan schuldig zouden maken. Seksueel geweld draait inderdaad om intimidatie en macht. Maar geslacht is niet de verklarende variabele. Zo blijkt dat in Amerikaanse gevangenissen, vrouwelijke bewaarders meer dan hun mannelijke collega’s hun positie misbruiken om gevangenen tot seksuele handelingen te dwingen.

        Deze week kwam de Monitor Seksuele Gezondheid in Nederland 2017 van Rutgers uit. Hierin zijn cijfers opgenomen over seksuele grensoverschrijding en seksueel geweld. Als we ook zoenen tegen de wil daarbij meerekenen, heeft 53 procent van de vrouwen en negentien procent van de mannen hier wel eens mee te maken gehad. Het verschil tussen mannen en vrouwen is inderdaad groot, maar bijna één op de vijf mannen is toch geen te verwaarlozen groep.

        Rutgers heeft dit jaar de data op een andere manier verzameld waardoor vergelijking met eerdere Monitors lastig is. Zo is de vraagstelling niet hetzelfde. Extra jammer is dat er niet gevraagd is naar recente ervaringen, een vraag die wel in 2012 werd gesteld. Toen gaf 1,3 procent van de vrouwen aan dat ze in minstens één keer in het afgelopen jaar seksueel geweld had meegemaakt, tegenover 1,2 procent van de mannen. Ongeveer evenveel dus – een beeld dat ook uit eerder genoemd Amerikaans onderzoek naar voren komt.

        Dat zou erop kunnen wijzen dat seksueel geweld tegen mannen in opkomst is: de cijfers over het gehele leven liggen voor mannen namelijk lager. Dat is aandacht waard, zowel van onderzoekers en van feministen. Zijn de daders hogergeplaatsten of juist partners? Vindt het seksueel geweld plaats op de werkvloer of in het uitgaansleven?

        In Nederland is het aantal zaken dat aan het licht kwam dankzij #MeToo niet zo groot. De drie grootste (dat wil zeggen: met de meest high profile verdachten) kenden in twee gevallen mannelijke slachtoffers: Gijs van Dam (Jelle Brandt Corstius) en Job Gosschalk (37 mannelijke acteurs). De andere zaak is die rond Jappe Claes en zijn vrouwelijke studenten.

        Desondanks gaat het op sociale media, in columns en bij praatprogramma’s vrijwel eenzijdig over vrouwen als slachtoffers. Dat versterkt het reeds bestaande taboe voor mannen om uit te komen voor hun slachtofferschap. Mannen horen immers jagers te zijn en seks altijd lekker te vinden. Gedwongen worden iets te doen wat je niet wilt hoort echter niet bij seks. De Monitor 2017 van Rutgers laat zien dat de gevolgen van dwang voor mannen dezelfde zijn als die voor vrouwen: ook zij hebben last van fysieke en psychische klachten, en onder andere problemen in de relatie en op het werk.

        Het percentage mannen dat aangifte doet van hun ervaringen met seksueel geweld ligt zorgwekkend laag: slechts vier procent (tegenover een eveneens zorgwekkend schamele elf procent vrouwen). Mannen praten er ook minder over en krijgen daardoor minder hulp. Er is dus nog een lange weg te gaan. Emancipatie is geen vrouwenkwestie, maar iets dat we samen moeten doen. Dat geldt ook voor seksueel geweld.

        Bron: brainwash.nl

        #240096
        Luka
        Moderator

          ‘Misbruik tekent voor het leven’

          Vijftien jaar lang, van zijn derde tot zijn achttiende, werd Alexander sekueel misbruikt. Maar hij wist niet beter, dacht dat het normaal was. Pas later besefte hij hoe het misbruik zijn leven heeft getekend.

          Alexander woonde als 18-jarige net een half jaar op zichzelf, toen de telefoon ging. Hij moest direct naar zijn ouders komen. ‘Mijn jongste zusje had die dag aan mijn moeder verteld dat we jarenlang waren misbruikt door onze oom. Mijn moeder vond dat ik, net als mijn broer en zusjes, aangifte moest doen.’

          Gedragsproblemen
          Maar Alexander vroeg zich af: ‘Waarvan dan? Het klinkt misschien heel vreemd, maar het was zo gewoon geworden, ik zag het niet als misbruik. Zelfs niet toen ik al 18 was.’ Toch had hij al jaren ernstige gedragsproblemen en werd hij gepest op school. Geen professional koppelde dat aan misbruik.

          ‘Mijn oom deed dat heel slim. Hij zei dat het ons geheimpje was; als we het zouden vertellen, zouden we misschien straf krijgen van onze ouders. Hij was voor ons een leuke oom, die een tijdje bij ons woonde. We deden leuke dingen en gingen bijvoorbeeld met hem naar het strand.’

          ‘Aangifte doen? Waarvan dan? Het klinkt misschien vreemd, maar het was zo gewoon geworden, ik zag het niet als misbruik. Zelfs niet toen ik al 18 was.’
          Alexander – slachtoffer seksueel misbruik

          Bevrijd
          Inmiddels is Alexander 43 jaar. ‘Het heeft mijn leven enorm beïnvloed. Ik heb een laag zelfbeeld, moeite met concentreren en ik lijd aan een posttraumatische stressstoornis.’ Toch heeft hij zijn oom inmiddels vergeven. ‘Omdat hij, net als veel daders, zelf óók slachtoffer was van seksueel misbruik.’ Nu hij het een plek heeft kunnen geven voelt Alexander zich bevrijd. ‘Dit is misschien wel de beste periode uit mijn leven.’

          Bron: Rotterdam.nl (artikel niet meer te vinden op de site)

          #240899
          Luka
          Moderator

            Vluchteling en misbruikt

            Een bijzondere groep jongens die in ons land te maken heeft met seksueel geweld zijn de vluchtelingen. We kennen ze allemaal van de beelden in de media: op de armetierige bootjes die vanuit Libië met veel te veel passagiers de zee overgaan. We weten: dat moet een helse overtocht voor ze zijn. Maar wat we vaak niet weten is wat er vóór de trip op de boot heeft plaatsgevonden en wat er daarná komt…

            Linda Pool heeft vanuit haar rol als zorgcoördinator de afgelopen jaren een tiental jongens begeleid die in een asielzoekerscentrum zijn opgenomen. Zij kent die verhalen wél. ‘Bijna niemand stapt ongeschonden vanuit Libië de boot op’, zegt ze. ‘Voordat deze vluchtelingen in Italië aan land komen, hebben ze al meerdere trauma’s opgelopen. Ze worden bedreigd door hun mensenhandelaren of smokkelaars, opgesloten en gemarteld. Veel vrouwen en in sommige gevallen ook jongens worden seksueel misbruikt.’ Het gaat om vluchtelingenjongens uit voornamelijk West-Afrikaanse landen, zoals Ghana, Gambia, Nigeria, Oeganda en Ivoorkust. Zij reizen richting Europa omdat het perspectief in hun eigen land uitzichtloos is. ‘Er gaat daar de hardnekkige mythe rond dat er in het westen gemakkelijk geld te verdienen valt’, zegt Pool. ‘En daarom offeren veel gezinnen daar een zoon of een dochter op die de familie vanuit Europa moet gaan onder houden. Deze jongens worden onder grote druk op pad gestuurd.’

            ‘De mafa profiteert van de immense voorraad aan vluchtelingen. Jonge jongens worden gedwongen seksuele diensten aan te bieden op straat’

            Eenmaal aan land in Italië wordt de situatie er niet beter op. Pool: ‘De jongens komen terecht in overvolle kampen waar maffiosi de dienst uitmaken. Ze worden in de kampen zelf geronseld voor de prostitutie of criminele activiteiten. De maffia profiteert van de immense voorraad aan mensen. Jonge jongens worden gedwongen drugs te verhandelen of seksuele diensten aan te bieden op straat. Aan zoveel mogelijk klanten, voor zoveel mogelijk geld. Het geld dat ze daarmee verdienen moeten ze afstaan. Dit hele proces gaat opnieuw gepaard met veel dreiging en geweld. Het feit dat deze slachtoffers heel weinig kennis hebben van hun rechten en plichten, maakt het er niet beter op. Daar maken mensenhandelaren handig gebruik van.’

            Een deel van deze vluchtelingen komt uiteindelijk in Nederland terecht, hetzij via een mensenhandelaar die hen verder uitbuit, hetzij zelfstandig. Een deel verdwijnt in de illegaliteit, anderen vinden plek in een asielzoekerscentrum. ‘Het gaat slecht met jongens die ik in de AZC’s spreek’, vertelt Pool. ‘Ze hebben trauma op trauma op trauma. Ze slapen niet, zijn schrikachtig, hebben last van herbelevingen en medische klachten als gevolg van de martelingen en het misbruik. Daar komt bij dat ze helemaal niemand vertrouwen, ook hulpverleners niet, waardoor ze lastig te helpen zijn. Vaak trekken ze uiteindelijk hun eigen plan, vooral als de druk op de procedure rondom hun verblijfstatus toeneemt. Dan zijn ze ineens verdwenen, de illegaliteit in. We weten dat een groot deel van deze jongens weer in de gedwongen prostitutie terechtkomt.’

            Ja, er is een markt voor deze jongens, ook in Nederland, zegt Pool. ‘Het klinkt heel gek, maar hoe jonger, kwetsbaarder en ongelijkwaardiger, hoe meer ze in trek zijn voor seks. Er is een grote groep mannen die daar op kickt. Gewone mannen, Europeanen, met kinderzitjes achterin de auto. Mannen die puur voor lustbeleving hun moraliteit uitschakelen.’

            ‘We kunnen zo ontzettend weinig voor deze slachtoffers doen’, besluit Pool. ‘Tijd voor intensieve traumabehandeling is er vaak niet in verband met hun verblijfsprocedure. Je kunt ze helpen met een beetje klachtenreductie, stabilisatie en wat medicijnen, maar dat is het zo ongeveer wel. Het wordt tijd dat we gaan inzien hoe we in Nederland omgaan met deze groep immigranten. Het kan niet zijn dat we ze zo verschrikkelijk aan hun lot overlaten.’

            Bron: fier.nl/fiermagazine

            #240901
            Luka
            Moderator

              Misbruikte jongens
              Door schuld en schaamte verborgen

              Godzijdank zijn ze weer een beetje onder de aandacht: jongens en mannen die te maken hebben (gehad) met seksueel misbruik. Onder andere Leaving Neverland, de documentaire over het vermeend misbruik van Michael Jackson, heeft deze verborgen groep weer in the picture gezet.

              ‘Vaak maken deze jongens de afspraak met zichzelf: ik vertel het aan niemand. Want als je het vertelt, dan is het ook echt zo’

              Iedere professional die werkt met kinderen die zijn misbruikt ‘klaagt’ erover: de jongens zijn zo ontzettend onzichtbaar. Slechts één op de vijf mannen die is misbruikt zoekt hulp, één op de drie heeft het zelfs nog nooit aan iemand verteld. Vreselijk, want dat betekent dat van de (naar schatting) tienduizend nieuwe mannelijke slachtoffers per jaar het overgrote deel niet de hulp krijgt die nodig is. En het wordt nog erger: uit onderzoek blijkt namelijk dat de kans op een posttraumatische stressstoornis (PTSS) bij misbruikte jongens groter is dan bij meisjes.

              De boosdoener van het zwijgen van de jongens én hun verhoogde kans op PTSS is eenduidig: schaamte. ‘Die is bij jongens vele malen groter dan bij meisjes’, zegt Iva Bicanic, hoofd van het Centrum Seksueel Geweld. ‘Vaak maken deze jongens de afspraak met zichzelf: ik vertel het aan niemand, dit mag niemand weten. Want als je het vertelt, dan is het ook echt zo. We zien jongens die blijven ontkennen, ook al worden ze geconfronteerd met bijvoorbeeld beeldmateriaal van het misbruik. Ze blijven volhouden: Nee, het is niet gebeurd.’

              ‘Jongens horen stoer te zijn’, zegt Marina Reijns, klinisch psycholoog en inhoudelijk directeur bij Fier. ‘Dat is hoe we er als maatschappij over denken. Maar die denkwijze maakt dat ze langer met hun problemen rondlopen dan meisjes, dat ze er moeite mee hebben om kwetsbaar te zijn en moeilijk over hun gevoelens kunnen praten.’

              ‘Het hapert al in de opvoeding’, vult Bicanic aan. ‘Wij voeden meisjes wel op met het idee dat iemand over hun grenzen kan gaan. Pas op voor vreemde mannen, let op met jongens, enzovoorts. Bij jongens doen we dat niet of nauwelijks; “Zij slaan wel van zich af”. Als er op televisie, bijvoorbeeld in soapseries, aandacht wordt besteed aan seksueel geweld, gaat het altijd om meisjes die het slachtoffer zijn. Maar het is old school om te denken dat alleen meisjes en vrouwen worden misbruikt. Door deze misvatting hebben jongens geen idee dat zoiets als aanranding of verkrachting ook met hen kan gebeuren. Dus als het dan gebeurt, is de schok enorm.’

              GENITALE RESPONS
              Naast schaamte spelen verwarring en schuldgevoel een grote rol bij jongens die slachtoffer zijn van seksueel geweld. Vanwege de genitale respons, oftewel een erectie of ejaculatie tijdens het misbruik. ‘Ik werd seksueel opgewonden, dus ik heb het zelf gedaan’, geeft Reijns als voorbeeld. ‘Deze denkwijze – die heel normaal is – zorgt voor een enorme innerlijke worsteling. Maar wat slachtoffers niet weten is dat het stijf worden van de penis een autonome reactie is die niets te maken heeft met instemming.’
              Bicanic vult aan: ‘Een dader maakt er vaak misbruik van: zie je wel, je vindt het lekker, want je krijgt een erectie. De verwarring wordt nog groter doordat veel van de slachtoffers die misbruikt worden door een man, gaan twijfelen over hun seksuele identiteit. De helft denkt: ik kreeg een stijve piemel, dus ik ben homo.’
              Vanwege de verwarring en het schuldgevoel is het volgens beide professionals belangrijk om slachtoffers psychoeducatie (informatie over onder andere lichamelijke reacties) te geven in een eventueel behandelproces. Ook omdat het krijgen van een erectie vaak tot op late leeftijd kan doen denken aan het trauma.
              Bicanic: ‘Een jongen moet minimaal te horen krijgen dat het niet zijn schuld is, dat het normaal is dat hij een stijve piemel kreeg, dat een freeze-reactie (zie kader) veel voorkomt en het normaal is dat je verward kunt raken over je seksuele identiteit.’

              HIER AL EENS OVER NAGEDACHT?
              “Heb jij even mazzel dat je als vijftienjarige seks mocht
              hebben met de biologielerares van vijfendertig!” Is een
              jongen misbruikt door een vrouw, dan wordt daar vaak
              wat lacherig over gedaan; het lucky boy-fenomeen. Maar
              draai de seksen nu eens om: een meisje van vijftien met
              een man van vijfendertig. Vinden we het dan nog steeds
              leuk? ‘We houden er anno 2019 nog steeds een dubbele
              moraal op na’, zegt Iva Bicanic. ‘En het is mede dankzij
              deze dubbele moraal dat jongens geen hulp zoeken na
              misbruik door een vrouw.’

              POKERFACE
              Nog maar een keer: slechts één op de vijf misbruikte jongens zoekt hulp. Kunnen we ze eerder herkennen? Zijn er signalen waarop we kunnen letten? Dat blijkt lastig. Bicanic is er in ieder geval heel duidelijk over: ‘Signalenlijstjes kunnen écht niet meer. Slachtoffers van seksueel geweld laten juist verschrikkelijk weinig signalen zien. Want ze wíllen niet dat we het zien. En jongens al helemaal niet. Ze zetten een pokerface op, laten ook jou als hulpverlener geloven dat het goed met ze gaat, dat ze nergens last van hebben.
              ’Afgelopen jaar promoveerde Thekla Vrolijk-Bosschaart met haar onderzoek naar de slachtoffers in de zaak rond Robert M. Deze zaak kwam in 2010 naar buiten toen werd ontdekt dat M. tijdens zijn werk bij kinderdagverblijf ’t Hofnarretje in Amsterdam en als oppas aan huis tientallen kinderen seksueel misbruikte. Uit onderzoek van de politie bleek dat er 87 slachtoffers waren. De onderzoekster legde de dossiers van kinderen die in aanraking waren geweest met M. voor aan onafhankelijke experts. Het ging om dossiers van kinderen waarvan bewezen was dat ze waren misbruikt en van kinderen bij wie er geen bewijs van misbruik werd gevonden. Nu komt het: de experts konden op basis van de symptomen van de kinderen niet beoordelen welke kinderen wel en welke kinderen niet waren misbruikt.

              ‘Ze laten ook jou als hulpverlener geloven dat het goed met ze gaat, dat ze nergens last van hebben’

              ‘Misbruik bij kleintjes is inderdaad moeilijk te herkennen’, zegt Reijns. ‘Deze kinderen laten vaak geen expliciete signalen zien en hebben nog geen woorden om uit te leggen wat er met hen is gebeurd. Hulp vragen doen deze slachtoffertjes in veel gevallen indirect, door het laten zien van afwijkend gedrag.

              FREEZE-REACTIE

              Zestig tot zeventig procent van de slachtoffers verstijft
              tijdens seksueel misbruik. Ze doen niets, ze voelen zich
              verlamd. Hun lichaam schiet in een overlevingsmodus,
              in een freeze. Want, zo “denkt” het lichaam: beter
              verkracht dan vermoord. ‘Slachtoffers hebben geen
              enkele controle op deze automatische respons’, zegt Iva
              Bicanic. ‘Maar dat weten ze in veel gevallen natuurlijk
              niet. Ze nemen het zichzelf kwalijk dat ze niet hebben
              geschreeuwd of gevochten, dat ze het ‘zomaar’ hebben
              laten gebeuren. Tegen de tijd dat ze ouder worden,
              gaan ze zich afvragen: waarom heb ik niks gedaan?
              Slachtoffers lopen niet vast op de penetratie of andere
              seksuele handelingen, maar op hun eigen beoordeling
              van hun reactie tijdens het misbruik. Het is daarom
              belangrijk dat iemand ze vertelt hoe het lijf werkt bij
              extreme stress. Dat die freeze een normale respons is.

              De slachtoffertjes uit het onderzoek van VrolijkBosschaart lieten veel pathologie zien: gedragsproblemen, zoals woede- en paniekaanvallen, incontinentie, slaapproblemen en zorgelijk seksueel gedrag. Reijns: ‘Kijk naar afwijkingen in wat voor een baby of peuter normaal gedrag is. Denk aan het jongetje dat na het douchen routinematig op bed gaat liggen omdat “zijn kontje nog moet worden schoongemaakt” of het jongetje dat seksueel getinte bewegingen maakt, op zijn knuffels rijdt en onmiddellijk naar de borsten van een vrouw grijpt. Hieraan zie je: niet de taal om te benoemen wat er speelt, maar wel dat gedrag. Gedrag dat zich vaak blijft herhalen. Dat het ongepast is, voelen deze kinderen zelf niet aan, omdat ze dit zo vaak hebben moeten doen op aangeven van een ander.’

              ‘Ik had een jongen in mijn praktijk die totaal over de grenzen van zijn vriendinnetje ging, puur omdat hij dacht dat het zo hoorde’

              Ook in de prepuber- en puberteit zijn de signalen van misbruik vaak allesbehalve expliciet. Daar waar meisjes rond hun puberteit gaan internaliseren (terugtrekken, depressieve klachten), laten jongens vaak externaliserend gedrag zien. Denk aan: een kort lontje, prikkelbaar, agressief. Maar er is meer. Waar meisjes vaak in herhaling vallen als slachtoffer, gaan jongens zich volgens Reijns veelal promiscue gedragen. Als dader. ‘Als ik hoor dat een meisje is misbruikt door haar broer, vraag ik me gelijk af wat hij heeft meegemaakt. En ja, in veel gevallen is het inderdaad zo dat de dader zelf ooit slachtoffer was. Niet zo heel gek. Als er iemand sterk over je lichamelijke grenzen heengaat, je lichamelijke integriteit aantast, herken je de grenzen van jezelf én de ander niet meer. Dat uit zich dan bijvoorbeeld in seksuele grensoverschrijdingen richting anderen.’ Bicanic: ‘Soms niet eens bewust. Ik heb een jongen in mijn praktijk gehad die totaal over de grenzen van zijn vriendinnetje ging, puur omdat hij dacht dat het zo hoorde. Zo was het tijdens zijn misbruik ook altijd gegaan. Ze doen na wat ze zelf hebben meegemaakt. Daarom is het ook zo belangrijk om deze jongens seksuele voorlichting te geven. Je denkt al gauw: die voorlichting hebben ze allang gehad. Ja, maar dan wel in de omgekeerde volgorde.’

              GEVOLGEN VAN MISBRUIK
              De gevolgen van misbruik kunnen levenslang zijn, zelfs als het misbruik plaatsvond in de babytijd en het kind zich van het trauma zelf niets kan herinneren. ‘Wie als baby is misbruikt heeft vaak geen actieve herinneringen aan het misbruik’, legt Reijns uit, ‘maar de pijn van het trauma dragen ze wel mee in hun lichaam. Ze zijn bovendien vaak extreem onveilig gehecht. Al in hun eerste jaar zijn ze in een groot gevoel van onveiligheid grootgebracht, waardoor ze niet het vermogen hebben om een empathische relatie aan te gaan. Het zijn beschadigde kinderen die niet goed met leeftijdsgenootjes kunnen omgaan en begin puberteit emotieregulatieproblemen laten zien. Hun hormonen gaan dan een rol spelen, ze worden seksueel rijp, maar daar weten ze niet goed mee om te gaan. En opnieuw is daar dat gedrag dat laat zien dat ze vroegkinderlijk getraumatiseerd zijn.’ Die problemen kunnen volgens de klinisch psycholoog tot in de volwassenheid doorgaan. Volwassenen die als kind in hun vroege jeugd zijn getraumatiseerd hebben meer kans op zowel psychische, lichamelijke als sociale en financiële problemen. ‘Wat ik zie zijn kinderen, jongeren en volwassenen die enorm in de knoop zitten met zichzelf en hun eigen gevoelens’, zegt Bicanic. ‘Ze zijn enorm beschadigd in hun vertrouwen in anderen, maar ook in zichzelf en hun eigen lichaam – dat op zo’n vreselijke manier verraad heeft gepleegd door te reageren op het misbruik. Ze zijn in feite tegen zichzelf opgezet. En de herinneringen aan het trauma blijven maar terugkomen, ook al proberen ze die vaak zo ver mogelijk weg te stoppen. Voor veel mannen die als kind zijn misbruikt, komt het besef van wat er allemaal met hen is gebeurd pas later. Dat noemen we inflatie, een opwaardering van de betekenisgeving van de oorspronkelijke gebeurtenis. Je ziet dat heel goed terug in de documentaire Leaving Neverland, waarin twee volwassen mannen vertellen over het misbruik uit hun jeugd. Pas toen zij zelf vader werden, beseften ze dat hun relatie met Michael Jackson niet normaal was. Een nieuwe gebeurtenis in hun leven gaf een nieuwe betekenis aan het misbruik in hun jeugd.’

              Bicanic pleit, onder meer vanwege deze inflatie, voor het blijven monitoren van slachtoffers na een traumabehandeling. ‘Je moet ze eigenlijk ieder jaar op controle laten komen, net zoals je bij patiënten met een chronische ziekte doet. De gevolgen van langdurig seksueel misbruik vertonen parallellen met een chronische ziekte. De kans op terugval is groot. Het is belangrijk om ieder jaar even te polsen: hoe zit het nu in je hoofd? Hoe gaat het met je? Is het nog een keer gebeurd? Maar ook: heb jij wat er met jou is gebeurd met iemand anders gedaan? Dat iemand na een succesvolle behandeling klaar is, is mooi, maar communiceer met kind en ouders over mogelijke terugval bij het ouder worden. Het feit dat iemand geen signalen vertoont, betekent niet per definitie dat het oké is of dat het oké blijft. Je moet seksueel misbruik in een levensloop zien, de dynamiek begrijpen.’

              ‘Ik heb legio meisjes behandeld, een jongen tegenover me is uniek’

              RODE LOPER
              Maar om die jongensslachtoffers te kunnen monitoren, moet je ze eerst wel in je spreekkamer krijgen. ‘Ik heb legio meisjes behandeld’, zegt Bicanic, ‘een jongen die tegenover me zit is uniek. Ik heb ze dolgraag in behandeling, in gedachten leg ik de rode loper voor ze uit als ze zich melden, maar ze melden zich gewoonweg niet.’ En bij jongens die wél in beeld van de hulpverlening komen, worden het misbruik vaak gemist. Reijns: ‘Dan wordt er gekeken naar de bovenliggende problematiek – het afwijkende gedrag – in plaats van naar de oorzaak van dat gedrag. Bicanic: ‘Ik ken een jongetje dat naar een agressieregulatietraining werd gestuurd, terwijl hij gewoon iedere week werd misbruikt.’ Een gemiste kans, want deze jongens zijn, met de juiste traumabehandeling, heel goed te helpen, zeggen Bicanic en Reijns. Daarin verschillen ze dan weer niet zoveel van de meisjes.

              Hoe krijgen we nu die jongens in de spreekkamer? Continue aandacht voor jongens en misbruik, zeggen de professionals. Zorgen dat de drempel voor hen om hulp te zoeken lager wordt. Bicanic: ‘Nu met de verhalen rondom Michael Jackson zie je weer even een aandachtspiek. Maar er komt een moment dat we met z’n allen weer even “misbruik-moe” zijn en die aandacht weer wegzakt. Tja, en dan ben je ook de slachtoffers weer “kwijt”.’

              CIJFERS JONGENS/MANNEN EN MISBRUIK

              • 1 op de 5 mannen heeft ooit seksueel grensoverschrijdend gedrag meegemaakt.
              • 1/3 van alle mannelijke slachtoffers heeft het nooit verteld.
              • 1/5 van de mannelijke slachtoffers zoekt hulp.
              • Bijna de helft van de mannelijke slachtoffers ervaart psychische, seksuele of relatieproblemen.
              • Mannelijke slachtoffers ontwikkelen minstens zo vaak PTSS dan vrouwelijke slachtoffers.
              • 1 op de 5 slachtoffers krijgt genitale respons tijdens het misbruik.
              • In 7% van alle gevallen van kindermisbruik is de pleger vrouw.
              • Bij 1/3 van alle mannelijke slachtoffers boven de 16 jaar is de pleger een vrouw.
              • 1/3 van de misbruikte mannen is eerder misbruikt.
              • Mannelijke slachtoffers ervaren meer schuld- en schaamtegevoelens dan vrouwelijke slachtoffers.
              • Ruim de helft van de mannelijke slachtoffers twijfelt over hun seksuele identiteit.
              • Homo- en biseksuele mannen zijn vaker slachtoffer dan heteroseksuele mannen

              Bron: Centrum Seksueel Geweld

              Bron: fier.nl/fiermagazine

              #241745
              Luka
              Moderator

                 

                *Via het tandwieltje onderaan de video (instellingen) kan je de ondertiteling aanpassen van Japans naar Engels, of geheel uitzetten

                #241817
                Mark
                Moderator

                  Als kind misbruikt in het Leger des Heils, dat is een geheim dat je niet kunt begraven

                  Richard Bos ontving een schadevergoeding voor het misbruik door een officier bij het Leger des Heils, maar bleef ontredderd achter. Tegen Trouw deed hij zijn verhaal.

                  Hoe het wafeltjesblad van de witte Bruynzeelkeuken voelde onder de naakte huid van zijn billen. Hoe rommelig de ruimte was, vol opgestapelde stoelen en tafels. Hoe de officier van het Leger des Heils in Winschoten zijn uniformjasje uitdeed. Hoe harig zijn armen en oksels, toen hij zijn spierballen toonde.

                  Hoe uitverkoren hij zich waande dat de officier hem apart nam in de keuken, terwijl zijn moeder de korpszaal van het Leger aan de Zeeheldenstraat poetste. Hoe de officier aan zijn broekspijpen trok. Hem complimenteerde met zijn potige benen. De toon waarop hij zei dat hij vast voetballer zou worden.

                  Wat voor afdruk het zitten op het keukenblad achterliet: groefjes die langzaam oplosten als hij naar huis liep. Jongejongenshuid die terugveerde, rechttrok. “Onze Lieve Heer vindt dit wel goed, hoor”, had de officier gezegd. Maar zo snel als ze voor het oog verdwenen waren, de wafeltjes in zijn huid, voor Richard Bos verdwenen ze nooit.

                  Deze scène speelde zich halverwege de jaren zeventig af, vaker dan eens, vertelt Richard Bos. Hij worstelde zijn leven lang met het misbruik. Ruim veertig jaar later haalt hij in zijn kleine woonkamer het uiterlijk van de officier voor de geest. Een grote, ronde bril zoals hip was in die tijd, een gezette buik.

                  Eén zinnetje, dat in 2015 werd uitgesproken op de begrafenis van zijn moeder, die haar leven lang heilssoldaat was, bracht de herinnering aan de officier weer boven. Tijdens een toespraak zei een collega-heilszuster: “Het is maar goed dat alle geheimen worden meegenomen in het graf.”

                  Richard Bos wist precies waarop ze doelde. “Denk maar eens aan wat wij allemaal hebben meegemaakt in het verleden”, zei hij tegen zijn zus. Hij noemde de namen van twee officieren uit Winschoten. De ene man kon niet van zijn zus afblijven, de ander niet van hem.

                  Hoewel de buitenwereld er niets van zag, hadden broer en zus Bos een zeer onveilige jeugd, zowel in hun eigen gezin als binnen de christelijke organisatie, waarvan de kerkelijke en maatschappelijke tak indertijd veel sterker met elkaar verweven waren dan nu.

                  Bos besefte dat pas echt na de uitspraak over de geheimen die met zijn moeder meebegraven werden. Aangespoord door alle verhalen over misbruik bij religieuze organisaties en in de sport, schreef hij een brief aan het Leger des Heils, om de verhalen toch boven de grond te houden.

                  De organisatie nam het verhaal van de kinderen Bos serieus. Een paar weken later dronk commandant Hans van Vliet (tot halverwege 2018 hoofd van het Leger in Nederland, Tsjechië en Slowakije) bij Richard Bos in zijn appartement in Ermelo een kop thee. “Het viel hem rauw op het dak”, vertelt Bos.

                  Van Vliet vroeg waarom Bos dit nu aan de kaak stelde. “In de kerken speelt het, de rooms-katholieken hebben we gehad, de Jehovah’s Getuigen, ik hoorde verhalen over de pinkstergemeentes in Nijkerk: ik dacht, het is goed dat hier wordt afgerekend met daders. Anders leren ze er nooit van. Het Leger des Heils mag ook wel eens met de billen bloot.”

                  Winschoten, 1972.
                  Puupuupaa. Puupuupaa.

                  Het geluid van Richards bugel zwiert door de ramen van het kantoor, over de Zeeheldenstraat, het dorp in. De kinderen naast hem slaan op trommels, rinkelen met tamboerijnen. De officier staat voor de groep, hij helpt bij het kinderorkest. Tijdens een concert wordt het samenspel vastgelegd op de camera, de foto wordt gepubliceerd in de plaatselijke krant. Richard, op dat moment een kleine, schriele jongen van twaalf, staat tussen een warboel aan instrumenten, de officier in een keurig uniform er trots achter.

                  Zijn moeder is op dat moment fanatiek actief als heilssoldaat. Haar hele leven draait om de gemeenschap. Richard is een vrolijk, creatief jong. Hij is kinderlijker dan zijn leeftijdsgenootjes. Hij speelt en tekent, heeft nog geen aandacht voor brommers of vriendinnetjes.

                  Waar de andere kinderen de officier maar een engerd vinden, kan Richard goed met hem overweg. Sterker nog, de officier behandelt hem als zijn oogappeltje.

                  – “Richard, geef je de bloemetjes water?”

                  – “Richard, kom jij mij even helpen met tafels uit de keuken klaarzetten?”

                  – “Richard, ik vind jou een aardig joch.”

                  Stukje bij beetje wordt Richard maatjes met de officier. Hij krijgt vaak een aai over zijn bol. Zijn moeder is daar fier op, want de officier, een soort dominee binnen het Leger, heeft oog voor háár jongen. Richard rekent zich rijk, maar de andere kinderen uit het orkest kijken op hem neer.

                  – “Kom je even naar de keuken?”

                  Die vraag stelt de officier een paar maanden achter elkaar steeds vaker, zegt Bos. Daar op het wafeltjesblad, voelt de grote man aan Richards binnenbeen. Zijn hand kruipt omhoog, tot Richard ‘blijf van mij af’ zegt. Maar de officier wil gewoon even onder zijn broekje voelen, daar is niets mis mee toch?

                  “Voel mij maar. Zie, dit voelt bij jou nog heel zacht, maar bij mij kan het heel hard worden. Even als mannen onder elkaar: zo voelt dat dus”, zegt hij. Bos schrikt. Dit loopt uit de hand, voelt hij. Maar hij durft niets, hij verroert zich niet. “Niet verder vertellen, hoor,” zegt de officier.

                  Het volgende moment in de keuken begint de officier waar hij de vorige keer eindigde, vertelt Bos. “Ik wil jouw piemeltje zien”, zegt hij. “Als je groter bent, gaat jouw piemeltje op de mijne lijken.” Richard begint te huilen. Hij moet trekken aan het geslachtsdeel van de officier. “Onze Lieve Heer vindt dit wel goed, hoor”, zegt hij opnieuw.

                  Het misbruik duurt een jaar. Richard slaat alles op wat de officier zegt en doet. Na een tijd raapt hij de moed bijeen en vertelt zijn moeder dat de officier aan hem zit terwijl zij schoonmaakt. “Dat doet een officier van het Leger niet. Hou je klep maar”, is haar reactie, zegt Bos.

                  Richard voelt zich bedrogen. Het gaat slecht met hem op school. Het vrolijke jongetje lacht niet meer en zijn gedachten dwalen af tijdens de les. Een alerte docent neemt hem apart en na enig aandringen vertelt Richard hem enigszins omwonden wat er gebeurt in de keuken van het Leger.

                  De docent benadert zijn ouders en spreekt er met hen over. Richard weet niet wat zijn ouders precies hebben gezegd tegen de officier, maar de man ontloopt hem daarna. Het wordt zomervakantie en daarna gebeurt het misbruik nog één keer, aldus Bos.

                  Daarna wordt de officier overgeplaatst naar Den Haag, blijkt uit de korpsboeken die het Leger des Heils raadpleegde nadat Richard Bos en zijn zus over het misbruik vertelden. Het is onduidelijk of de overplaatsing te maken had met het misbruik.

                  In Den Haag wordt de officier ziek, blijkt uit interne documenten van het Leger des Heils die Trouw heeft ingezien. Zijn weg en die van het Leger scheiden na enige tijd. In het korpsboek staat bij zijn uitschrijving dat hij ‘met zijn houding niet te handhaven was’. Hieruit is niet op te maken of hij zelf is weggegaan of ontslagen is.

                  Alle zinnetjes die de officier uitsprak tijdens het misbruik bleven al die jaren kleven in Richards hoofd. Zoals zijn verhaal hierboven beschreven is, zo herinnert hij het zich en zo gedetailleerd vertelt hij het ook aan commandant Hans van Vliet in zijn woonkamer in Ermelo.

                  Van Vliet vraagt daarna wat Bos van hem verwacht. Een gebaar, zegt hij. Hij biedt ‘als een knipmes’ zijn excuses aan, zegt Bos. Van Vliet belooft volgens hem dat het Leger des Heils een onafhankelijk persoon zal aanstellen om de zaak te onderzoeken.

                  Enkele weken na het gesprek valt er een brief op de mat van Bos met de mededeling dat het Leger zijn vertrouwenspersoon inschakelt om de verhalen van Bos en zijn zus aan te horen en te documenteren. Een vertrouwenspersoon is niet de onafhankelijke onderzoeker die Van Vliet beloofd heeft, zegt Bos.

                  Even aarzelt hij, moet hij hier een punt van maken? Hij besluit zich erbij neer te leggen, allang blij dat het Leger des Heils iets onderneemt. In een reactie laat het Leger weten dat het eerst de vertrouwenspersoon de zaak wilde laten inventariseren, om daarna een onafhankelijke partij in te schakelen om het af te handelen.

                  De vertrouwenspersoon praat met Richard Bos en zijn zus. Zij is langere tijd verkracht door een andere officier, vertelt ze. Het is de eerste keer dat Bos het hele verhaal van zijn zus hoort. Hij schrikt enorm, het is veel heftiger dan hij zich herinnerde.

                  Haar officier, heeft het Leger des Heils inmiddels boven tafel, werd eerst overgeplaatst naar Veendam en daarna – blijkt uit een brief van het Leger des Heils aan het Schadefonds voor Geweldsmisdrijven – ontslagen. Het Leger wil tegenover Trouw alleen melden dat er indertijd ‘rechtspositionele maatregelen zijn genomen’. In het korpsboek staat niet dat dit de reden is van het ontslag, maar de organisatie acht dat waarschijnlijk.

                  De vertrouwenspersoon praat in diezelfde periode ook nog met een ander slachtoffer dat zich heeft gemeld. Het Leger des Heils gelooft de drie verhalen en wil een schadevergoeding betalen. Daarvoor schakelt de organisatie het Schadefonds in Den Haag in.

                  Bos en zijn zus moeten van tevoren tekenen dat zij niet in beroep zullen gaan tegen de uitspraak van het Schadefonds, zoals gebruikelijk is bij dit soort afhandeling van misbruikzaken. Bos’ zus krijgt 10.000 euro, hijzelf ontvangt 2500 euro, wat hij een aanfluiting vindt.

                  De vergoedingen zijn gebaseerd op een richtlijn voor misbruik in jeugdzorginstellingen, die het Schadefonds eenmalig hanteert voor deze zaak. In deze richtlijn krijgt wie gepenetreerd is een aanzienlijk hogere vergoeding. Bij Richard is dit niet gebeurd, bij zijn zus wel.

                  De effecten die het misbruik heeft gehad op het leven van de slachtoffers, tellen niet mee, staat in de brief van het Schadefonds die Trouw inzag. Richard Bos uit zijn ongenoegen bij het Leger des Heils, maar dat vindt dat het de zaak netjes heeft afgehandeld.

                  Richard Bos pakt nog een keer thee. Er komen zachte tonen uit zijn cd-speler. Er is alweer wat tijd overheen gegaan sinds hij de schadevergoeding van het Leger ontving. Hij is niet onverdeeld negatief over hoe de organisatie hem behandeld heeft, hij is dankbaar dat ze hem geloofden. Maar toch is hij teleurgesteld. Niet alleen vanwege de lage vergoeding, maar omdat het Leger hem nadien nooit nazorg aanbood, zegt hij. “Niemand van het Leger heeft na de schikking gevraagd: hoe gaat het nu met je? Ik vertel mijn verhaal omdat ik het Leger duidelijk wil maken dat slachtoffers in het verleden aan hun lot zijn overgelaten. Dit heeft blijvende schade aangericht.”

                  Zo slaapt Bos slecht, al tientallen jaren, vertelt hij. “Ik voel mij eenzaam, en het ergste van alles is dat ik denk dat niemand dat in de gaten heeft. Ik ben altijd goedgehumeurd zodra er iemand in mijn omgeving is. Mijn verdriet heb ik pas als ik alleen ben, op de fiets zit of naar mijn muziek luister.”

                  Hij blijft zich vies voelen. “Het lijkt op eeuwig douchen en maar niet schoon worden. Ik poets en boen en poets en boen, alsof ik steeds mijn verleden weg wil schrobben, maar de geschiedenis blijft aan mij hangen. Het levert mij alleen een net huis op.”

                  Met een zachte bons zet hij het dienblad met theeglazen terug op het aanrecht. Het keukenblad is brandschoon en glad.

                  Verantwoording
                  Dit verhaal is gebaseerd op meerdere gesprekken met Richard Bos, interne documenten, zoals de correspondentie tussen het Leger en het Schadefonds en de mailcorrespondentie met de vertrouwenspersoon, correspondentie met Bos’ zus die het verhaal van haar broer bevestigt, en een serie antwoorden van het Leger des Heils op vragen van Trouw. Het Schadefonds bevestigt dat het Leger drie vergoedingen betaalde.

                  Het Leger deed naar aanleiding van het verhaal van Richard Bos geen navraag bij zijn vermeende misbruikpleger. Trouw traceerde hem, maar de man wilde op inhoudelijke vragen niet reageren. De beschuldiging noemt hij ‘uit de lucht gegrepen’, volgens hem klopt er niets van. Hij zei aan de telefoon dat hij Richard Bos niet eens kent. Lees ook het interview met auteur Rianne Oosterom over haar journalistieke onderzoek en de afwegingen die zij maakte.

                  Heeft u ook een verhaal over misbruik bij het Leger des Heils, dan kunt u ons mailen via tips@trouw.nl.

                  Bron: Trouw.nl >>

                  #242604
                  Mark
                  Moderator

                    Veluwenaar Erik werd seksueel misbruikt: ‘Heel lang wilde ik geen kinderen, uit angst dat ik het misbruik zou doorgeven’

                    Veluwenaar Erik praat niet graag over zijn jeugd, waarin hij te maken had met seksueel misbruik en geweld. Maar aan andere kant ziet hij het als zijn plicht om er juist wel over te vertellen. ,,Alleen als je er over praat, kan je trauma’s verwerken, en dat wil ik aan anderen meegeven,’’ zegt hij.

                    Het verhaal over Erik is opgenomen in het boek ‘Het is niet stoer, de gevolgen van kindermishandeling voor jongens en mannen’, van schrijfster Fiet van Beek uit Ermelo, dat onlangs verscheen. Het boek laat twaalf mannen aan het woord, die met seksueel misbruik te maken hebben gehad.

                    Lees het interview met Erik op destentor.nl of als lid van LSG in het ledendeel.

                    Meer informatie over het boek ‘Het is niet stoer’ >>

                    #242653
                    Luka
                    Moderator

                      ‘Ik liep ruim een halve eeuw rond met mijn geheim.’
                      ‘Maar ik zwijg niet meer. Ik heb de stilte verbroken rondom het seksueel misbruik in mijn jeugd.’

                      Philip werd op jonge leeftijd misbruikt
                      ‘Ruim 55 jaar heb ik voor mezelf gehouden dat ik als jonge tiener herhaaldelijk werd misbruikt op de kostschool waar ik toen op zat. Ik dacht dat ik het zelfstandig een plekje had gegeven. Dat ik er geen last van had. Dat veranderde toen ik het met mijn zus en vrouw deelde. Het verborgen trauma dat het misbruik me heeft bezorgd, kwam snel daarna boven drijven. Een halve eeuw na het misbruik heb ik eindelijk de stilte verbroken. En dankzij lotgenotencontact en therapie alles alsnog verwerkt.’

                      Inmiddels 57 jaar geleden
                      ‘In september 2017, tijdens een weekendje weg, hadden mijn zus en onze partners het over onze jeugd. Mijn zus vroeg me of ik had meegekregen dat er op de kostschool waar ik als jonge tiener op zat, ontucht gepleegd bleek te zijn. Ik gaf aan dat ik dat wist. Waarop ze vroeg of ik zelf ook misbruikt was. Op een frank en vrije toon zei ik: ‘Ja.’ Mijn vrouw, mijn zus en haar man keken me verstijfd aan. ‘Waarom reageren jullie zo panisch?’ zei ik nog. ‘Het is 57 jaar geleden gebeurd. De dader is lange tijd geleden overleden en ik heb het wel voor mezelf verwerkt.’ De spanning bij mijn vrouw en mijn zus was groot. Hun reacties zetten me aan het denken.’

                      Spontane klachten
                      ‘Direct nadat ik over mijn misbruik had verteld, kwamen de klachten. Rusteloosheid, vermoeidheid, nachtmerries en hevig transpireren. Ik vroeg me af of dit klachten waren door het misbruik als kind. Want ik had er toch nooit last van gehad? Al snel kwam ik uit bij Verbreek de stilte: de website van Slachtofferhulp Nederland over seksueel misbruik. Ik stuurde een mailtje en kreeg de vraag of ik een medewerker wilde spreken. Dat wilde ik, op voorwaarde dat ik mijn echtgenoot mee mocht nemen tijdens het intakegesprek. Dat kon gelukkig. Tijdens een eerste consult was ik nuchter in mijn omschrijvingen. Maar de medewerkster vertelde dat ik via mijn woordkeuze onbewust verraadde dat ik nog wel degelijk slachtoffer was. Vanaf dat moment raakte het me. Alle lichamelijke klachten die ik sinds kort ervoer, waren het bewijs dat ik wel degelijk getraumatiseerd was.’

                      Lotgenotencontact bleek na wat aarzeling een succes
                      ‘De dame van Slachtofferhulp nodigde me uit voor een lotgenotengroep. Dat leek me helemaal niks. Vanuit mijn achtergrond als sociaal-cultureel werker zou ik toch alleen maar de regie pakken. En ik zag ertegen op het met andere mensen te delen; dat had ik nog niet eens met mijn drie zonen gedaan. Haar wijze woorden waren: ‘Verbreek de stilte en ga in gesprek met je huisarts en met je dierbaren.’

                      Wat een bijzondere ervaring: praten met lotgenoten!

                      Daarna heb ik mijn zonen en mijn acht broers en zussen en hun partners verteld over het misbruik. Het leverde veel steun en begrip op, wat me de kracht bood om deel te nemen aan de lotgenotengroep.’

                      ‘Het seksueel misbruik inhoudelijk bespreken met mijn echtgenote heb ik nooit echt gedaan. Ik heb enkel verteld dat ik misbruikt ben. Dat zette onze relatie onder druk. Ik kon geen woorden vinden en zij niet invoelen wat er was gebeurd. Die lotgenotengroep was een goeie zet. Ik was de enige man en ook de enige oudere in een praatgroep met alleen maar vrouwen. Dat heb ik bespreekbaar gemaakt. Ik wilde namelijk niet dat de vrouwen in de groep mij zagen als een man die ook tot zoveel ellende in staat zou kunnen zijn. Ze zagen echter eerder het twaalfjarige misbruikte jongetje dat nog steeds in me zat. De herkenning en de gedeelde gevoelens die we konden delen; wat een bijzondere ervaring was dat!’

                      Een ander mens
                      ‘Het lotgenotencontact gaf mij een duwtje in de rug om traumabehandelingen te starten. Met als gevolg dat ik geen nachtmerries meer heb en een weg heb gevonden erover te praten met mijn vrouw en de rest van mijn omgeving.

                      Ik ben inmiddels een leukere partner, vader en opa

                      In ruim een jaar tijd heb ik een onverwerkt trauma van een gebeurtenis van ruim 55 jaar geleden kunnen verwerken. Ik ben nu een leukere partner, vader en opa en voel me gelukkig. Ik heb geen behoefte aan juridische stappen of aan verontschuldiging vanuit de kerk of de kostschool. Ik besteed mijn energie liever aan genieten van mijn nieuwe vrijheid. En aan het delen van mijn verhaal en het helpen van lotgenoten. Want ik zwijg niet meer. Zo heb ik ook mijn verhaal gedeeld in de online community voor lotgenoten van Slachtofferhulp Nederland.’

                      Bron: Slachtofferhulp Nederland >>

                      #242712
                      Mark
                      Moderator

                        ‘Ik ben je dankbaar dat je me bijna kapot hebt gemaakt’

                        In deze rubriek schrijven lezers een brief aan iemand die een belangrijke rol in hun leven heeft gespeeld, positief of negatief. Dit keer James* (29). Hij schrijft een brief aan de man die hem manipuleerde via Facebook en hem misbruikte.

                        Marco,

                        Toen we elkaar leerden kennen, ging het niet goed met mij. Je verscheen bij mijn vriendschapssuggesties op Facebook en ik besloot je toe te voegen. Een beslissing die mijn leven zou verwoesten, maar dat wist ik toen nog niet.

                        Het begon met wat onschuldig geflirt. Langzaam pakte je me meer en meer in. Omdat jij zei dat je in Miami woonde, hadden we alleen online contact, maar jij – psychologiestudent – wist altijd precies de juiste dingen te zeggen. Ik zat in een moeilijke periode in mijn leven, was net mijn huis kwijtgeraakt en was feitelijk dakloos. Je gaf me het gevoel dat ik speciaal was. Ik kon me niet voorstellen dat iemand als jij daadwerkelijk geïnteresseerd was in mij. Maar: jij was ook niet wie ik dacht dat je was.

                        Het duurde even voordat je je ware ik in mijn leven introduceerde. Ik zocht werk en jij had ‘toevallig’ een connectie die in Nederland woonde en een gaybar had. Die kennis van je kon mij wel aan een baan helpen, vertelde je me – zogenaamd vanuit Miami.

                        ‘Ik had moeten weten dat jij en die kennis één en dezelfde man waren’

                        Want het eerste wat die ‘kennis’ tegen me zei in de gaybar, was: ‘Mijn stem lijkt erg op die van Marco hè? Dat horen we heel vaak.’ Daar hadden alarmbellen moeten gaan rinkelen. Ik had moeten weten dat jij en de kennis een en dezelfde man waren.

                        En natuurlijk had ik wel eerder mijn twijfels. Ik vond het verdacht dat je nooit wilde videobellen, ook niet toen we al zo lang contact hadden. Afspreken toen je zogenaamd in Nederland moest zijn voor een uitvaart, wilde je ook al niet. Maar als ik die twijfels uitsprak, begon jij me een schuldgevoel aan te praten en wist je het zo te keren dat ik me de slechterik voelde.

                        Je kreeg steeds meer grip op mij. Toen je me op een dag vroeg om je een grote dienst te verlenen, had ik het gevoel dat ik niet kon weigeren. Je wilde dat ik naar bed zou gaan met de eigenaar van de gaybar. Met jou dus, al wist ik dat toen nog niet. Je vertelde me dat zijn man was vreemdgegaan en zo kon hij wraak nemen. Ik had je in vertrouwen verteld dat ik ooit als escort had gewerkt en nu maakte je daar misbruik van.

                        Ik deed wat je van me vroeg. Wat volgde waren de meest gruwelijke maanden van mijn leven.

                        ‘Je bleef me lastigvallen, deed valse aangiftes tegen me van diefstal en verduistering’

                        Want vlak daarna dook er een tweede Facebookprofiel op, iemand die me chanteerde om vaker seks te hebben met ‘mijn baas’. Hij had allemaal persoonlijke informatie over me, tot dickpics aan toe, die hij dreigde openbaar te maken. Vriend, baas, chanteur: jij was het allemaal. Je heette niet eens echt Marco. Het duurde lang, heel lang voordat ik dat doorkreeg. En in de tussentijd had ik nog zeker tien keer onvrijwillig seks met jou.

                        Je hebt me gebruikt voor je eigen zieke behoeftes, met me gespeeld tot er niets meer van me over was. Zelfs toen ik me wist los te maken en naar mijn geboortestad vluchtte, stopte je niet. Je bleef me lastigvallen, deed valse aangiftes tegen me van diefstal en verduistering. Je probeerde me op alle mogelijke manieren kapot te maken. Toen me duidelijk werd dat je niet zou stoppen, ben ik zelfs het land ontvlucht.

                        ‘Dankzij jou weet ik hoe sterk ik ben. Zelfs als me alles wordt afgenomen, heb ik de kracht om er weer bovenop te komen’
                        Ik schrijf je deze brief vanaf een strand, ergens in Azië. Ik heb een enkeltje geboekt en weet niet hoelang ik wegblijf. Het geeft me de rust om het deel van mijn leven te verwerken dat jij zo hebt verziekt. Ik heb mijn geluk weer gevonden, in het leven en in de liefde. Ik ben vrij nu, vrij van jouw grip op me. Je kan me niet meer raken. Dankzij jou weet ik hoe sterk ik ben. Zelfs als alles me wordt afgenomen, heb ik de kracht om er weer bovenop te komen.

                        Dankjewel daarvoor, Marco. Ik heb je vergeven voor wat je me hebt aangedaan, omdat ik kapotging aan mijn haatgevoelens voor jou. Een sjamaan die ik hier bezocht, vergeleek het met het moedwillig leegdrinken van een gifbeker, dag in dag uit. Ik heb mijn negatieve gevoelens om kunnen zetten in dankbaarheid en medelijden. Medelijden met de man die je bent. Medelijden met de mensen om je heen.

                        Ik weet dat je nog steeds je zieke spelletjes speelt met je nepaccounts op Facebook. Lang heb ik het gevoel gehad dat ik iets moest doen om je te stoppen, om anderen te behoeden voor wat je mij hebt aangedaan. Ik denk dat het niet uitmaakt wat ik doe of zeg; stoppen zal je nooit. Toch hoop ik dat je deze brief leest en beseft dat je hulp nodig hebt.

                        Bedankt Marco.

                        James

                        Briefgeheim is een wekelijkse rubriek van RTL Nieuws Weekend. Hier schrijven lezers (anoniem) een open brief aan iemand die van grote betekenis is geweest in hun leven, positief of negatief. Wil je ook samen met een van onze redacteuren een brief schrijven? Mail ons dan op weekendmagazine@rtl.nl.

                        *De naam James is op verzoek van de briefschrijver gefingeerd. Zijn echte naam is bekend bij de redactie.

                        Bron: rtlnieuws.nl

                      10 berichten aan het bekijken - 51 tot 60 (van in totaal 97)
                      • Je moet ingelogd zijn om een antwoord op dit onderwerp te kunnen geven.
                      gasten online: 38 ▪︎ leden online: 2
                      Vinnie, Peter76
                      FORUM STATISTIEKEN
                      topics: 3.768, reacties: 21.162, leden: 2.814