› Forum Lotgenoten Seksueel Geweld › Achtergrond & Informatie › Informatieve websites & mediaberichten › Overige websites
Tags: eenzaamheid, emotionele mishandeling, emotionele verwaarlozing, grensoverschrijdend gedrag, kunst en cultuur, omgaan met psychische problemen, seksuele voorlichting, zelfvertrouwen
- Dit onderwerp bevat 72 reacties, 5 deelnemers, en is laatst geüpdatet op 12/03/2023 om 21:09 door Luka.
-
AuteurReacties
-
25 oktober 2022 om 22:07 #275121LukaModerator
3 dingen die je herkent als je als kind altijd ‘op eieren moest lopen’
Met ‘op eieren lopen’ bedoelen we dat je als persoon steeds bezig bent om een uitbarsting van iemand anders te voorkomen. Dit komt overal voor maar als je in een huis opgroeit waar je als kind altijd op eieren moest lopen, kan dit impact hebben op de rest van je leven.
Opgevoed worden in een omgeving waar je altijd op je hoede moet zijn, is niet makkelijk maar je vind vaak maniertjes om hiermee om te gaan.
Op eieren lopen in je jeugd
Altijd maar op eieren lopen zorgt ervoor dat je je eigen gevoelens onderdrukt en die van een ander angstvallig in de gaten houdt. Dit kan gebeuren als ouders opvliegerig zijn, snel boos worden of altijd teleurgesteld zijn.Als kind wil je het graag goed doen en als je aldoor kritiek en wrede opmerkingen naar je hoofd geslingerd krijgt, is dit moeilijk om te verdragen.
Je komt in een modus waarbij je je zintuigen altijd op scherp hebt staan en conflicten probeert te vermijden. Het liefst kruip je weg maar dit kan niet altijd.
Je vertelt alleen nog maar wat je ouders willen horen, verzwijgt dingen waarvan je denkt dat het voor opschudding zorgt en verwacht vooral niet veel. Als deze patronen zich jarenlang voordoen, kan dit iets doen met hoe je je als volwassene gedraagt.
1. Verontschuldigen wanneer het niet nodig is
Wanneer je in je jeugd altijd op je hoede was, heb je de neiging om je te over-verontschuldigen. Dit gebeurt vooral als je een situatie lastig vindt, een antwoord niet weet of wanneer je je schaamt. Vaak is het nergens voor nodig om je te excuseren.2. Andermans behoefte voor die van jezelf plaatsen
Als je als kind jouw behoeften wegstopt, verbind je daar de conclusie aan dat wat jij wilde er niet toe deed en dat je dus niets te willen had. Om je veilig en gewaardeerd te voelen, heb je geleerd om eigen behoeften en verlangens weg te stoppen.In plaats daarvan ging je vooral doen wat er van je verwacht werd. Je wilde niemand tot last zijn en leerde al vroeg om behoeften van anderen aan te voelen en erin te voorzien. Ook al betekende dit dat je jezelf weg moest cijferen. Al vroeg werd de pleaser in jou geboren.
3. Conflicten vermijden
Je wilt het liefst geen ruzie met anderen. De sfeer op je werk moet altijd gemoedelijk zijn. Je zegt niet wat je voelt of vindt. Kortom: je wilt conflicten vermijden en altijd de lieve goede vrede bewaren.Nu is het vermijden van een conflict menselijk want een conflict kost energie, maar wanneer het je leven gaat beïnvloeden, zou je er iets aan kunnen doen.
Wanneer je begrijpt waarom je conflicten vermijdt, is het al makkelijker om hiermee om te gaan. Probeer de volgende keer als je in een conflictsituatie terecht komt, rustig te blijven en op te komen voor jezelf.
Tijd voor verandering
Op een gegeven moment kom je op een punt dat je denkt: vanaf nu ga ik alleen maar doen wat ik zelf wil. Maar wat wil je eigenlijk? Soms raak je zo verwijderd van jouw eigen behoeften dat je het even niet meer weet.Dit komt doordat je je hele jeugd lang, dag in dag uit, getraind bent om aan de behoefte van een ander te voldoen. Gevoelens van eenzaamheid, stress en mislukking komen dan om de hoek kijken. (EMDR) therapie kan je helpen om jouw eigen pad weer te bewandelen en om trauma’s uit je jeugd te verwerken.
Bron: Bedrock >>
9 november 2022 om 21:24 #275409LukaModerator‘Soms roepen collega’s: ‘Nu hou je op!’, terwijl die persoon misschien niet anders kán’
Politiemensen over die ene melding, wat er daarna gebeurde en hoe dat hun kijk op het vak ingrijpend heeft veranderd. Ingrid Tensen (47) leert haar collega’s dat ze bij mensen met psychische problemen altijd kalm moeten blijven. ‘Schreeuw nooit terug.’
Beeld Anne Stooker‘Ik werkte vijf jaar bij de politie toen ik zwanger werd van mijn eerste kind, een zoontje. Al snel merkte ik dat er iets met hem aan de hand was. Hij hing erg aan mij, kon niet tegen verandering en huilde veel.
‘Op zijn 7de kreeg hij de diagnose die ik al vermoedde: autisme. Omdat ik mijn zoon wilde begrijpen ging ik daar veel over lezen, bekeek documentaires, werd lid van de Nederlandse Vereniging voor Autisme en bezocht congressen. Daar leerde ik veel van. En ik dacht: daardoor doe ik privé dingen die goed werken bij mijn zoon, maar bij de politie doen we niet altijd het juiste bij mensen met psychische problemen. Soms roepen collega’s: ‘Nu hou je op!’, of ‘Doe eens normaal!’, terwijl de persoon in kwestie misschien niet anders kán.
‘Ik volgde – heel toevallig – een cursus ‘presenteren en profileren’. We kregen de opdracht: maak een presentatie die voor je collega’s bruikbaar zou kunnen zijn, dus ik fabriceerde iets over autisme. Na mijn voordracht werd gezegd: ‘Dit zou iederéén moeten horen.’ Mijn chef zei: ga maar doen.
‘Ik begon op ons bureau, hier in Hoofddorp. Ik hield een powerpointpresentatie en vertelde dat je iemand met autisme moet benaderen met zo min mogelijk prikkels. Laat één collega het woord doen, praat er niet doorheen. Blijf altijd rustig, ook als diegene schreeuwt. Ga nooit terugschreeuwen. Wees duidelijk over elk stapje dat je gaat doen, en dóé dat vervolgens ook. Die aanpak werkt meestal ook bij mensen met psychische problemen of zwakbegaafden.
‘Kort daarna kwam de melding van een moeder die in paniek 112 had gebeld: haar zoon had tegenover haar staan schreeuwen met een mes, waarna hij het huis uit was gevlucht.
‘Met twee auto’s reden we die kant op. Mijn collega en ik herkenden de jongen aan het signalement op een parkeerplaats. Over de mobilofoon zei ik tegen de collega’s in de tweede auto: ‘Rijden jullie naar die moeder, kom hier niet langs.’
‘We stapten uit en liepen in V-formatie naar hem toe, zodat je nooit tegelijk kunt worden aangevallen. Op een paar meter afstand stopte ik en zei: ‘Ik ben van de politie, ik wil je handen zien.’ De jongen spreidde zijn armen. ‘We kregen de melding dat jij je moeder met een mes hebt bedreigd’, zei ik, en hij antwoordde dat het niet goed met hem ging, maar dat hij nu wat rustiger was en naar huis wilde.
‘‘We gaan eerst kijken of je echt geen scherpe spullen bij je hebt’, vervolgde ik. ‘Dus we komen dichterbij en dan gaat mijn collega je aanraken. Hij gaat voelen bij je broekzakken, over je benen, overal.’ De jongen knikte.
‘Mijn collega was al die tijd stil. Na mijn uitleg fouilleerde hij die jongen en zei: ‘Hij is schoon.’ Vervolgens liepen we met hem naar zijn moeder. Onze collega’s hadden de voordeur – zoals altijd in onzekere situaties – op een kier laten staan. ‘Politie!’, riep ik, ‘We zijn hier met uw zoon.’ Ik vroeg zijn moeder waar de jongen op een rustige, veilige plek kon wachten totdat de crisisdienst kwam. Dat was boven, ik liep met hem mee naar zijn slaapkamer. Hij ging op bed liggen en ik vroeg waar ik mocht gaan zitten. Hij wees zijn bureaustoel aan. Ik legde uit dat er een hulpverlener zou komen die met hem wilde praten, en dat ik tot die tijd in die stoel bleef zitten vanwege ieders veiligheid. ‘Ik ga niks zeggen’, zei ik, ‘maar als je vragen hebt, mag je die gewoon stellen.’ Hij bleef stil liggen en ik heb daar zo’n halfuur zwijgzaam gezeten totdat de crisisdienst het van ons overnam.
‘Buiten praatte ik na met mijn drie collega’s. Toen zei de collega met wie ik op de auto zat: ‘Wat goed dat ik laatst jouw presentatie heb bijgewoond. Daardoor wist ik precies wat ik wel en niet moest doen.’
‘Daarna heb ik veel meer presentaties gegeven. Aan andere eenheden, maar ook aan officieren van justitie, leden van de cellenwacht en straatcoaches van de gemeente. Ik heb mijn zoon netjes gevraagd of ik voorbeelden van hem in mijn presentaties mag gebruiken, zoals zijn problemen met de avondklok tijdens corona, door zijn vaste structuren. Hij zei: ‘Mama, van mij mag je dit aan de hele wereld vertellen, want als mensen mij beter begrijpen, gaat het ook beter met mij.’
‘Voor de moeder van de jongen met het mes hebben we een Afspraak Op Locatie in ons systeem gezet, een AOL. Dan weet de politie meteen wat er aan de hand is als zij 112 belt. En dat is nodig. ‘Hij wordt steeds groter en sterker’, vertelde ze, terugkijkend. ‘Ik was altijd al bang voor de dag dat ik hem niet meer aankan. Nu is het zover.’
Bron: de Volkskrant >>
12 maart 2023 om 21:09 #276650LukaModeratorEen teken van emotionele verwaarlozing in je jeugd: je nergens thuisvoelen
Het gevoel er niet bij te horen… Het is een opvallend kenmerk van emotionele verwaarlozing in je jeugd. Psycholoog Jonice Webb, auteur van Patronen van ongekende gevoelens doorbreken, staat in dit artikel stil bij het ‘buitenstaander-gevoel’ en geeft 4 tips hoe je ermee kunt afrekenen.
Als je emoties onderdrukt zijn, dan is het lastig om de emotionele connectie te voelen die jou verbindt met andere mensen op een feestje.
Een belangrijke vraag voor jou
De eerste vraag op de vragenlijst om erachter te komen of jij in je jeugd emotioneel verwaarloosd bent, is: ‘Voelt het soms alsof je er niet bijhoort als je bij vrienden of familie bent?’ Er is een reden waarom die vraag bovenaan staat. Daaruit is namelijk het vaakst af te leiden of iemand emotioneel verwaarloosd is of niet. Eerst lijkt het misschien niet logisch. Waarom zou je rondlopen met het gevoel dat je er niet bijhoort? Er niet thuishoort? Dat je je aan de buitenkant bevindt en vanaf daar naar binnen kijkt? Vooral bij mensen die van je houden?Het gevoel is lastig te identificeren, het is moeilijk om het een naam te geven, maar toch kan het iemand heel erg beïnvloeden. Het kan lastig zijn om nog met mensen af te spreken, maar ook om lang te blijven. Misschien raak je geïrriteerd in de buurt van andere mensen en weet je niet zeker waarom. Misschien ben je wel heel goed in doen alsof je het naar je zin hebt, maar ben jij de enige die weet dat dat eigenlijk niet zo is. Misschien kijk je juist wel om je heen naar andere mensen die lachen en praten en het naar hun zin hebben en vraag jij je af wat je mist.
Gevoelens onderdrukken
In de twintig jaar dat ik als ik psycholoog werk, heb ik veel mensen dit gevoel horen omschrijven. Ze gebruiken allemaal andere woorden, maar ze hebben allemaal één ding gemeen: ze zijn allen opgegroeid in een gezin waarin ze emotioneel zijn verwaarloosd.Emotionele verwaarlozing vindt plaats als de ouders niet genoeg aandacht besteden aan de emotionele behoeften van hun kind. Als je een kind bent en je gevoelens worden genegeerd, krijg je indirect een krachtige boodschap van je ouders. Namelijk: ‘Jouw gevoelens doen er niet toe.’ Ik heb dit keer op keer gezien, dat kinderen deze boodschap krijgen en zich daarop aanpassen. Ze onderdrukken hun gevoelens, zodat ze niemand tot last zijn.
Zo overleeft het kind makkelijker of ontwikkelt het zich zelfs beter in een gezin dat niet goed met gevoelens omgaat. Maar als het kind volwassen is, wordt dit een probleem.
Jouw emoties en relaties
Als je volwassen bent, heb jij je emoties nodig. Emoties zijn de lijm die je verbindt met andere mensen en de kruiden die het leven interessant maken. Als je emoties onderdrukt zijn, dan is het lastig om de emotionele connectie te voelen die jou verbindt met andere mensen op een feestje. Het is zelfs nog lastiger om die spontane, gelukkige synergie te voelen die plaatsvindt als andere mensen volledig aanwezig zijn bij elkaar. In plaats daarvan ben je dus een bakker zonder gist. Je gaat te werk zonder een belangrijk ingrediënt dat de mensen om je heen wel hebben. En dat voel je.Als jij je herkent in dit gevoel, vergeet dan alsjeblieft niet dat ook al is dit een echt gevoel, het is niet écht. De mensen om je heen zien jou niet op die manier. Zij zien je niet aan de buitenkant. Zij hebben niet het gevoel dat je er niet bijhoort. Zij willen een connectie met je hebben en genieten van je gezelschap. Het beste aan emotionele verwaarlozing in je jeugd is dat je ervan kunt genezen.
Vier tips om je niet meer een buitenstaander te voelen
1. Wees je meer bewust van dit gevoel. Let erop als je het voelt, let op de invloed die het gevoel op jou heeft. Hou het gevoel altijd achter in je hoofd. Herinner jezelf eraan dat het maar een gevoel is.
2. Zodra je je meer bewust wordt van het gevoel, waar het vandaan komt en wat voor kracht het heeft, kun je ertegen vechten. Dwing jezelf om met mensen af te spreken en vecht constant tegen het gevoel terwijl je daar bent.
3. Vertel iemand (je partner, een broer of zus of goede vriend) over het gevoel. Leg uit waar het gevoel vandaan komt en hoeveel moeite je ermee hebt. Vraag die persoon om zijn of haar steun bij familiegelegenheden, feestjes en andere afspraken.
4. Focus je op je emotionele verwaarlozing. Het is belangrijk om je verwaarlozing aan te vallen vanuit meerdere hoeken. Een van de beste manieren om dit te doen, is door je emoties meer te gaan voelen en te accepteren. Hoe beter je hierin wordt, hoe zwakker dat gevoel wordt van je niet thuis voelen.Door je meer op je gemak te voelen met je gevoelens, begin je aan het proces, maar leer je ook hoe jouw gevoelens (en jijzelf) passen bij de relaties die je hebt met andere mensen. Als je dit nog eng vindt, kun je eerst beginnen door meer te leren over hoe je je emoties kunt gebruiken om je relaties hechter te maken. Zodra jij je realiseert wat er mis is, ben je al goed op weg. Je vecht dan voor een leven waarin je je meer op je gemak voelt en jij je hechter voelt met anderen. Het voelt dan niet meer alsof je je aan de buitenkant bevindt.
Bron: Inspirerend leven >>
-
AuteurReacties
- Je moet ingelogd zijn om een antwoord op dit onderwerp te kunnen geven.