Therapieën, behandelingen & traumaverwerking

Forum Lotgenoten Seksueel Geweld Achtergrond & Informatie Informatieve websites & mediaberichten Therapieën, behandelingen & traumaverwerking

  • Dit onderwerp bevat 114 reacties, 7 deelnemers, en is laatst geüpdatet op 30/06/2023 om 22:55 door Luka.
10 berichten aan het bekijken - 41 tot 50 (van in totaal 115)
  • Auteur
    Reacties
  • #227182
    Luka
    Moderator

      Stop met doe-het-zelf-diagnoses, alsjeblieft

      Het gevaar van zelfdiagnose-apps
      Smartphones kunnen fantastisch zijn. Er is geen beter gevoel dan op zondag eten te laten thuisbezorgen omdat je te schuchter bent om de deur uit te gaan. Je betaalt gewoon online en als je het een beetje goed plant hoef je de bezorger niet eens onder ogen te komen.

      Aan de andere kant zorgen smartphones ook voor de nodige problemen. Mensen worden aangereden omdat ze te druk bezig zijn met wat op hun scherm gebeurt, we kunnen niet met de druk van sociale media omgaan en worden steeds eenzamer omdat we nooit meer de deur uit hoeven. Zogenoemde ‘mentale gezondheid’-apps als Pacifica en Breathing Zone proberen hier op in te springen. Een goed initiatief, maar niet geheel zonder risico.

      Voor wie de apps niet kent, hierbij een korte introductie. Pacifica (en soortgelijke apps) belooft jou een beter, meer stressvrij en bovenal gelukkiger leven. Dit doet de app door je mindfulness-technieken, ademhalingsoefeningen en journaal-achtige opdrachten te geven. Tijdens het opstarten geef je aan wat je wilt bereiken – gelukkiger zijn, minder stress, betere nachtrust enzovoorts – en gedurende de dag herinnert de app je aan oefeningen die je nog moet uitvoeren. Klinkt goed, toch?

      ‘Iedereen bipolair’
      Toch schuilt er een gevaar in het gebruik van deze apps, zo zegt een nieuw onderzoek uitgevoerd aan de University of Sydney. De zelfhulp-programma’s houden namelijk geen rekening met externe omstandigheden, en leggen alle verantwoordelijkheid voor je mentale gezondheid neer bij jou als eindgebruiker.

      Er ontstaat hierdoor een risico op onnodige diagnoses, ofwel overdiagnoses. In begrijpelijke taal zegt het onderzoek dat de apps gebruikers bepaalde mentale ziektes aanpraten, zoals bipolariteit en depressiviteit. Dit hoeft echter niet per se te kloppen. Hoofdonderzoeker Lisa Parker geeft aan dat de onderzochte programma’s veel te kort door de bocht zijn. Ze kijken vooral naar iemands problemen, en niet naar de context. ‘Veel onderzochte apps bieden rechttoe-rechtaan oplossingen voor complexe problemen’, zo zegt Parker.

      Apps geven jou de schuld
      ‘De apps focussen zich op het verklaren van stressgevoelens door te focussen op de belevingswereld van de gebruiker. Dit terwijl stressgevoelens vaak juist het resultaat zijn van externe omstandigheden, zoals het verliezen van een baan of dierbare, een verstoorde werkbalans of bijvoorbeeld een heftig verleden’, aldus Parker.

      De onderliggende oorzaken van mogelijk aanwezige mentale problemen worden niet behandeld, waardoor app-gebruikers al snel het idee krijgen dat er iets mis met ze is. Iedereen voelt zich weleens gestrest of verdrietig, maar dat wil niet direct zeggen dat er iets aan de hand is. Of zoals Parker zegt: ‘De onderzochte apps maken de gebruiker verantwoordelijk voor zijn of haar mentale gezondheid, zonder daarbij naar de omgeving te kijken.’

      Met andere woorden: wat de zelfhulp-apps doen is ongeveer hetzelfde als dat een psycholoog je ademhalingstechnieken laat uitoefenen zonder naar je verhaal te luisteren. Ben je vroeger misbruikt? Let goed op je ademhaling. Moeder op jonge leeftijd overleden? Drie seconden inademen, en rustig weer uit. Je hebt onverwerkte trauma’s? Vanuit de buik inademen, dan komt alles goed.

      Alhoewel mindfulness-technieken – zoals mediteren – absoluut helpen, vormen ze natuurlijk slechts een deel van de oplossing. Mentale problemen verwerken en beter worden is een hele klus, wat ik jou waarschijnlijk niet hoef uit te leggen.

      Wel woorden, geen daden
      In totaal hebben Parker en collega’s 61 zelfhulp-apps onderzocht, waarvan Breathing Zone en Pacifica met afstand de populairste zijn. De makers van deze applicaties hebben vaak grote praatjes, maar voegen niet de daad bij het woord. In de disclaimer van de helft van de apps staat namelijk dat er geen rechten ontleend mogen worden aan de effectiviteit van de app. Als je dus hebt betaald voor een abonnementje en geen resultaat ziet, ben je de lul(lin).

      Daabovenop claimt nog eens 60 procent van de apps gebaseerd te zijn op wetenschappelijk bewijs, al vergeten ze te refereren naar de precieze onderzoeken. ‘Loze claims’, aldus Parker.

      Nog schadelijker is het feit dat veel apps hun gebruikers een schuldgevoel aanpraten. Wanneer je bijvoorbeeld op het punt staat om een meditatiesessie over te slaan vraagt de app of je “wel echt bereid bent om je leven te verbeteren”. Parker: ‘dit soort moraliserend taalgebruik kan zeer schadelijke gevolgen hebben voor mentaal kwetsbare mensen’.

      ‘Toename van onnodige behandelingen’
      Al met al versterken de apps het risico op overdiagnose. Gebruikers worden allerlei diagnoses aangepraat en wijs gemaakt dat het hun probleem is, terwijl er niet naar de omstandigheden wordt gekeken. ‘Het is een slechte zaak dat milde, of tijdelijke symptomen zo snel gelabeld worden als mentale ziekte’, zo staat in de conclusie.

      ‘Dit leidt mogelijk tot een toename van onnodige behandelingen, waardoor er minder budget en tijd overblijft voor mensen die daadwerkelijk professionele hulp nodig hebben.’ Parker en haar mede-onderzoekers vinden dat dat psychologen en psychiaters er verstandig aan doen zich eens te verdiepen in dit soort mentale gezondheid-apps, en patiënten te wijzen op het gevaar hiervan.

      Waar het op neerkomt is dat je niet blind moet varen op het advies van een app, en altijd logisch moet blijven nadenken. Mocht je het idee hebben dat er meer aan de hand is dan een tijdelijk dipje, of een incidentele huilbui, dan moet je naar de huisarts. Deze persoon praat de hele dag met mensen en een gesprek is daarom niets om je voor te schamen.

      Bron: Commen.nl >>

      #227290
      Mark
      Moderator

        VOORMALIG KLOOSTER KRANENBURG GAAT DIENEN ALS TRAUMABEHANDELCENTRUM

        Trauma Centrum Nederland (TCN) vestigt zich op huurbasis in het voormalig Klooster van Kranenburg. Begin november komen hier de eerste cliënten voor een intensieve behandeling van hun posttraumatische stressstoornis. TCN is druk bezig met het werven van specialisten. Vanaf januari moet het traumacentrum volledig operationeel zijn.

        Met een compact behandeltraject van maximaal acht opeenvolgende dagen wil Trauma Centrum Nederland zich van de concurrentie onderscheiden. Wielinga: “We pakken in korte tijd de last die mensen van hun traumatische ervaring ondervinden aan en leren hen hoe ze daarmee kunnen omgaan. De traumatische ervaring zelf die vergeten zij niet.”

        Lees dit premium artikel op gelderlander.nl of als lid van LSG op lotgenotenseksueelgeweld.nl/voormalig-klooster-kranenburg-gaat-dienen-als-traumabehandelcentrum.

        #227360
        Luka
        Moderator

          Een open brief aan mijn Jeugdzorg-behandelaars

          Toen ik 8 jaar was en een gesprek met een Jeugdzorg-casebehandelaar had, wilde ik niets liever dan weggaan. Ze bleef maar vragen stellen over hoe ik het vond dat papa zo onaardig was tegen mama, of ik niet liever bij mama wilde wonen en waarom ik zo boos was.

          Die laatste vraag was terecht. De dag ervoor had ik namelijk een ander jongetje zo hevig toegetakeld dat hij moest worden opgehaald door zijn moeder: z’n hele gezicht zat onder het bloed.

          De eerste twee vragen vond ik minder toepasselijk. De antwoorden op beide vragen leken me vrij duidelijk. Ik vond het kut dat ‘papa’ (ik noemde hem liever bij z’n echte naam) mama met de dood bedreigde.

          Ook was ik minder te spreken over het feit dat hij de week ervoor ons raam ingooide. Daarbij werd ons huis continu door politieagenten in de gaten gehouden, om zo te voorkomen dat mijn vader ‘iets’ zou uithalen. Dus, om op je tweede vraag antwoord te geven: ja.

          Aangezien de behandelaar het nogal heftig vond om direct op dit soort materie in te gaan, probeerde ze het ijs te breken door te vragen naar mijn hobby’s. Ik snap dat dit de omgangsvorm is, maar ook dat vond ik een vrij onnodige vraag. We zitten bij Jeugdzorg, dus het is volgens mij niet boeiend dat ik Lego interessant vind.

          Als ex-Maatschappelijk Werk en Dienstverlening-student en ex-patiënt heb ik beide kanten van de hulpverlening mogen meemaken. Als hulpverlener heb je het misschien niet door, maar je wordt continu voor de gek gehouden. En terecht.

          Al dat gelul over patiënten empoweren, of zoals het een goed hulpboek betaamd: ‘cliënten in hun kracht zetten’, kan namelijk overboord. Zodra mensen in de hulpverlening terechtkomen zijn een paar motiverende woorden niet genoeg: we zijn ziek. We willen beter worden, en daarom komen we naar jou toe. Wees je daarom bewust van de volgende dingen.

          1. Niet alle cliënten zijn verstandelijk beperkt
          Kinderen in de Jeugdzorg moet je niet als kinderen behandelen. Dat stadium zijn ze allang voorbij. Ze hebben dingen gezien en meegemaakt die vele anderen nooit zullen ervaren.

          Het is daarom niet logisch om ze kinderachtig te benaderen. In Social Work-schoolboeken staat dat je met cliënten moet ‘levellen’, maar dat werkt vaak averechts.

          Ondanks hun jonge leeftijd hebben die kinderen al jaren doorgebracht in de hulpverlening-draaimolen, en weten daardoor maar al te goed dat het jou ook geen reet interesseert. Helemaal de tieners snappen dat jij daar enkel zit omdat je op je zeventiende ook niet wist wat je anders moest doen na de middelbare school.

          Daar is overigens niks mis mee: ik heb nog steeds geen idee wat ik aan het doen ben, en probeer ook benaderbaar voor klanten te zijn, maar blijf wel altijd eerlijk. Het gaat om zaken, ook in de gezondheidszorg.

          Kinderen kun je daarom gewoon op een volwassen manier aanspreken. Ik heb jarenlang Jeugdzorg-behandeling gehad, zonder enige vorm van resultaat. Pas toen ik Joey (shoutout) leerde kennen, ging bij mij het lichtje branden.

          Ik was 11 jaar toen Joey naar me toe kwam en één simpele vraag stelde: “wat ben je nou allemaal aan het doen, man?” Dat was het. Niets meer, niets minder. Ik had geen flauw idee wat ik aan het doen was. Ik voelde continu woede, en liet dat graag los op anderen.

          Door die ene vraag ging ik bij mezelf nadenken: misschien heeft die woede wel een oorsprong. Misschien willen niet al deze mensen hier mij naar de tering helpen.

          Les 1: wees zoals Joey.

          2. Iedere cliënt verdient een Oscar
          Wanneer mensen net van de psychologie-opleiding afkomen, hebben ze de nare gewoonte om iedereens lichaamstaal te lezen. Ze merken op dat je een gesloten houding hebt, proberen dit te kopiëren om jou zodoende uit je schulp te laten kruipen. Dit soort dingen werken leuk in de klas, maar niet in de echte hulpverlening. Cliënten zijn namelijk continu aan het acteren. Je kunt hun lichaamshouding dus wel lezen, maar je schiet er niets mee op.

          Onlangs kwam ik aantekeningboekjes tegen, waarin hulpverleners van vroeger mijn gedrag registreerden. Er staan zinnen in zoals “Michel praat vrijuit over zijn belevingswereld”, “Michel is heel stil” en “Michel zijn aanwezigheid is nogal overweldigend”.

          Allemaal aantekeningen die gemaakt zijn in één kalenderjaar, afkomstig van drie verschillende zorgprofessionals. Alle drie bevatten ze een heel andere boodschap.

          De kern van dit verhaal: ik was continu aan het acteren. Aangezien ik de behandeling niet nuttig vond, was ik benieuwd of ik met mensen hun gedachten kon spelen. Zo stelde ik me bij behandelaar Esther altijd heel kalm op: ze moest de antwoorden bijna letterlijk uit mij trekken.

          Wanneer ze vroeg of het ging hield ik mijn lippen op elkaar. Ik knikte gewoon. Dit terwijl ik bij een andere psycholoog (ik ben zijn naam kwijt, sorry) juist heel communicatief was. Ik vertelde over mijn thuissituatie, gaf aan dat ik de inrichting van zijn kamer lelijk vond en gaf zo nu en dan nog een mooie uitsmijter mee. Ik wenste hem bijvoorbeeld een goed weekend.

          Bij Joey (nogmaals een shoutout) was ik daadwerkelijk op mijn gemak. Hij accepteerde mijn enorm agressieve gedrag en besloot hierin mee te gaan. Op woensdagmiddag gingen we daarom altijd iets aan vechtsport doen. Ik mocht op het stootkussen slaan, en hoefde niet te praten. Ik vond het heerlijk. Juist omdat het allemaal zo ongedwongen was, liet ik mijn figuurlijke dekking zakken. Tussen neus en lippen door stelde hij vragen. Hij kwam erachter hoe het met mij ging, en of ik wel op zijn hulp zat te wachten.

          Die hulp had ik inderdaad nodig. Ik zag het alleen niet in. Pas onder behandeling van Joey stopte ik met acteren.

          Als zorgverlener moet je je daarom bewust zijn van het feit dat patiënten jou ook aan het behandelen zijn. Zij zijn aan het kijken naar jouw zwaktes, proberen daarop in te spelen en laten niet zomaar iedereen toe in hun belevingswereld.

          Mensen in behandeling kunnen acteren als de beste, en zouden eigenlijk een Oscar moeten krijgen.

          Lees verder op de site van Commen.nl >>

          #227507
          Mark
          Moderator

            Misvattingen over het geheugen

            Marcel van den Hout is als hoogleraar Klinische Psychologie, in het bijzonder de Experimentele Psychopatholo- gie, werkzaam aan de Universiteit Utrecht, en hij is Klinisch Psycholoog (BIG) bij het Academisch Angstcentrum Altrecht in Utrecht. Daarnaast is hij verbonden aan de Landelijke Expertisegroep Bijzondere Zaken die zich bezig houdt met aangiftes van zedenzaken waarbij sprake is van hervonden of problematische herinneringen, ritueel misbruik of misbruik dat plaatsvond voor het vierde levensjaar. Het valt Marcel in zijn werk op dat psy- chologen gebrekkige kennis hebben van de geheugenpsychologie. “Als we een beroep doen op het geheugen, zoals bij EMDR, dan is het belangrijk om rekening te houden met de beperkingen en kwetsbaarheden van het geheugen.”

            ”EMDR-therapeuten zouden allemaal opnieuw geschoold moeten worden in de werking van het geheugen.”

            Lees het hele artikel op psycho-trauma.nl >>

            #228409
            Luka
            Moderator

              Opgelopen trauma is wél degelijk te behandelen bij psychosegevoeligheid

              Nanette Waterhout schrijft in dit achtergrondartikel over opgelopen trauma in haar gezin van herkomst. Trauma bij haar moeder, haar broer en bij haarzelf. Gaandeweg ontdekte ze hoe de GGZ jarenlang afkeurend was. Inmiddels komt de GGZ daar op terug, bijvoorbeeld met een training die trauma wél centraal stelt in behandeling: ‘Over trauma gesproken.’

              Psychische kwetsbaarheid en de relatie met trauma is bij ons in het gezin behoorlijk aanwezig. Het speelde een rol bij mijn moeder, bij mij zelf en vooral bij mijn broer. Bovenstaande gedicht schreef ik over en voor hem. Hij heeft vanaf zijn zestiende last van ernstige psychotische klachten.

              Die bestaan bij hem uit waanideeën, paranoïde gedachten en sinds een jaar of twaalf hoort hij ook stemmen. En dit gaat bij hem de hele dag door, tot aan de dag van vandaag. De inhoud van verschillende trauma’s spelen hier een belangrijke rol bij. Zowel trauma’s van vóór zijn vele en langdurige opnames bij de GGZ als ook van tijdens deze opnames zelf en de periode daarna.

              Als familie werden wij niet of slecht betrokken bij de zorg voor hem. Er werd geen aandacht geschonken aan onze signalen, vragen en zorgen.
              Gemiste kansen voor beide partijen. Wij herkenden de signalen wanneer het minder ging met hem en konden een gedeelte van de inhoud van zijn psychoses plaatsen naar gebeurtenissen die hadden plaatsgevonden.

              Maar er werd niet naar geluisterd, ook niet als wij nadrukkelijk onze ideeën hierover deelden. We vroegen om aandacht en behandeling hiervoor. Onbegrijpelijk en pijnlijk als je zelf de verbanden al lang hebt gelegd.

              Er werd vooral veel medicatie verstrekt om de stormen in zijn hoofd te laten luwen. Niet dat het heel veel uitpakte, behalve misschien aan de manische kant. De stemmen en waanideeën werden er in ieder geval niet minder om. Mijn broer heeft ontzettend veel last van de ernstige bijwerkingen die gepaard gaat met de vele verschillende medicatie die hij in hoge dosis kreeg voorgeschreven. Veel te veel in mijn ogen.

              Vier jaar na zijn laatste opname komt hij vanaf 2006 in een FACT team terecht. En pas tien jaar later vanaf dat moment en zeven psychologen verder, hebben we een second opinion traject aangevraagd. Met een nieuwe casemanager en psychiater krijgt hij sinds 2016 de zorg die hij nodig heeft.

              Lees verder op Psychosenet.nl >>

              #229035
              Luka
              Moderator

                WRAP

                WRAP staat voor: Wellness Recovery Action Plan en komt uit Amerika. Het is een herstelmethode die je helpt om weer grip te krijgen op je leven, als dat door ingrijpende gebeurtenissen is ontregeld. Je kunt het alleen doen, met andere peers, met een herstelcoach of in een groep.

                Wat is WRAP – Wellness Recovery Action Plan?
                Sinds 1997 passen mensen met een psychiatrische geschiedenis hem in de VS met succes toe. Ook in Nederland kun je tegenwoordig WRAP-werkgroepen doen, als een veelbelovende manier om te werken aan een stabiel en gelukkig leven in eigen regie.

                Onderdelen van WRAP zijn:

                • Gereedschapskoffer voor een goed gevoel
                • Dagelijks onderhoud
                • Triggers en Actieplan
                • Vroege Waarschuwingstekenen en Actieplan
                • Signalen van Ontsporing en Actieplan
                • Crisisplan
                • Postcrisis Plan

                In Nederland werk je vaak in een groep van 8-10 mensen aan je plan, die 10 keer elke week bij elkaar komen. Twee groepsleiders met ervaring staan je bij.

                Gereedschapskoffer
                De basis van WRAP is de gereedschapskoffer voor een goed gevoel. Je beschrijft wat je nodig hebt om je gelukkig te voelen. Dat kan over alle facetten van je dagelijks leven gaan. Vervolgens werk je in zes stappen uit wat je zelf kunt inzetten om dat te bereiken en om te voorkomen dat je uit balans raakt.

                Actieplan
                In punt één: ‘dagelijks onderhoud’, staat bijvoorbeeld hoe je bent als je je goed voelt en welke dingen je moet doen om die prettige toestand te bereiken en te houden. Punt twee gaat over triggers van buiten, die je uit balans kunnen brengen. Je maakt een actieplan waarin staat hoe je die triggers het hoofd kunt bieden. Dat geldt ook voor punt 3: vroege waarschuwingstekens van onbalans en nummer vier: signalen van ontsporing. Nummer vijf behelst een crisisplan en bij nummer zes is het postcrisisplan: hoe keer je weer terug naar een evenwichtige situatie.

                Perspectief
                De methode heeft niks magisch en het is ook geen kant-en-klaar recept. Het is een praktisch instrument dat je ruimte, vertrouwen en perspectief kan bieden. De sleutelbegrippen van WRAP zijn hoop, persoonlijke verantwoordelijkheid, eigen ontwikkeling, opkomen voor jezelf, steun geven en steun krijgen.

                Facilitators
                Er komen geen professionele hulpverleners te pas aan WRAP. Twee speciaal getrainde mensen met ervaringskennis of ervaringsdeskundigheid staan de groep bij. Er zijn nu zo’n 75 opgeleide facilitators in Nederland. Een aantal ggz-instellingen is bezig om WRAPgroepen op te zetten. Je kunt het zien als een hoopvolle tegenhanger van de pessimistische psychiatrie.

                Controle over je leven
                De founding mother van WRAP is Mary Ellen Copeland. Als kind zag ze hoe haar moeder kampte met ernstige psychiatrische problemen. Later belandde ze zelf ook in de psychiatrie. Haar behandelaars gaven haar geen hoop en schreven medicijnen voor ter bestrijding van symptomen. Copeland legde zich er niet bij neer en probeerde zelf weer controle over haar leven te krijgen. Samen met medepatiënten ontwikkelde ze de zelfhulpmethode WRAP en stichtte ze het Copeland Center.

                WRAP cursus
                WRAP kun je volgen in de vorm van een cursus, samen met anderen cursisten ga je dan stap voor stap aan de slag. Bij elke stap wordt stilgestaan, en ideeën uitgewisseld. Deze stappen worden in een eerste versie vastgelegd, waar de cursist verder mee aan de slag kan.

                Kracht
                De cursus richt zich op kracht in plaats van klacht door uit te gaan van hoop, persoonlijke verantwoordelijkheid, persoonlijke ontwikkeling, opkomen voor uzelf en steun geven en krijgen. Dit zijn kernbegrippen van herstel. Het plan is dus gebaseerd op wat een cursist goed doet.

                Groepsgevoel
                Werken aan de WRAP in groepsverband heeft een grote meerwaarde. Samen met elkaar stel je regels op en zo creëer je samen een veilige omgeving. Door in groepsverband ervaringen uit te wisselen, leer je van elkaar. Samen kom je tot prachtige ideeën, die inpasbaar zijn in je leven. Ook kunnen ervaringen van anderen steunend en inspirerend zijn.

                WRAP cursussen worden onder andere aangeboden door:

                • Enik Recovery College
                • Pameijer
                • GGZ Noord-Holland-Noord
                • HEE
                • Kenniscentrum Phrenos

                Zelf aan de slag met WRAP
                Je kunt WRAP ook zelf verkennen met de Engelstalige WRAP App voor op je smartphone ($5).

                Een goed Engelstalig boek om zelf door te werken is: Pathways to Recovery. A Strengths Recovery Self-Help Workbook. Dit boek is echter ook vertaald in het Nederlands en heet: ‘De weg naar herstel’. Het is niet te koop in de winkel, maar wel te bestellen via ggz-nhn.nl.

                Bron: Psychosenet NL

                #229208
                Luka
                Moderator

                  Mijn diagnose: herkenning of vooroordeel?

                  Jij hebt een eetstoornis. Jij hebt autisme. Jij hebt een persoonlijkheidsstoornis. Jij hebt een depressie. Jij hebt ADHD en jij hebt een angststoornis. Zo, een diagnose voor iedereen. Een hokje waar je in past. Opheldering of stereotypering? Herkenning of vooroordeel? Duidelijkheid of beperkend?

                  In hokjes denken
                  Eigenlijk stoppen we allemaal de hele dag door dingen in hokjes. Dat is logisch en iets dat we doen vanuit ons instinct. Denk bijvoorbeeld aan dat elk huis een huis is en dat je niet bij elk rijtjeshuis, elke villa of elke boomhut die je ziet helemaal opnieuw moet bedenken wat het nou eigenlijk is of wat je er mee kan. Op die manier zijn we niet dag in dag uit onnodig veel tijd kwijt om telkens weer het wiel opnieuw uit te vinden.

                  In sommige grappige gevallen wil dit nog wel eens in ons nadeel werken. Zoals wanneer je een glas met water gekleurt door waterverf vergist voor een glas limonade. Been there done that, maar in de meeste gevallen is het dus hartstikke praktisch en handig. Zo hebben we collectief besloten dat de kleur rood ‘gevaar’ of ‘stop’ of ‘verboden’ betekent en schrikken we allemaal van geel/zwart gekleurde vliegen of het nou een wesp of een onschuldige zweefvlieg is. Het zekere voor het onzekere, denkt ons brein.

                  Heel handig dus, maar wanneer je dit op mensen betrekt lijkt het toch een heel ander verhaal. In hokjes gestopt worden voelt soms heel benauwend en verstikkend. Mijn afkomst, huidskleur, geloof, haarkleur of bijvoorbeeld kledingstijl zegt helemaal niets over hoe ik ben als persoon. Het zegt niets over mijn karakter, niets over wat ik wel of niet leuk vind, niets over mijn intelligentie en nog veel meer. Het enige waar (bijvoorbeeld) mijn geloof iets over zou zeggen, is over mijn geloof en de normen en waarden die daar bij horen.

                  Vooroordelen en misvattingen
                  Helaas zit de wereld wel vol met voordelen en misvattingen als gevolg van het in oh zo handige hokjes denken. Het zit in onze natuur, we doen het haast automatisch. Zo was er op mijn vakantie in Nepal een jongen die plots naast me kwam lopen en met me kwam praten. Hij vroeg waar ik naartoe ging en hij zou me wel de weg wijzen. Ik wilde niet onbeleefd zijn, maar ik vond het ook wel een beetje eng. Het was opzich een aardige, slimme jongen van mijn leeftijd. Hij maakte maakte grapjes en flirtte wat. Toen ik opmerkte dat we al 20 minuten aan het lopen waren, terwijl ik wist dat mijn bestemming 10 minuten lopen was, zei ik: “Hey, maar hallo, dit klopt volgens mij niet?” Waarop hij antwoordde dat ik echt totaal de verkeerde kant op was gelopen en het daarom extra tijd kostte.

                  Ik was sceptisch, maar volgde hem toch maar. Ondertussen was ik druk bezig met om me heen kijken tot ik een punt zou zien dat ik herkende. Plotseling stonden we op de hoek van de straat en hij zei: “Nou, hier is het! Asjeblieft en een fijne dag. Heel leuk om je te ontmoeten en blijf lachen.” Hij liep gewoon weg en ik was op mijn plaats van bestemming. Hij wilde verder niks van me. Een schuldgevoel overviel me, omdat ik had gedacht dat hij wel iets van me wilde zoals m’n tijd of m’n geld. Ik was immers een (toen) blond meisje uit Europa in een land als Nepal, maar het was gewoon een oprecht aardige jongen.

                  Vooroordelen? Ja. Ja, die had ik zeker gehad in dit geval. Aan de ene kant klopten die dus totaal niet, maar aan de andere kant was het denk ik ook wel goed om daar waakzaam over te blijven. Stel je voor dat het wel zo zou zijn dat het niet helemaal in de haak was. Ik gaf deze jongen het voordeel van de twijfel, maar veel mensen heb ik ook gewoon genegeerd als ze naar me toe kwamen. Al met al besefte ik al best snel dat Nepal een heel veilig land is en dat de mensen gewoon geboeid waren door mijn westerse verschijning, maar toch is logisch dat mijn instinct altijd opzoek is naar gevaar om mezelf daarvan te beschermen. Het oermens in mij wil immers overleven en dat gevoel is soms sterker dan rationele gedachten.

                  Oke, het is denk ik wel duidelijk nu dat we in hokjes denken en dat dat zowel positief als negatief kan uitpakken. Dat we er vaak niet zo veel aan kunnen doen, behalve er bewust van zijn en open staan voor wat er nog meer mogelijk is. Dat probeer ik altijd wel te doen. Ik word immers zelf ook vaak in hokjes gestopt. Dat is soms best lastig. Zo zouden mensen met tattoos en geverfd haar dom en asociaal zijn of alle mensen die roller derby spelen agressieve rauwdouwers. Dit, terwijl ik juist een behoorlijk bescheiden en vrolijke meid ben. Natuurlijk is het vaak een bepaald type mensen dat een bepaald soort dingen doet, maar het zijn geen regels.

                  Wat betekent mijn diagnose?
                  Zo is het ook met psychische stoornissen. Aan de ene kant heeft het hebben van een diagnose een heel belangrijke functie. Door bepaalde kenmerken te categoriseren en een algemeen naampje te geven kan je ook een algemeen behandelplan bedenken voor veel verschillende patiënten tegelijkertijd. Dat is handig, efficient en effectief. Daarnaast kan een diagnose veel rust, erkenning en herkenning bieden. Zo vond ik het bijvoorbeeld heel prettig om de diagnose ADHD te krijgen. Eindelijk begreep ik waarom ik sommige dingen zo lastig vond en dat ik niet gewoon dom was. Ik had een soort handleiding voor mezelf gekregen waar ik ontzettend veel houvast aan had.

                  Toch is het niet voor iedereen zo positief. Naast erkenning en herkenning komen er ook veel vooroordelen kijken bij diagnoses door anderen, maar soms ook door jezelf! Vandaar dat wij ook de bekentenissen en misvattingen blogs hier op Proud plaatsen. Op deze manier hopen we dat we elkaar wat beter kunnen begrijpen en beter kunnen helpen en misverstanden zo veel mogelijk de wereld uit kunnen werken.

                  Een ander nadeel is de tunnelvisie die soms ontstaat wanneer je een diagnose hebt gekregen. Plotseling heeft voor je gevoel alles te maken met je diagnose. Al die dingen die je nog meer bent lijken als sneeuw voor de zon te verdwijnen. Zo liep ik een tijdje terug bijna onder een tram en dacht ik meteen: “Zie je wel, ADHD!”. Onzin. Zo is het ook niet zo dat je wanneer je bijvoorbeeld borderline hebt, je geen recht meer hebt om boos te worden of je verongelijkt te voelen. Zo is het ook niet zo dat je naast je eetstoornis niks anders meer bent. Het is juist belangrijk om niet in gevecht te zijn met je diagnose, maar er rekening mee te houden door het te accepteren en te leren hoe je ermee om kan gaan. Het zou geen negatieve stempel hoeven zijn, maar een hulpmiddel om jezelf beter te begrijpen.

                  Wat betekent een diagnose voor jou?

                  Bron: Proud2bme >>

                  #230635
                  Luka
                  Moderator

                    Even snel trauma’s wissen

                    EMDR is sinds 2003 één van de twee aanbevolen psychologische behandelingen bij PTSS. Dat staat in de multidisciplinaire richtlijn voor de behandeling van angststoornissen die gebruikt wordt in de geestelijke gezondheidszorg.

                    Toch zijn er ook behandelaars die vinden dat EMDR niet gebruikt zou moeten worden, zoals de eigenzinnige Utrechtse psychologe en auteur Martine Delfos.

                    „EMDR is symptoombestrijding” stelt ze. „Het haalt alleen de bovenste laag weg, het angstige gevoel, en niet het onderliggende trauma. Dat kan schadelijk zijn: soms komt een jeugdtrauma los en verergeren de problemen. Of je raakt de angst wel kwijt, maar verliest daardoor de aanleiding om het dieperliggende en zeer vormende jeugdtrauma aan te pakken.” Er wordt veel te makkelijk over gedacht, vindt ze. „Op schoolpleinen raden ouders elkaar aan om problemen snel even ‘weg te EMDR’en’. Het past in de tijdgeest waarin iedereen alle vervelende dingen snel weg wil werken.”

                    Lees dit premium artikel op NCR of als lid van LSG in het ledendeel.

                    #231197
                    Luka
                    Moderator

                      “Je wilt toch niet dat mensen denken dat je gek bent”
                      Het masker van mentale gezondheid

                      Mentale gezondheid is een complex gegeven. Wie ermee in de knoop ligt, voelt zich vaak eenzaam en onbegrepen. Survivors begrijpen je worsteling, maar heel wat anderen bestempelen je al snel als ‘gek’. Ik wil dit taboe doorbreken en zo mijn angsten en schaamte ditchen. Dit is het eerste deel van het verhaal van mijn opname.

                      We zijn allemaal ijsbergen. Grotendeels verborgen. Verstopt in de massa, bedolven onder golven. Ik ben niet bijzonder in mijn verdriet. Maar in tegenstelling tot veel anderen voelde ik dat het te groot was voor mij om het alleen te dragen. Ik zette mijn trots opzij en liet me opnemen. Sommige dingen los je niet in je eentje op. En dat is gênant, toch? Toegeven dat je zwak bent, dat je niet perfect bent, dat je naar een ‘zothuis’ gaat. Weinigen vinden de moed om eerlijk te zijn over een opname. Maskers zijn makkelijker, net als leugens. Want je wilt toch niet dat mensen denken dat je gek bent?

                      De start van een opname is overweldigend. Mijn kamer is klein, oud en naast de verpleegpost waar patiënten hun medicatie krijgen. Ik heb een eenpersoonskamer, iets waar je alleen maar recht op hebt met een goede (en helaas ook dure) verzekering. Nadat ik al mijn spullen een plek heb gegeven, haal ik m’n eigen hoofdkussen boven en ga ik op het bed liggen. Dag één, een dag waarop ik grandioos veel zou moeten voelen maar vooral leeg lijk te lopen.

                      Lees verder op de site van Charlie >>

                      #231811
                      Mark
                      Moderator

                        Nieuwe oogbewegingstherapie tegen trauma’s

                        Voor mensen die een traumatische gebeurtenis hebben meegemaakt is er een nieuwe behandelmethode: de oogbewegingstherapie.

                        We hebben al EMDR, een methode om nare herinnering te verzachten of helemaal kwijt te raken. Onderzoekers menen nu een nog betere therapie te hebben gevonden: de oogbewegingsmethode.

                        Dolenthousiast
                        VSDT, heet deze nieuwe therapie uit Groot-Brittannië, en klinisch psycholoog en onderzoeker Suzy Matthijssen is dolenthousiast. “Ik krijg er nog steeds een beetje kippenvel van.” Als enige in Nederland onderzoekt zij nu de werking van de behandeling die voluit Visual Schema Displacement Therapy, ofwel Oogbewegingstherapie heet. Hoewel de therapie overeenkomsten vertoont met EMDR, spreekt Matthijssen van een aanzienlijke stap in de behandeling van de post-traumatische stressstoornis (PTSS).

                        Het trauma verplaatsen
                        In Engeland is het echtpaar Nik en Eva Speakman er bekend mee geworden. Deze ontwikkelaars van de nieuwe therapie zijn geen psychologen, maar lijken desondanks zeer goede resultaten te boeken. “De Speakmans behandelen patiënten met trauma’s door ze te laten kijken naar een bewegend object”, vertelt Matthijssen. “Tegelijkertijd laten ze hen de nare gedachten die bij een trauma horen voelen.”

                        Door een onverwachte beweging weten ze de traumatische gedachten van de patiënt te ‘verplaatsen’. De behandelaar maakt tijdens deze beweging een ‘woesj’ geluid. “Zo raakt de patiënt van zijn posttraumatische stressstoornis af.”

                        ‘Niet beperkt in hun denken’
                        Matthijssen en haar bevriende collega professor en traumadeskundige Ad de Jongh, zagen het voor het eerst op YouTube, waar het Britse echtpaar via een eigen kanaal vertelt hoe het mensen behandelt. Het feit dat ze niet als psychologen zijn opgeleid, brengt het echtpaar als een voordeel.

                        “Ze behandelen al jaren mensen met fobieën en posttraumatische stress”, zegt Matthijssen. “En zoals Eva Speakman het samenvat: ‘We hebben geen training gehad en zijn dus ook niet beperkt in ons denken’.”

                        Wetenschappelijk testen
                        Matthijssen en De Jongh reisden naar Engeland om zelf een show van de Speakmans bij te wonen. Op hun vraag om de techniek in Nederland wetenschappelijk te testen, reageerde het echtpaar enthousiast. “Hun onderzoek geeft ons wetenschappelijk bewijs dat deze behandeling werkt en dat VSDT kan worden onderwezen aan psychologen”, zegt Nik Speakman. “Wij hopen dat het overal gaat worden toegepast, zodat we meer mensen kunnen helpen.”

                        Sneller dan EMDR
                        Matthijssen wil nu nog weinig kwijt over de details van VSDT, om te voorkomen dat mensen het zelf op een verkeerde manier gaan proberen en omdat ze het nog nader wil onderzoeken. Wel zegt ze al zeker te weten dat ook een aantal van haar patiënten baat heeft gehad bij de nieuwe methode.

                        “EMDR is een erkende trauma-therapie die ik gebruik en die ook werkt met oogbewegingen”, zegt ze. “Maar deze nieuwe oogbewegingstherapie gaat nog sneller en werkt mogelijk nog beter.”

                        Zij probeerde de gangbare EMDR en de nieuwe methode op tientallen studenten om ze met elkaar te kunnen vergelijken, en noemt het resultaat van VSDT ‘overweldigend’. “Ik deed al onderzoek naar het verbeteren van traumabehandeling en ik wilde de kans dit te onderzoeken niet laten liggen. Als ik eraan terugdenk krijg ik nog steeds een beetje kippenvel.”

                        INFO

                        Wat is de bestaande behandelmethode EMDR?
                        EMDR is een therapie voor mensen die last houden van een traumatische ervaring, ook wel posttraumatische stressstoornis (PTSS) genoemd. Het is een afkorting van: Eye Movement Desensitization and Reprocessing.
                        Een therapeut zal je vragen om aan de nare gebeurtenis te denken. Die ligt opgeslagen in het langetermijngeheugen, de harde schijf in je hoofd. Actief denken aan je trauma haalt de herinnering van de gebeurtenis naar je kortetermijn- of werkgeheugen. De therapeut beweegt nu zijn vingers snel voor je ogen en laat je die vingers volgen. Soms krijg je daarnaast via een koptelefoon tikjes te horen, afwisselend in beide oren.
                        Je werkgeheugen krijgt het hierdoor heel druk waardoor de nare gebeurtenis vervaagt en de emotionele lading verdwijnt, waardoor je bijvoorbeeld geen herbelevingen van je trauma krijgt. De herinnering wordt als het ware naar de achtergrond gedrongen en zal dan je leven niet langer beheersen.

                        Bron: eenvandaag.avrotros.nl

                      10 berichten aan het bekijken - 41 tot 50 (van in totaal 115)
                      • Je moet ingelogd zijn om een antwoord op dit onderwerp te kunnen geven.
                      gasten online: 23 ▪︎ leden online: 0
                      No users are currently active
                      FORUM STATISTIEKEN
                      topics: 3.768, reacties: 21.162, leden: 2.814