Overige websites

  • Dit onderwerp bevat 74 reacties, 5 deelnemers, en is laatst geüpdatet op 28/05/2023 om 18:25 door Luka.
10 berichten aan het bekijken - 61 tot 70 (van in totaal 75)
  • Auteur
    Reacties
  • #258812
    Luka
    Moderator

      Zo luister je het best naar een ander (volgens de wetenschap)

      Zeg eens eerlijk: zijn er momenten dat je niet echt luistert naar de persoon die tegenover je zit? In sommige situaties overkomt mij dit vaker dan ik zou willen. Er zit dus maar één ding op: ik moet naar een school die mij leert om beter te luisteren.

      Vóór corona had ik eens een verjaardagsetentje in een restaurant met een groep mensen. Een tafelgenoot kletste ruim een uur over van alles en nog wat. Ondanks dat ik hem aankeek en braaf ja knikte, had ik eigenlijk niet door wat hij nou allemaal vertelde.

      Hetzelfde gebeurde standaard in de schoolbanken en soms gaat het ook langs me heen als mijn vriend me iets vertelt wat ik eigenlijk niet zo interessant vindt.

      Uit onderzoek blijkt dat ik niet de enige ben: liefst acht op de tien Nederlanders luistert niet altijd goed tijdens een gesprek. Helaas hoor ik dus daar ook bij. Het is niet zo dat ik nooit luister. Ik kan aandachtig luisteren naar die vriendin in nood en ik kan als journalist tot in detail terug vertellen wat mijn interview kandidaat vertelde. Niks aan de hand zou je denken, maar er zijn momenten dat er helemaal niks binnenkomt.

      Een irritante eigenschap, dus ik besluit een les te volgen bij de Luisterschool van Saskia Zwijnenburg (49). Ze is afgestudeerd psycholoog en werkt sinds 2015 als luistercoach. Ik haak aan bij de masterclass Holding Space, een cursus die mij moet leren hoe ik écht goed kan luisteren.

      Vertraging opzoeken
      Voorafgaand krijg ik een thuisoefening mee: probeer alledaagse dingen te vertragen. Trek langzaam je jas aan, poets langzaam je tanden en drink langzaam je kop thee leeg. Daar ga ik gelijk al de mist in. Ik doe alles in de derde versnelling, op de automatische piloot en het liefst alles tegelijkertijd.

      Tijdens mijn gesprek met Saskia kom ik al snel tot de conclusie dat dit een van de oorzaken is van mijn problemen. Hoe kan ik verwachten dat ik rustig naar iemand kan luisteren als alles in mijn leven snel en gehaast gaat? “Door gedurende de dag vertraging in de kleine dingen op te zoeken, kun je ook beter de tijd vinden om te luisteren,” drukt de luistercoach mij op het hart.

      Stiltes laten vallen
      Saskia legt me uit dat ze voorstander is van communiceren vanuit een ‘holding space’. Hierin is het belangrijk dat je de tijd maakt voor een gesprek, jezelf niet passief opstelt en je grens durft te bewaken. Dat laatste is iets dat we tegenwoordig te weinig doen.

      “We leven in een maatschappij met ontzettend veel kennisoverdracht en we communiceren heel erg horizontaal. De een vertelt en de ander reageert daar direct op. Het is vaak niet gewenst om een lange stilte te laten vallen of om tegen iemand te zeggen: ik heb even de tijd nodig om op je verhaal te reageren. Gek eigenlijk, want dit is heel belangrijk om goed te kunnen luisteren.”

      Ik weet van mezelf dat ik soms de tijd nodig heb om iets dat iemand vertelt een paar seconden te laten bezinken, maar tegelijkertijd vind ik stiltes ongemakkelijk aanvoelen. Daarin ben ik overigens niet de enige. Het internet staat vol met tips over hoe je een vervelende stilte’ kan voorkomen en ook in series en films vinden ze het heerlijk om een stilte zo ongemakkelijk mogelijk weg te zetten.

      Het perfecte antwoord
      In de masterclass leer ik over nog een groot obstakel dat optreedt tijdens het luisteren. Een hoop mensen zijn namelijk vooral bezig met hun eigen reactie voorbereiden wanneer iemand praat. Hier is in 2020 uitgebreid onderzoek naar gedaan door de Duitse psycholinguïst Mathias Barthel.

      Dit is een probleem waar ik zelf ook tegenaan loop wanneer mijn vriend over een hobby vertelt waar ik weinig van begrijp. Ik dacht dat het desinteresse was, maar als Saskia mij laat terugdenken, ging er tijdens die gesprekken alleen maar door mijn hoofd: ik snap het niet. Wat moet ik nu zeggen? Help!

      Tijdens de masterclass legt de luistercoach uit dat een perfect antwoord helemaal niet nodig is om te laten merken dat je luistert naar iemand. “Luister niet alleen naar de inhoud die iemand vertelt, maar ook naar de emotie die daar inzit. In plaats van dat je een slim antwoord wil geven, kun je ook zeggen: ‘Wat leuk dat je zo enthousiast bent’ of ‘Ik merk dat dit je raakt’.”

      Luistergrens
      Ik heb altijd geroepen dat ik slecht ben in lang naar iemand luisteren, maar nu besef ik me dat ik misschien niet altijd heb geweten hoe ik moet luisteren. De situaties waarin ik wél goed kan luisteren, een interview of iemand die dicht bij me staat met een probleem, daar creëerde ik eigenlijk al die holding space waar Saskia het over heeft. Ik maak tijd, doe mijn telefoon in mijn tas, ik merk de emoties van een ander op en geef het aan als het gesprek te snel gaat. Waarom pas ik dat eigenlijk niet nog meer in mijn dagelijkse leven toe?

      Een verandering in mijn gehaaste levenspatroon en het bewaken van mijn ‘luistergrens’ moeten me in de toekomst gaan helpen om nog beter te gaan luisteren. En die ongemakkelijke stiltes? Die wil en ga ik voortaan juist omarmen. Hallo? Ben je daar nog?

      Bron: NPO 3 / Brandpunt Plus >>

      #258860
      Luka
      Moderator

        Emotionele mishandeling – Je komt als slachtoffer vaak in een existentiële crisis terecht

        Psychiatrische problemen zijn vaak het gevolg van de emotionele mishandeling die cliënten hebben ondergaan in hun verleden. Ze worden soms zelfs vrij letterlijk gek gemáákt. Dat zegt Tako Engelfriet, voorzitter van stichting ‘Het verdwenen zelf’.

        Over hoe psychoses, depressie en bipolariteit ontstaan zijn boeken vol geschreven. Eén van de oorzaken als gevolg van emotionele mishandeling kan trauma zijn. Emotionele mishandeling komt veel voor en laat diepe traumasporen achter. Dat beschrijven we in dit artikel. Minder bekend is dat dit trauma meestal actief veroorzaakt is.

        Emotionele mishandeling is als koolmonoxide: onzichtbaar en giftig
        Iris Koops, auteur van twee boeken over de gevolgen van emotionele mishandeling, beschrijft hoe complex trauma ontstaat: niet door een ernstige gebeurtenis, maar door ‘een serie onzichtbare, ontwrichtende ervaringen’. Slachtoffers belanden zonder het te weten ‘in het land van duisternis’.

        “Mijn moeder liet mij nooit met rust toen ik klein was”
        Dit vertelt bijvoorbeeld Roos, slachtoffer van ernstige emotionele mishandeling in haar jeugd: “Mijn moeder liet mij nooit met rust toen ik klein was. Ze speelde in op mijn schuldgevoel. Altijd moest ik er voor haar zijn. Ze manipuleerde op verschillende manieren als ik ook maar iets van een grens aan gaf. Ze kon me nooit alleen laten, en zelfs als ik me op de wc had opgesloten om een paar minuten op mezelf te kunnen zijn, stond ze door de deur heen tegen me aan te praten. Dat ging met grote emoties gepaard, want hoe haalde ik het in mijn hoofd om me voor haar af te willen sluiten. Ik heb er nu, dertig jaar later, nog steeds last van. Het invasieve heeft me bijna gek gemaakt.”

        Slachtoffers denken vaak dat ze labiel zijn en dat hun ernstige symptomen aan henzelf liggen
        Ze twijfelen vaak aan zichzelf en hun ervaringen. Klopt het wel dat ze dit hebben meegemaakt? Overdrijven ze niet? Slachtoffers kregen vaak te horen dat ze ‘een zwak kind’ waren of ‘gestoord’ zijn. Als ze zich verweerden kregen ze reacties als “Jij haalt je ook altijd van alles in je hoofd” of “Stel je toch niet zo aan”. De moeder van Roos speelde juist in op haar schuldgevoelens, met opmerkingen als “Weet je wel hoe erg het voor mama is wat je nu doet”.

        Over plegers van emotionele mishandeling weten we steeds meer
        Het betreft vaak mensen met narcisme of psychopathie (van trekken tot stoornis). Plegers hebben weinig empathie of geweten, ze houden koste wat kost hun eigen opgeblazen zelfbeeld overeind en misbruiken anderen voor hun eigen behoeften. Kinderen of partners van lopen een groot risico op trauma.
        Plegers gebruiken vaak manipulatie om hun destructieve gedrag te maskeren en dit zet slachtoffers voortdurend op het verkeerde been. Plegers zeggen bijvoorbeeld met een glimlach de meest vreselijke dingen of uiten cryptisch geformuleerde bedreigingen. Dat is beangstigend, verwarrend en vernederend tegelijk.

        Manipulatie kent veel vormen
        Woorden zijn wapens. De meeste mensen weten bijvoorbeeld wel dat interpretaties en emoties rondom feiten per persoon verschillen. Bij mensen met narcistische trekken of een stoornis is dat anders. Iris zegt in haar boek ‘Herstellen van narcistische mishandeling’ hierover: “Simpel gezegd doet een narcist precies het tegenovergestelde: omdat hij de realiteit niet verdraagt, probeert hij zowel zijn eigen realiteit als die van anderen structureel te manipuleren.”

        Dubbelzinnig taalgebruik is vrijwel standaard. Iris: “De pleger gebruikt mooie woorden om zijn luchtkasteel mee te bouwen. Maar iets wordt pas waar als je het daadwerkelijk ervaart. Als hij dus woorden gebruikt als ‘met elkaar omgaan op basis van respect’, dan schreeuwen die woorden om toetsing. Hoe gaat hij met jou en anderen om? Narcistische mensen zetten dergelijke taal in om het gedrag van lastige mensen bij te sturen. Woorden zijn dus wapens.”

        Plegers zijn niet alleen maar destructief, dat is het verwarrende eraan
        Ze wisselen een leuke avond af met kleinerende opmerkingen, aperte leugens doen ze af met een charmante ontkenning of ze laten op een grapje een stiltebehandeling volgen. Slachtoffers ervaren zonder dat ze het door hebben een langdurig schadelijke mix van chaos, schaamte, angst en schuldgevoelens.
        Uit onderzoek blijkt dat emotionele mishandeling schade kan aanrichten in het zenuwstelsel en de hersenen van slachtoffers. Manipulatie en machtsmisbruik zorgt voor een verwrongen realiteitsbesef, een permanent gespannen lichaam en een verstoord zelfbeeld.

        Het gevolg?
        De authentieke kern van slachtoffers vervaagt of ontwikkelt zich nooit: het verdwenen zelf. Ernstig trauma bepaalt steeds meer hun leven. Iris: “Je komt als slachtoffer vaak in een existentiële crisis terecht, omdat je zo wordt uitgedaagd in je geloof in de wereld en de mensheid, dat je het op een gegeven moment echt niet meer weet.” Vaak ontstaat dan een psychiatrisch probleem als een psychose, depressie, angsten of andere ernstige traumasymptomen.

        Deze problemen zijn niet aan slachtoffers zelf te wijten
        Ze zijn vaak vrij letterlijk gek gemáákt. Een afstandelijke of alleen op symptoombestrijding gerichte behandeling werkt vaak niet: de oorzaak wordt immers niet aangepakt. Slachtoffers hebben empathische traumatherapeuten nodig die hen ondersteunen bij het ontschuldigen van hun problemen. Gekoppeld aan goede psycho-educatie helpt dit om van ‘de duisternis naar het licht’ te komen. Herstel is dan echt mogelijk.

        Bron: Psychosenet.nl >>

        #258861
        Luka
        Moderator

          Marloes kiest bewust voor openheid over psychische problemen: ‘Taboe is jammer en onnodig’

          Psychische klachten zijn doodnormaal. Maar je merkt er bijna nooit iets van, want velen verbergen ze, uit schaamte en angst voor onbegrip. In de Week van de Psychiatrie staat ‘meedoen’ van mensen met een psychische kwetsbaarheid centraal. Drie vertellen er hier over hun twijfels. ,,Moet ik nu eerlijk zijn over een opname of niet?’’

          ‘Bij drie borden op het aanrecht, schiet ik al in de stress’
          Nova van Wolfswinkel (55): ,,Twee keer per week krijg ik thuisbegeleiding. Eerlijk gezegd schaam ik me daar best een beetje voor. De hulpverlener helpt me mijn huishouden en administratie te ordenen. Want bij drie borden op het aanrecht en een stapel post op tafel, schiet ik al in de stress. Dus met deze ondersteuning ben ik vooral heel blij; het helpt me mijn leven onder controle te houden.

          Pas zes jaar geleden werd duidelijk dat ik ADD heb (Attention Deficit Disorder, een subtype van het bekendere ADHD, waarbij hyperactiviteit een belangrijke rol speelt). Dat verklaarde dus ook mijn chaotische hoofd. Mijn incestverleden leverde me al PTSS op (Post Traumatische Stress Stoornis).


          Nova van Wolfswinkel (55). © Manon van der Zwaal

          De combinatie van mijn verleden en de psychische aandoeningen trok al met al diepe sporen in mijn leven. Omdat ik zo snel mogelijk uit huis wilde, ging ik al op mijn 17de samenwonen. Na het afronden van mijn studie Mode en Kleding, werkte ik als model in Italië en runde ik een eigen lingeriezaak. Toen liep in korte tijd alles stuk: ik verloor mijn zaak, mijn relatie en mijn huis. Mentaal stortte ik compleet in. Ik werd opgenomen op de PAAZ-afdeling, de psychiatrische afdeling van het ziekenhuis. Tijdens het intensieve traject dat volgde, kreeg ik het advies om naar de buitenwereld eerlijk te zijn over mijn opname. Weer opgekrabbeld begon ik na een paar maanden vol goede moed aan een opleiding tot grafisch vormgever. In sollicitatiegesprekken was ik, zoals geadviseerd, open over de PAAZ. Dat pakte niet goed uit. Werkgevers knapten er keihard op af.

          In die tijd rustte er nog een groot taboe op psychische kwetsbaarheid. Ik werd minder open en was tegenover de buitenwereld altijd bezig mijn verleden te omzeilen. Daardoor raakte ik in een isolement. Ik voelde me eenzaam en depressief. Na een tweede opname in een psychiatrische kliniek, begon ik mezelf wat beter te begrijpen. Heel langzaam is mijn zelfvertrouwen gegroeid en vind ik mezelf weer wat waard.

          Ik ben spontaan, voel me meestal blij en wek een zorgeloze indruk. Maar dat gaat niet vanzelf, met therapieën werk ik daar nog steeds hard aan

          Weinig mensen snappen iets van mentale worstelingen of nemen de moeite zich erin te verdiepen. Ik put veel kracht uit de onvoorwaardelijke liefde van dieren. Mijn hond heeft me destijds – zogezegd – boven de grond gehouden. Ik ben spontaan, voel me meestal blij en wek een zorgeloze indruk. Maar dat gaat niet vanzelf, met therapieën werk ik daar nog steeds hard aan.

          Laatst had ik weer te maken met vooroordelen. Door een ongelukkige val tijdens een dansworkshop liep ik een paar botbreuken op. De revalidatiearts bekeek mijn dossier en weet het trage herstel doodleuk aan psychische oorzaken. Wat voelde ik me afgeserveerd. Het maakt dat ik toch blijf twijfelen over eerlijk zijn. Laat ik voortaan mijn mond maar houden, denk ik nu. Terwijl ik eigenlijk wil pleiten voor openheid. Want met geheimen rondlopen; dat deed ik vroeger al te lang.’’

          ‘Aan elektrische schokjes herken ik de voortekenen’
          Martijn Voerman (47): ,,Met mijn angststoornis ben ik behoorlijk vertrouwd geraakt, dat kun je wel zeggen na 25 jaar. Mijn paniekaanvallen worden vooral uitgelokt door een combinatie van stress en vermoeidheid. De voortekenen herken ik inmiddels in mijn lichaam; een soort kleine elektrische schokjes. Als ik die voel, let ik op mijn ademhaling en probeer ik mijn gedachten om te buigen. Inmiddels krijg ik mezelf op deze manier weer rustig. Cognitieve gedragstherapie heeft me daar in de loop van de jaren goed bij geholpen. De hevigheid van de aanvallen is afgenomen maar het is een chronische aandoening, die gaat nooit over.


          Martijn Voerman (47). © Manon van der Zwaal

          Zo’n stoornis houdt natuurlijk geen rekening met je agenda dus ook op mijn werk, als manager in een grote organisatie, kan ik een paniekaanval krijgen. Daarmee kan ik nu beter omgaan dan vroeger. Gelukkig is er tegenwoordig in de hele samenleving veel meer aandacht voor psychische kwetsbaarheid. Voetballers die uitkomen voor hun angststoornis, zoals Gregory van der Wiel en Ricardo Kishna, zijn belangrijke rolmodellen. Dat werkt als breekijzer om het ook voor anderen bespreekbaar te maken. Ook goede voorbeelden: de Britse prins Harry die open is over zijn depressie. Dat is taboe doorbrekend. Hierdoor zie je dat niet alleen de psychische ziektebeelden verschillend zijn, maar de klachten ook.

          Ik adviseer mensen niet snel om open te zijn bij een sollicita­tie. Dan is de kans klein dat je wordt aangenomen

          Ik zet me sinds een paar jaar in om psychische kwetsbaarheid bespreekbaar te maken in organisaties, vooral tussen managers en medewerkers. Dat doe ik vrijwillig vanuit mijn rol als werkambassadeur bij Samen Sterk Zonder Stigma, een stichting die werkt aan een samenleving waarin iedereen gelijkwaardig wordt behandeld, ook als je een psychische aandoening hebt. We geven trainingen aan managers. Die zitten vaak verlegen om handvatten: wat houdt een stoornis eigenlijk in en wat kun je als manager nou wel en niet doen? Sommige organisaties lijken er verkrampt mee om te gaan maar wij merken: vaak is het geen onwil maar weten ze gewoon niet hoe. Eigenlijk net als bij rouw, dan kun je met al je goeie bedoelingen soms bang zijn dat je het verkeerde zegt. Met voorlichting en trainingen helpen we bedrijven daarmee.

          Toch adviseer ik mensen niet snel om open te zijn bij een sollicitatie. Dan is de kans klein dat je wordt aangenomen. Ik ben dus niet in alle gevallen een voorstander van openheid. Wel van bespreekbaarheid, een groot verschil. Je hoeft echt niet te zeggen dat je depressief bent maar vertel wat je nodig hebt om je werk goed te kunnen blijven doen. Zelf ben ik net begonnen in een nieuwe baan als Teamleider bij de Rijksoverheid. In mijn cv ben ik open over mijn werk voor Samen Sterk zonder Stigma. Het blijft toch best een drempel om je psychische kwetsbaarheid steeds opnieuw bespreekbaar te maken. Maar bij deze sollicitatie was het geen onderwerp van gesprek.’’

          ‘Voor het slikken van die pillen heb ik me echt gegeneerd’
          Marloes Wesselink (45): ,,Een baan, twee jonge kinderen en een hoop twijfels aan m’n kop. Als een hamster in een rad bleef ik rondjes rennen terwijl ik eigenlijk maar één ding wilde: in het zaagsel liggen. Ik zat niet lekker in mijn baan en in mijn vel. Met een therapeut ben ik mijn problemen gaan ontleden, laagje voor laagje. Er volgden zes pittige maanden, werken lukte me niet meer. Ik ben in het zaagsel geploft en vanaf dat moment is het balletje gaan rollen.

          Ik voelde me onzeker, verward en mislukt. Het leek alsof ik in een donkere, diepe put zat met langs de wand zo’n ijzeren trapje. Het liefst wilde ik vooruit en weer richting het licht maar ik wist niet hoe. Dankzij psychotherapie ben ik toch gaan klimmen. Kleine stapjes omhoog en soms weer eentje terug. Ik leerde veel over mijn negatieve denkpatronen en hoe die in de toekomst te herkennen en te doorbreken. Toch bleef ik me zwaar en down voelen.


          Marloes Wesselink (45). © Manon van der Zwaal

          De psychiater – die het de ‘Piekerziekte’ noemde – schreef me antidepressiva voor. Niets voor mij, vond ik. Fijn als het anderen helpt, maar niet voor mij. Ik vind mezelf best ruimdenkend, ik vind niet gauw iets gek. Maar mijn zelfstigma, dat bleek enorm: de schaamte over het negatieve beeld dat nu op mijzelf sloeg. Voor het slikken van die pillen heb ik me echt gegeneerd. Onzinnig, want de combinatie therapie en medicijnen heeft goed gewerkt. Ik werd me bewust van mijn angsten, leerde mijn eigen gedachten weer te sturen en de ‘piekermodus’ te herkennen.

          Na zes maanden voelde ik me beter en ben ik op m’n werk gaan praten; mijn baan paste niet meer bij me. Toen ben ik voor mezelf begonnen als tekstschrijver en dat bevalt goed.

          Het taboe op psychische kwetsbaar­heid vind ik jammer en onnodig. Daarom kies ik bewust voor openheid

          Het taboe op psychische kwetsbaarheid vind ik jammer en onnodig. Daarom kies ik bewust voor openheid. Zo schreef ik vier jaar geleden een symbolische afscheidsbrief aan mijn antidepressiva en plaatste die op Facebook en LinkedIn. De reacties waren heel fijn. De herkenbaarheid leverde mooie gesprekken op. Verbazing was er ook, want: huh? die leuke vrouw? zo kennen we haar niet. Er zijn vast ook mensen weggedraaid, die hier niets mee kunnen, maar dat is helemaal niet erg.

          Een officiële diagnose heb ik nooit gehad. Destijds vond ik dat jammer want ik wilde graag concrete handvatten voor mijn probleem. Een ‘labeltje’ kan je duidelijkheid geven en helpen de juiste hulp te vinden. Maar inmiddels ben ik blij dat ik geen stempel heb. Dat had ik nu best vervelend gevonden. Idioot, he? En dat voor iemand die het taboe wil doorbreken en juist pleit voor openheid? Het geeft maar aan hoe hardnekkig het zelfstigma is. Hierin is echt nog een wereld te winnen. ‘Schaamte overleeft het niet door schaamte uit te spreken’; in deze uitspraak zit voor mij de kracht van openheid.’’

          Bron: AD.nl >>

          #267345
          Luka
          Moderator

            De agressieve man krijgt zelden hulp – maar die kan hij wel gebruiken, zegt hoogleraar Arno van Dam

            Het voetbalgeweld was terug – tot de stadions weer op slot gingen. Arno van Dam behandelt agressieve mannen. De kersverse hoogleraar ziet dat ze al snel tot psychopaat worden verklaard, terwijl ze tegelijkertijd te weinig hulp krijgen.

            Postcorona-hooliganisme’ wordt het genoemd, de golf van voetbalgeweld die Nederland de afgelopen maanden heeft overspoeld. Rellen, vechtpartijen, de bestorming door Feyenoord-aanhangers van een restaurant waar voetbalbestuurders rustig een hapje zitten te eten, zwaargewonde supporters na een van de dieptepunten, NEC-Vitesse; voetbal lijkt voor de man met een kort lontje de ideale gelegenheid om erop los te slaan. Keihard aanpakken, die idioten? Vraag het aan psycholoog Arno van Dam (56) en nee, dat is niet zijn eerste reflex.

            Lees verder: de Volkskrant >>

            #269063
            Luka
            Moderator

              Waarom we over het algemeen niet goed tegen kritiek kunnen

              Leuk, maar we hadden toch afgesproken dat we het op die manier zouden doen?’ Of: ‘zou je die jurk nou wel aantrekken?’ Klinkt dat bekend? Met kritiek hebben we allemaal wel eens te maken, maar leuk is het nooit. Jij voelt je er lang neerslachtig door, maar kijk je naar je vriend of vriendin, dan kunnen zij 10 minuten later alweer lachen. Waarom trekken sommige mensen kritiek zich dan zo erg aan?

              Over het algemeen kunnen we allemaal niet goed tegen kritiek, maar sommige mensen hebben er meer last van anderen. Dit is waarom.

              Het geheim van kritiek
              Kritiek is natuurlijk nooit leuk. Daar zijn we het allemaal waarschijnlijk wel over eens. Maar hoe je omgaat met die kritiek en hoe erg het je raakt, hangt eigenlijk helemaal niet af van hoe heftig de kritiek was. Wat blijkt; het gaat om de relatie die je hebt met jezelf. Het geheim zit hem in hoe leuk we onszelf vinden.

              Maar sommige kritiek is heftiger dan andere kritiek, toch? Waarom heeft het dan minder te maken met de ‘aanval’ en meer met wie wij zelf zijn?

              Dat komt door het volgende; voor mensen die genoeg van zichzelf houden, is kritiek nooit meer dan een beetje gemopper. Ze weten dat mensen het niet persoonlijk bedoelen en ze zijn het de volgende dag alweer vergeten. Accepteren dat niet iedereen hen aardig vindt en dat niet alles wat ze doen perfect is, is voor hen geen enkel probleem.

              Andere mensen snappen niet hoe anderen kritiek zo makkelijk van zich afschudden. Mensen die meer kwetsbaar zijn, voelen kritiek aan als een aanval op hun bestaan. Die opmerking die je krijgt op je werk over een taak die je niet goed gedaan hebt? Dat is niet simpelweg alleen een negatieve opmerking. In plaats daarvan voelt het alsof iemand tegen je zegt dat je maar beter kan verdwijnen.

              Kritiek van binnenuit
              Waarom maakt die kritiek dan zo’n heftige reactie bij je los? Waarom hebben sommige mensen zo’n moeite om te zien dat je gewoon één ding fout hebt gedaan en dat je niet als persoon fout bent?

              Dat komt weer omdat kritiek van buitenaf, dus van andere personen, samensmelt met een soort kritiek die al lang bij je vanbinnen zit.

              Stel, je hebt een stem in je hoofd die tegen je zegt dat je lelijk of niet de moeite waard bent, dan maakt dat het accepteren van jezelf al veel moeilijker dan het zou moeten zijn. Komt daar ook nog eens een reminder van iemand anders over hoe onhandig je bent bovenop, dan maakt dat het verafschuwen van jezelf alleen maar erger.

              Wat daarop volgt zijn gedachtes dat de hele wereld kan zien hoe belachelijk je bent, dat je nooit over de negatieve beoordeling heen kan stappen, dat wat er gebeurde een ramp is.

              Moeilijke jeugd
              Wat je vooral niet mag vergeten als je niet goed tegen kritiek kan en negatieve opmerkingen vaak hard aankomen, is dat je waarschijnlijk een moeilijkere jeugd hebt gehad dan gemiddeld. Er zijn diepere redenen die de basis zijn voor het probleem.

              Misschien ben je ooit weleens vernederd als kind zonder dat je daarna getroost of vastgehouden werd. Daarom trek je je de kritiek nu ook zo erg aan. Een gebrek aan waardering in je jeugd zorgde ervoor dat je nu niet weet hoe je je tegen ‘vijanden’ moet beschermen.

              Eigenlijk reageer je op ‘volwassen’ tegenslagen met de kwetsbaarheid van een kind, die op een te jonge leeftijd met te veel minachting te maken kreeg.

              Kunnen we dat veranderen?
              In zekere zin, ja. Het is misschien moeilijk om niet langer unhappy te zijn met kritiek, maar je kan wel veranderen waar je je precies ongelukkig over voelt. Kwetsbaarheid is niet een teken dat je als persoon niet deugt. Wel is het een bewijs dat je vroeger, in je jeugd, niet de liefde kreeg die je nodig had om nu makkelijker om te gaan met moeilijke momenten.

              Als je je dat realiseert word je daar misschien boos van. En dat mag best.

              Bron: Bedrock >>

              #270354
              Luka
              Moderator

                Toen hij de boerderij in Ruinerwold was ontvlucht, werd hem verteld dat hij en zijn broers en zussen nooit écht werden vastgehouden. Wie dat zegt, begrijpt volgens Israel van Dorsten niet dat ook een deur die niet op slot zit, gesloten kan voelen. Nu wil hij meer aandacht voor psychisch geweld. “Slachtoffers voelen zich niet serieus genomen.”

                Vooropgesteld, alle reacties op wat hij en zijn broers en zussen hebben meegemaakt, heeft hij alleen maar als heel positief ervaren. En toch. Bijna een jaar na het verschijnen van de documentaire-serie De Kinderen van Ruinerwold, waarbij in de nabespreking toch vaak de focus lag op de fysieke en seksuele mishandeling, vraagt Israel van Dorsten ook aandacht voor de gevolgen van psychisch geweld. Israel: “Psychisch geweld heeft meer impact dan we denken.”

                Door over zijn eigen ervaringen te vertellen hoopt hij bij te kunnen dragen aan de oplossing van een probleem waar wat hem betreft nog te weinig Nederlanders überhaupt van weten dat het bestaat.

                Spil in de wijk
                Gek eigenlijk: in 2020 waren bijna 700.000 Nederlanders boven de 16 jaar slachtoffer van psychisch geweld. Bij bijna de helft van alle gevallen van kindermishandeling is sprake van emotionele verwaarlozing en mishandeling. Hoe kan het dat daar maar zo weinig aandacht voor is?

                Israel: “Ik denk omdat mensen het zich moeilijker kunnen voorstellen, het is minder vatbaar. Toen ik de term psychisch geweld voor het eerst hoorde, merkte ik ook dat ik het lastig vond om te zeggen wat het nu precies was.”

                Slachtoffers wordt soms verweten dat ze niet eerder uit het patroon van psychisch geweld zijn gestapt. Was dat bij jullie ook het geval?
                “Bij ons was dat niet zo aan de orde, omdat de meeste mensen onze extreme situatie kenden en wij van kinds af aan erin opgroeiden. Maar iets dergelijks kwam wel naar voren toen mensen zich afvroegen waarom de oudste drie van de kinderen nooit bij een instantie aan de bel hebben getrokken. Zij waren namelijk al tien jaar van de boerderij vertrokken, maar hebben hun verhaal toen niet aan iemand verteld. Veel buitenstaanders begrepen dat niet. Het is voor hen lastig voor te stellen dat je mentaal zo onder druk bent gezet en gemanipuleerd bent, dat het bijna onmogelijk is om daar tegenin te gaan.”

                Waarom denk je dat dat moeilijk te begrijpen is?
                “Je kan het vergelijken met iemand die in een kamer zit waarvan de deur op slot zit. Als die deur fysiek afgesloten is, kunnen mensen heel makkelijk begrijpen dat je er niet uit kan. Maar als je jarenlang gemanipuleerd bent en je verteld is dat je die kamer niet uit kunt, dan zit je óók opgesloten, ook al zit er geen fysiek slot op de deur. In mijn ogen zijn beide gevallen even erg, want het resultaat is hetzelfde: je zit opgesloten. Maar die mentale opsluiting is voor een buitenstaander niet zichtbaar en daarom ook moeilijker om te begrijpen.

                Zelf maakte ik dat ook mee, toen ik voor de eerste keer ging nadenken over of ik kon ontsnappen van de boerderij. Op mijn telefoon zocht ik de website van de politie op, om te kijken of ik daar iets over hulp kon vinden. Toen ik die site had aangeklikt, raakte ik helemaal in paniek. Ik was zo geconditioneerd met het idee dat de politie slecht was, dat het intypen van die website al voelde als een enorme shock. Ik durfde daarna een week lang überhaupt niet meer op die telefoon te kijken.

                Dat laat zien dat het geen spelletje is, psychisch geweld. Gemanipuleerde gedachten die bij jou zijn ingeprent, zijn echt de werkelijkheid voor jou op dat moment.”

                Zijn er duidelijke momenten aan te wijzen waarop dat psychisch geweld plaatsvond?
                “Zeker, maar die maken het ook weer lastiger om het probleem echt te omvatten en te begrijpen. Bij fysieke mishandeling kan er bijvoorbeeld sprake zijn van één klap, bij psychische mishandeling is het vaak langduriger en is er meer sprake van een patroon.

                Misschien een gek voorbeeld, maar toen ik laatst het tv-programma Special Forces VIPS keek, moest ik denken aan wat bij ons gebeurde. In dat programma krijgen BN’ers een zware militaire training. Wat me opviel, is dat ik de manier waarop de trainers tegen de BN’ers in opleiding praten, heel erg herken in hoe Gerrit Jan (de vader van Israel, red.) tegen ons sprak. De stemverheffing, het steeds maar weer benadrukken dat je de groep schaadt als jij als individu iets fout doet. Dat patroon herkende ik.

                Gerrit Jan zei steeds dat iedereen gestraft zou worden als je iets fout deed. Daardoor voelde ik me constant schuldig. In het geval van Special Forces VIPS is er waarschijnlijk geen sprake van psychische mishandeling, want daar is het een nuttige manier om mensen tot het uiterste te brengen. Maar als je die manier van praten in het gewone leven toepast, kun je dat zien als psychische mishandeling. Je manipuleert mensen namelijk om dingen te gaan doen die ze anders niet zouden doen en zet ze constant onnodig onder druk.”

                Vaak duurt het een tijdje voordat mensen die psychisch mishandeld zijn beseffen dat er sprake was van psychisch geweld. Hoe ging dat bewustwordingsproces voor jou?
                “Stapje voor stapje. Je realiseert je namelijk pas dat je gemanipuleerd bent als je er van een andere kant naar kunt kijken. Bij mij kwam die realisatie geleidelijk aan, doordat ik steeds meer van de buitenwereld ging zien. Ik kon steeds beter vergelijken hoe de situatie bij ons thuis was geweest met hoe het er in de gewone wereld aan toegaat.

                Ik ben er ook meer over gaan lezen en ontdekte dat er veel overeenkomsten waren tussen wat er bij ons gebeurde en hoe mensen in sektes leefden. Dat hielp me, omdat ik steeds beter kon inzien dat de psychische mishandeling niet alleen bij ons plaatsvond, maar dat er bepaalde patronen gebruikt werden die andere mensen ook gebruiken. Het was niet een toevallige situatie waar we in zaten.”

                Geef je jezelf weleens ergens de schuld van?
                “Er zijn natuurlijk dingen in het leven waar ik mezelf de schuld van geef, maar niet als het gaat over wat er gebeurd is op Ruinerwold. In het verleden was dat anders, toen gaf ik mezelf overal de schuld van. Dat is onderdeel van de psychische mishandeling: Gerrit Jan zei constant dat alles wat verkeerd ging mijn schuld was. Dat gevoel kon ik loslaten toen ik daar weg ging.

                Ik zette een soort knop om en voelde ook gelijk: ik ben hier niet schuldig aan, ook al begreep ik nog niet helemaal waarom. Geleidelijk aan is dat overgaan in het besef dat ik in een systeem gevangen zat waar ik niet schuldig aan was.”

                Een term die rondom psychisch geweld vaak wordt gebruikt is ‘gaslighting.’ Ken je dat?
                “Nee.”

                Het is een vorm van emotionele manipulatie, waarbij de ‘gaslighter’ de waarheid en het wereldbeeld van het slachtoffer geleidelijk aan verdraait, waardoor hij of zij steeds meer op de dader gaat leunen. Is dat iets wat jij herkent?

                “Dat past denk ik meer bij mensen die vanuit een normale wereld in een manipulatief systeem terecht komen, waardoor hun perceptie van de werkelijkheid verandert. Iemand die in een sekte terecht komt, beperkt steeds meer zijn visie tot wat er in de sekte geloofd wordt.

                Bij ons is dat eigenlijk precies andersom gegaan. Wij zijn namelijk in die manipulatieve wereld opgeroeid, dat was voor ons normaal. Geleidelijk aan ben ik steeds meer de realiteit gaan zien en heb ik kunnen ontdekken dat er meer was dan dat wij eigenlijk wisten.”

                Slachtoffers van psychisch geweld vertellen vaak dat het het moeilijkst was om zich van hun manipulatieve situatie te ontworstelen. Ben je het daarmee eens?
                “Ja. Fysieke mishandeling kun je nog aan de kant zetten. Als je geslagen bent, kun je nog ergens anders aan denken zodat je de pijn minder voelt. Maar als je psychisch onder druk staat, kun je daar niet aan ontsnappen. Je kunt je mind er niet vanaf halen, want dat is juist de plek waar de mishandeling plaatsvindt.

                Psychische mishandeling heeft volgens mij ook meer impact. Als je geslagen bent, gaat de fysieke pijn in principe na een tijdje weer over, je lichaam herstelt in principe vanzelf. Maar de consequenties van psychische mishandeling gaan niet vanzelf over, daar moet je echt moeite voor doen en hulp voor zoeken.”

                Kun je zeggen dat je nu nog last hebt van die jarenlange psychische mishandeling?
                “Zeker. Ik heb goede hulpverlening gehad, dus ik heb wel geleerd er goed mee om te gaan. Maar het is iets waar ik mee moet blijven dealen en wat ook zeker nog niet over is.

                Ik weet nu niet wat er allemaal nog boven gaat komen, het is namelijk iets wat in iedere fase weer kan opspelen. Als ik bijvoorbeeld later kinderen zou krijgen, dan zou dat weer iets op kunnen roepen. Maar die pijn kan ik nu nog niet oplossen, dat komt er pas uit als ik in die fase zit.”

                Sommige ervaringsdeskundigen op het gebied van psychisch geweld kijken terug op hun situatie met de gedachte: als ik toen had geweten wat ik nu wist, had ik veel eerder uit die ongezonde situatie kunnen stappen. Speelt dat weleens door jouw hoofd?
                “Het heeft weleens door mijn hoofd gespeeld, maar ik vind dat een beetje een nutteloze gedachte. Het was nou eenmaal zo, aan dat verleden kan ik niks meer veranderen. Ik vind het wel een nuttige gedachte als je ‘m naar de toekomst richt. Wellicht helpt het ons om manieren te bedenken om een ander sneller uit een ongezonde situatie te halen.”

                Waarom vind je het belangrijk om meer aandacht te vragen voor psychisch geweld?
                “Ik denk dat het belangrijk is dat er meer bewustzijn over komt, omdat het mensen die in eenzelfde situatie zitten kan helpen. Ik ben steeds meer gaan inzien dat wij lang niet de enigen zijn die dit hebben meegemaakt. Dat is ook waarom ik mijn ervaringen deel, het is echt een groot probleem.

                Daarnaast is psychisch geweld in het Verenigd Koninkrijk bijvoorbeeld al strafbaar en hier nog niet. Slachtoffers voelen zich daardoor minder serieus genomen. Als je psychisch mishandeld bent, is het vaak al moeilijk om je verhaal naar buiten te brengen, omdat dat juist ook onderdeel is van de mishandeling. Als je dat dan toch doet en je ook nog eens niet goed begrepen wordt, maakt dat de situatie alleen nog maar moeilijker.

                Voor mij voelt het vertellen over mijn ervaringen ook als een manier om dat deel van mijn leven extra waarde te geven. Ik heb het allemaal meegemaakt, dus ik heb een soort kennis en ervaring die niemand anders heeft op dit gebied. Als ik daar niets mee doe, voelt het bijna als een weggegooide waarde. Terwijl ik het ook kan gebruiken om bij te dragen aan de oplossing van dit probleem. Zo kan ik iets waardevols halen uit alles wat ik heb meegemaakt.”

                Bron: Human >>

                #270455
                Luka
                Moderator

                  Seksueel wangedrag is niet opgelost met het straffen van één dader. Het is een patroon dat we allemaal in stand helpen houden

                  We zijn allemaal subjectief als het gaat om grensoverschrijdend gedrag. Daarvoor hoeven we niet eens zelf misbruikt te zijn geweest, en we hoeven ook niet zelf over de schreef te zijn gegaan, schrijft Maartje Laterveer. Zo lang we blijven hangen in retoriek over schuld en boete, en het debat zich blijft beperken tot incidenten, zal er niets veranderen, waarschuwt zij.

                  Zeven miljoen mensen hebben gekeken naar de uitzending van Boos, waarin Tim Hofman het seksueel wangedrag bij The Voice aankaartte. Zeven miljoen mensen die zagen hoe de grote baas van The Voice het een ‘maatschappelijk probleem’ noemde dat vrouwen hier niet over aan de bel trekken.

                  Lees verder: de Volkskrant >>

                  #270456
                  Luka
                  Moderator

                    Ook bij jou op de werkvloer is sprake van ongewenst gedrag: ‘Veel te lang weggemoffeld’


                    Portret van Inge te Brake, voorzitter landelijke vereniging voor vertrouwenspersonen. © Frank de Roo

                    Grensoverschrijdend gedrag zoals bij Ferm Werk in Woerden is voor Inge te Brake (64) uit Gouda dagelijkse kost. Als voorzitter van de Landelijke Vereniging van Vertrouwenspersonen weet ze als geen ander de vinger op de zere plek te leggen.

                    Uw telefoon zal roodgloeiend staan deze dagen? Wat vindt u van alle aandacht voor grensoverschrijdend seksueel en ongewenst gedrag op de werkvloer?
                    ,,Dat klopt, ik ben blij dat dit allemaal loskomt, net als dat ik vijf jaar geleden al heel blij was met #MeToo. Om verschillende redenen: ik doe dit werk al veertig jaar en al net zo lang weet ik dat dit aan de hand is. Laat het maar naar boven komen, het wordt al veel te lang weggemoffeld.”

                    ,,Ongewenste omgangsvormen zijn er altijd, in elk bedrijf. Dus waarom doen we daar zo ingewikkeld over? Ten tweede vind ik het fijn voor de mensen die het overkomt. Zij zullen zich gesteund voelen in de wetenschap dat zij dus niet de enige zijn. Dat is tegelijkertijd dubbel, het is een spannende tijd voor hen. En ook voor mensen die het hebben meegemaakt, voor hen wordt alles opgerakeld. Vertrouwenspersonen krijgen steeds meer meldingen. Dus de mensen hebben nu wel het gevoel dat ze makkelijker kunnen melden.

                    Ik ben er geen slachtof­fer van geworden, omdat ik me vanaf minuut één verweerd heb

                    Inge te Brake

                    Maar waarom gebeurt dat juist nu, u zegt net ook: seksueel ongewenst gedrag is van alle tijden? Komt het door The Voice of Holland?
                    ,,Het is een soort vliegwiel, The Voice. Het is een vooraanstaand programma met impact. Als je daarover kunt melden, dan kan ik het ook, denken mensen. Dan durven ze. Want wat erbij komt, is dat de buitenwereld het gedrag van slachtoffers nog steeds veroordeelt. ‘Ik heb het gedaan, ik wordt verguisd’, dat is wat slachtoffers denken. En nu alles bij The Voice, maar ook Ajax naar boven komt: dat sterkt mensen.”

                    ,,Toen ik net bij de politie werkte als achttienjarige, dacht men ook nog: dit komt bij ons niet voor. We hebben heel hard moeten vechten om oren en ogen te krijgen voor iemand die iets te melden had. Begin jaren zestig was er een enorme aanwas van vrouwen die gingen werken. De top en de politiek vond dat het moest, maar de mannen op de werkvloer moesten er niets van hebben. ‘Hoezo gaan jullie ons werk doen, jullie zijn niet sterk, niet krachtig’, dat werd gezegd. Alsof je alleen maar grote handen nodig hebt. Volgens mij heb je vooral veel verstand nodig.”

                    ,,Een goed gesprek kunnen voeren lost meer op dan die grote handen. Ik was in die tijd elke dag aan de beurt voor seksuele intimidatie. Het was het middel om te kijken hoe je vrouwen weg kon krijgen. Ik ben er geen slachtoffer van geworden, omdat ik me vanaf minuut één verweerd heb. Ik trok mijn mond open. Dat zit in mij als persoon, dat is wie ik ben, maar dat mogen we niet van iedereen verwachten.”


                    Portret van Inge te Brake, voorzitter landelijke vereniging voor vertrouwenspersonen. © Frank de Roo

                    U zegt: ‘Ik was elke dag aan de beurt’. Is dat uw drijfveer geweest?
                    ,,Absoluut. Ik heb toen gedacht, het kan niet waar zijn dat we niet kunnen doen wat we willen doen omdat er een andere categorie is die ons het leven zuur maakt. Of dat nou werken is, of sporten. Als achttienjarige, de eerste paar jaren, onderga je het. Ik roerde me wel, maar andere vrouwelijke collega’s waren bang.”

                    ,,Bijvoorbeeld voor het weerwoord of het verlies van hun baan. ‘Je zult het er wel naar gemaakt hebben, je zult het wel uitgelokt hebben’. Als dat de reactie is die al zoveel jaren over vrouwen wordt uitgestort, ga je bijna geloven dat het zo is. En dus dan laat je het wel uit je hoofd je mond open te doen.”

                    Als we bij elke kwestie iemand wegsturen, wordt het heel dun op de vloer

                    Inge te Brake

                    Wat is ongewenst gedrag volgens u eigenlijk?
                    ,,Het is de subjectiviteit van de beleving, zo stelt de Arbowet het. De meeste mensen krijgen het liefst een lijstje met wat ze wel en niet mogen doen. Maar zo werkt het niet. Je moet voortdurend met elkaar blijven kijken, wat is het effect van mijn woorden op jou? Wat is het effect van mijn daden op jou? En het erover hebben met elkaar. Dat is natuurlijk veel moeilijker dan dat lijstje.”

                    ,,Als een bedrijf tegen mij zegt, moet ik me zorgen maken dat het bij mij gebeurt? Dan zeg ik ja, het komt overal voor. Dan kan het op papier keurig geregeld zijn, maar hoe zit het met de dingen die je echt moet doen? Veel dingen worden in de juridische hoek getrokken. Juristen, advocaten de meest dure mensen met maar één belang: een zaak starten. Maar de vraag is of degene die het is overkomen, zit te wachten op een juridische aanpak van de zaak. Die wil vaak zijn verhaal kwijt. Die wil misschien wel gewoon in gesprek met een leidinggevende, maar weet niet hoe.”

                    ,,Naar de rechter is vaak het laatste wat een slachtoffer wil. Een onderzoek is dramatisch, niet alleen voor een slachtoffer. Ook voor die leidinggevende en een bedrijf zelf.”


                    Portret van Inge te Brake, voorzitter landelijke vereniging voor vertrouwenspersonen. Foto: Frank de Roo © Frank de Roo

                    Ook in het Groene Hart komen verhalen los. Zoals over Ferm Werk in Woerden. Daar zou sprake zijn van een angstcultuur. Een leidinggevende zou meerdere collega’s hebben geprobeerd te verleiden. Als er sprake is van zo’n giftige werkvloer, is dat nog op te lossen?
                    ,,Ja, het hoeft niet voorgoed beschadigd te zijn. Dat kan niet zomaar, en dat kost tijd. Stel ook vertrouwenspersonen aan. En daarbij is belangrijk dat een vertrouwenspersoon goed opgeleid en gecertificeerd is. Opgeleid bij een bureau dat is getoetst door de Kiwa waardoor ze geaccrediteerd zijn. En als die persoon dan aan de slag gaat, moet er goed geluisterd worden naar mensen. En nou zeggen veel mensen, ik kan goed luisteren. Maar echt goed luisteren is anders.”

                    Wat bedoelt u daarmee?
                    ,,Niet alleen de vraag stellen, maar ook kijken, wat betekent die vraag. Ik zie emotie, wat raakt je zo. Kun je me vertellen wat het met je heeft gedaan? Hoe ben je thuisgekomen, wat betekent het voor je privéleven? Doorvragen dus, goed doorvragen. En tussen de regels doorlezen. Het tweede, heel belangrijk: heb geen oordeel. En dan het allerbelangrijkste, de vraag stellen, wat willen betrokkenen zelf? Minstens dat het wordt opgelost, maar hoe? Met een gesprek, een mediator? Misschien kun je daarna weer samen door een deur.”

                    ,,Er zijn heel veel mogelijkheden voordat we bij een onderzoek uitkomen. Maar hier, bij Ferm Werk had een signaalonderzoek moeten plaatsvinden. Iemand had moeten onderzoeken, wat gebeurt hier. Zo krijg je een stevig plaatje. En met dat plaatje kun je beslissen tot het starten van een integriteitsonderzoek op de persoon. Pas dan kun je besluiten, wat gaan we doen voor het team, voor de leidinggevende en het slachtoffer.”


                    Het gebouw van Ferm Werk. © Rianne den Balvert

                    Maar een dergelijke situatie is dus niet per se einde werkvloer?
                    ,,Nee, want als we bij elke kwestie iemand wegsturen, wordt het heel dun op de vloer. Veel mensen die een melding doen, willen ook helemaal niet dat iemand wordt weggestuurd. En het zou me een lief ding waard zijn als mensen stoppen met zomaar zeggen: we gaan naar de politie.”

                    ,,Een aangifte is vaak een doekje voor het bloeden. In te veel zaken is er gebrek aan wettig en overtuigend bewijs. Een onderzoek betekent dat de relatie tussen mensen onderling sowieso kapot is. Kijk wat de melder graag wil. Een vertrouwenspersoon kan het repareren. Dat duurt vaak lang, maar dat is niet erg.”

                    Met een gewenste flirt tussen twee mensen is niets mis, maar heb besef wat je doet

                    Inge te Brake

                    Wat moet er juist gebeuren om dit soort situaties te voorkomen?
                    ,,Als je bijvoorbeeld weet dat een leidinggevende verschillende relaties probeert aan te gaan, dan roep je zo’n man binnen en dan zeg je ‘stop ermee’. Het gebeurt nu niet, omdat onze leidinggevenden niet weten wat ze moeten doen als ze een casus hebben of iets zien gebeuren. En dan mag je al blij zijn dat ze iets zien. Ze weten niet waar ze op moeten letten en hebben angst dit thema aan te pakken. Er is geen kennis, leidinggevenden weten niet wat ze moeten doen. Daar zit dus de grootste winst. Leidinggevenden moeten worden opgeleid. Zorg dat je met regelmaat een gesprek voert over grensoverschrijdend gedrag op de werkvloer.”

                    Een ander geluid op dit moment is dat er gedacht wordt dat alles wat er op een werkvloer gebeurt op een weegschaal wordt gelegd. En dat dit juist niet goed is. Wat vindt u daarvan, slaan we door?
                    ,,Ik kreeg net een tweet doorgestuurd van een groep vrouwen die meent dat we niet meer openlijk mogen flirten, want dat raken we kwijt. Er gebeurt veel en dat moet weer in balans komen. Maar wat zij hiermee doen is weer ontkennen dat het er is. Het is onzin dat je niets meer kunt. Maar blijf goed kijken naar elkaar.”

                    ,,Met een gewenste flirt tussen twee mensen is niets mis, maar heb besef wat je doet. Mensen die dit zeggen, zoeken een vrijbrief voor zichzelf om door te gaan met wat ze aan het doen zijn. Doorgaan met onhebbelijk gedrag wat we hebben. Waarom kunnen we niet loyaal zijn aan de mensen die dit overkomt en slachtoffer zijn?”

                    Dus daarom moeten we alles juist wel op die weegschaal blijven gooien?
                    ,,Dat vind ik het allerbelangrijkste, als er iets gebeurt dat we met een aantal mensen kijken: wat is er aan de hand? En dat we tegelijkertijd aan de slachtoffers vragen: wat zouden jullie willen? Zelfs als je na twee gesprekken besluit dat het genoeg is, dan mag dat ook. We moeten respect hebben voor elke keuze.”

                    Gaat het veranderen, de aankomende jaren?
                    ,,Laat ik het zo zeggen, er is een kans op verandering. Maar dan moeten we wel met elkaar de goede dingen doen. Elke organisatie moet verplicht een vertrouwenspersoon krijgen. Bij 42 procent van de bedrijven is dat nog niet het geval. Ongewenste omgangsvormen en ongewenst gedrag zal er altijd zijn, het hoort bij mensen. Maar laten we nou zorgen dat we als organisatie de tools in handen hebben om het de kop in te drukken. En dat begint thuis, als kinderen nog klein zijn.”

                    ,,Ik hoorde het zesjarige dochtertje van vrienden vorige zomer tegen haar vader zeggen ‘nee, stop houd op, ik vind dit niet leuk, je moet ermee ophouden’, met een handje in de lucht. Ja, zei de vader, dat leren ze tegenwoordig op school dat als ze iets niet fijn vinden, dat je dan op deze manier dat tegen je klasgenoten mag zeggen. Maar ook tegen je vader. Toen dacht ik: dat is wat we onze kinderen te leren hebben in dat sociale contact met elkaar. Daar hoort ook bij wat we niet moeten doen. Dat je nee mag zeggen.”

                    En dan is een zesjarige met een handje omhoog dus perfect?
                    ,,Het kan toch niet duidelijker zijn? Als we het een kans van slagen geven door iedereen het gesprek te laten voeren over dat grenzen stellen heel normaal is, dan gaan we goed op weg.”

                    Bron: Tubantia >>

                    #272930
                    Luka
                    Moderator

                      Hoe trauma’s in je jeugd je dagelijks leven nog steeds beïnvloeden

                      Laten we in eerste instantie voorop stellen dat trauma’s uit je jeugd k*t zijn, met een hoofdletter K. Ze hebben voor de rest van de leven invloed op hoe je je voelt, relaties aangaat en hoe je met bepaalde situaties omgaat. Maar hoe beïnvloeden ze jouw dagelijkse leven eigenlijk? Hoewel daar al best veel over bekend is, blijkt uit nieuw onderzoek nu dat een trauma ook invloed heeft op hoe je beslissingen neemt.

                      Hoe zit dat precies?

                      Trauma’s uit je jeugd
                      Wat voor jeugd je hebt gehad, heeft ontzettend veel invloed op latere leeftijd. Een veilige jeugd zorgt er voor dat je op latere leeftijd voldoende zelfvertrouwen hebt en dat je het leven goed aankan. Wanneer je een onveilige jeugd hebt gehad, dan kan dit er bijvoorbeeld voor zorgen dat je niet goed bent in het aangaan van relaties of het kan zorgen voor heftigere psychische problemen.

                      Een onveilige jeugd kan er heel verschillend uitzien. Alexander Lloyd, een onderzoeker aan de Universiteit van Londen, verdeelt negatieve ervaringen uit de kindertijd in in drie hoofdcategorieën:

                      • Dreigende gebeurtenissen: fysieke mishandeling, emotionele mishandeling en seksueel misbruik
                      • Verwaarlozing: fysieke en emotionele verwaarlozing
                      • Familie tegenspoed: gescheiden ouders, middelenmisbruik door ouders, psychische aandoeningen binnen het huishouden

                      De invloed op je dagelijkse leven
                      Helaas kunnen de trauma’s uit je jeugd veel invloed hebben op je dagelijkse leven.

                      Angst en depressie
                      Vooral angsten en depressie zijn bekende gevolgen van trauma. Als je opgroeit in een onveilige gezinssituatie leer je namelijk niet goed hoe je een innerlijk gevoel van veiligheid kunt ontwikkelen. Je hebt je waarschijnlijk altijd aangepast en was voortdurend op je hoede.

                      Als je altijd op je hoede bent, staat je zenuwstelsel altijd aan. Daardoor kun je op volwassen leeftijd vaak ook stressvolle situaties niet het hoofd bieden en je emoties goed reguleren.

                      Die angsten en depressie kunnen trouwens veel invloed hebben op je slaap. En wanneer je ‘s nachts niet goed slaapt, merk je dat overdag. Je bent minder creatief, minder gefocust en kunt het leven minder goed aan.

                      Onveilige hechting
                      Trauma’s uit je jeugd hebben ook veel invloed op je hechtingsstijl. Als je niet in een veilige omgeving bent opgegroeid, raak je onveilig gehecht. Dat kan op verschillende manieren: angstig, vermijdend en angstig-vermijdend.

                      • Angstige gehechte mensen zijn vaak in de steek gelaten als kind, daardoor klampen ze zich nu aan mensen vast.
                      • Vermijdend gehechte mensen kregen weinig liefde, waardoor ze als het ware een muurtje om zichzelf heen hebben gebouwd.
                      • Angstig-vermijdend gehechte mensen hebben vaak veel behoefte aan liefde, maar geloven niet dat ze het waard zijn en trekken daarom mensen sterk aan, waarna ze ze weer afstoten.

                      Elke vorm van onveilige hechting heeft veel invloed op het hebben van relaties, maar ook veel op de vriendschappen.

                      Beslissingen nemen
                      Maar dat is niet het enige. Negatieve ervaringen uit je jeugd kunnen veel invloed hebben op de ontwikkeling van je hersenen. Daar is al veel onderzoek naar gedaan. Nu is uit nieuw onderzoek gebleken dat het ook veel invloed heeft op hoe we beslissingen nemen.

                      Tijdens het onderzoek moesten deelnemers een computerspelletje spelen. Tijdens dit spelletje moesten ze appels verzamelen die uit de boom vielen. Hoe langer ze bij de boom bleven staan, hoe minder appels er zouden vallen. Wel konden ze naar een andere boom toegaan om daar verse appels te verzamelen.

                      Uit dit spelletje is gebleken dat mensen met negatieve ervaringen in de kindertijd langer bij de boom bleven hangen en minder snel op zoek gingen naar andere bomen. De keuze leken ze niet te kunnen maken en de realisatie dat naar een andere boom gaan meer appels op zou leveren leek ook niet binnen te komen.

                      Mocht je te maken hebben met een trauma uit je jeugd, dan is het altijd goed om hulp in te schakelen. Kies direct voor een therapeut die gespecialiseerd is in trauma’s of ga langs bij je huisarts. Die kan je verder helpen.

                      Bron: Bedrock >>

                      #273830
                      Luka
                      Moderator

                        Hoe pesten je leven totaal overhoop gooit: 4 ervaringsverhalen

                        ‘Hey dikzak, wat kijk je nou?’ Op de middelbare school werd ik jarenlang gepest, met als gevolg dat mijn hele leven op zijn kop ging. Ik vertel mijn verhaal en ga in gesprek met anderen die al vroeg in hun leven werden beschadigd door pesten.

                        Het begon eigenlijk al op dag 1 van de middelbare school. We zaten in de klas. Een nieuwe klas. Op de basisschool zit je jarenlang in de klas met ongeveer dezelfde mensen. Dat kan goed en slecht uitpakken, maar in mijn geval had ik er nooit problemen mee.

                        Ik was een kind met twee kanten: druk en vrolijk, maar ook timide en één van de braafste jongetjes van de klas. Wel was ik regelmatig ‘ziek’, omdat ik geen zin had om naar school te gaan. Of niet durfde. Of het niet zag zitten. Ik weet het niet, maar mijn mentale systeem faalde toen al volgens mij. Toch ging het allemaal vrij goed en school ging me prima af. Ik stroomde door naar de havo/vwo.

                        De middelbare maakt je of breekt je
                        De middelbare school verandert je voorgoed: het maakt je of het breekt je. Ik behoor tot de tweede categorie. Ik zat onzeker te zijn in die nieuwe klas op de eerste dag van de middelbare school. Mij werd gevraagd om mezelf voor te stellen. Dat deed ik netjes. Twee jongens keken naar me, fluisterden elkaar iets toe en lachten me uit. Het eerste stukje werd uit mijn hart gehakt.

                        Wat volgde was twee jaar van bijna dagelijkse pesterijen, vooral om mijn overgewicht. Ik was een makkelijke prooi, omdat de onzekerheid met de dag groeide en mijn zelfvertrouwen steeds verder naar de bodem zakte. Ik deed niks terug als ze iets zeiden, me uitlachten, me buitensloten. Ik trok me verder en verder terug, tot er niks van me over was.

                        Ik heb er over geprobeerd te praten. Dat moest wel, want veel van de pesterijen waren helemaal niet zo zichtbaar. Ik denk dat als ik met sommige van mijn klasgenoten van toen zou praten, ze zouden schrikken omdat ze nooit iets door hebben gehad. Het waren opmerkingen of gedragingen die soms amper opvielen, maar die me langzaam deden afbrokkelen. Toch was het meest pijnlijke dat degenen die er iets aan konden doen niks deden.

                        Pesten? Eigen schuld volgens mijn mentor
                        Eén van mijn pijnlijkste herinneringen is dat ik met een mentor ging praten over dat ik werd gepest. Ik weet nog dat ik op een vriend stond te wachten bij de snoepautomaat in de aula. Ik stond daar gewoon, maar omdat ik dik was werden daar pijnlijke opmerkingen over gemaakt. Een paar dagen later vertelde ik het mijn mentor. Ik vertelde over dat incident, maar ook wat andere dingen die er gebeurd waren. Zijn reactie: ‘Wat doe jij dan ook bij de snoepautomaat?’

                        Sindsdien heb ik er nooit meer met leraren over gepraat. Ook niet toen mijn cijfers dramatisch bleven dalen. Ik ben niet dom, ik kon het niveau heus wel aan, maar ik zat in de put, deed niks meer aan school en gaf op. Ik stroomde in de derde af naar het vmbo en haalde mijn diploma uiteindelijk makkelijk.

                        Gepest worden bracht me een jarenlange depressie, eenzaamheid, een eetstoornis en een sociale angststoornis. Daarover kun je elders op deze site alles lezen. Maar ook praktisch heeft het heel mijn leven op zijn kop gezet. Ik kon door mijn angststoornis mijn mbo-opleidingen niet afmaken en ging al vroeg werken, de leerplichtambtenaar tot mijn achttiende ontwijkend.

                        Omweg
                        Op het moment van schrijven studeer ik aan de Pabo. Daar kwam ik met een hele omweg. Niet alleen moest ik door mijn vmbo-diploma, zonder het pesten had ik de havo zeker gehaald, vijf toelatingstoetsen doen, ook heb ik vaak het gevoel dat ik tussen mijn zes of zeven jaar jongere klasgenoten achterloop in mijn leven. Gelukkig kan ik het steeds meer accepteren. Toch vraag ik me regelmatig af waar ik zou zijn zonder gepest te worden. Ik mag inmiddels wel zeggen dat de middelbare school me niet voorgoed gebroken heeft. Wat wel altijd blijft zijn de littekens.

                        Ik ben lang niet de enige die te maken heeft of heeft gehad met pesten en wiens leven totaal op zijn kop is gezet door één of meerdere mensen die hen het leven zuur probeerden te maken. Dat blijkt ook uit de verhalen van drie mensen die ik sprak over hun pestverleden.

                        Zelfmoordpogingen na jarenlang pesten
                        Eén van hen is de 39-jarige Ilone. Ze werd vanaf het begin van de basisschool tot in haar volwassen leven gepest. ‘Ik viel buiten de groep en was anders dan de rest. Ik was een stijve hark en werd als laatste gekozen met gym. Ook was ik heel erg serieus en hield niet van dollen in de klas in tegenstelling tot de rest van mijn klasgenoten.’ Het leidde zelfs tot enkele zelfmoordpogingen bij Ilone. ‘Het pesten heeft op de lange termijn een depressie veroorzaakt die er voor zorgde dat ik tot in 2020 aan het worstelen ben geweest.’

                        ‘Ook had het als gevolg dat ik mensen niet meer vertrouwde. Ik wist ook niet meer hoe ik moest voelen. Ik kon heel rationeel praten over de meest zware onderwerpen, zonder dat ik mijn gevoel liet spreken’, aldus Ilone. ‘Ik ben ook anders in het leven gaan staan. Het is veel minder onbevangen dan voorheen.

                        Ook bij de 18-jarige Nora begonnen de pesterijen al op de kleuterschool. ‘Het was eigenlijk al direct duidelijk dat ik er niet bij hoorde. Ik was wat dikker, ik ben autistisch en dus ‘anders’ en ben van nature best onzeker. Dan ben je al snel het pispaaltje.’ Het brengt bij Nora veel pijnlijke herinneringen naar boven. ‘Iets wat me veel pijn heeft gedaan is dat iemand naar me toe kwam en een briefje gaf met wat ze allemaal van me vond. Er stond in dat ik raar, te druk en lelijk ben.’

                        ‘Ik vertrouw niemand meer’
                        Acht jaar lang werd Nora buitengesloten en gepest. ‘Daardoor heeft mijn zelfzekerheid een enorme klap gekregen, en ik had al niet zo veel. Mede door het pesten ben ik depressief geworden. Nu heb ik nog steeds last van nachtmerries en ben ik bang in grote groepen. Ik heb altijd die angst dat mensen me niet leuk vinden of weer gaan pesten. Ik vind het ook heel moeilijk om mensen te vertrouwen.’ Nora volgt momenteel therapie om er weer bovenop te komen.

                        Net als voor Ilone en Nora begon het voor Nikki als kleuter. ‘Ik had een bril en een beetje overgewicht. Ook was ik anders dan de anderen. Sommigen noemen het ‘een oude ziel’.’ Het pesten was bij Nikki echter niet altijd zo duidelijk zichtbaar. ‘Tijdens de vertelmomenten op de basisschool moest ik altijd horen dat er een verjaardagsfeestje was geweest waar ik niet voor was uitgenodigd. Dat deed pijn. Mijn pesters waren ook heel stiekem en vielen me lastig als de juf niet keek. Als ik dan riep dat ze me met rust moesten laten, kreeg ik straf voor het verstoren van de orde.’ Het pesten ging door tot Nikki 16 was.

                        Door het pesten, en de angst ervoor, had Nikki nooit veel vrienden. En als ze dan vriendschappen had, werd er vaak misbruik gemaakt van haar goedheid. ‘Ik heb hierdoor een muur opgetrokken en liet niemand meer binnen, wat uiteindelijk mede tot een burn-out en depressie heeft geleid. Omdat ik heb geleerd dat mensen altijd bijbedoelingen hebben, vertrouw ik tot op de dag van vandaag niemand meer. Als iemand aardig doet, is mijn eerste reactie achterdocht. Dat is jammer, want het bezoedeld vaak de goede bedoeling van de ander.’

                        Praten over pesten
                        Wat voor mij een grote struggle was, was dat ik nauwelijks over het pesten kon praten. Thuis wel een beetje, maar op school niet. Heel herkenbaar voor Ilone, die ook weinig steun kreeg. ‘Ik heb er met mijn ouders en al mijn mentoren op het voortgezet onderwijs over gesproken. Helaas nam alleen mijn mentor van VWO 3 alles serieus. Wel had ik een hele fijne leerlingbegeleider en een maatschappelijk werker met wie ik kon praten.’

                        Nora kon gelukkig wel met haar ouders praten na enkele jaren pesten. ‘Zij bevestigden dat ik me echt niet aanstelde. Dat ik het er met hen over kon helpen hielp me wel. Ik denk dat ik er eigenlijk altijd over had moeten praten, maar dat is achteraf praten.’ Nikki had een juf die ze in vertrouwen nam en later kwam er een opvoedkundige die heel veel voor haar betekende. ‘Zij ging met mij aan de slag met mijn eigenwaarde en daar ben ik haar nog steeds dankbaar voor. Ze had een speciaal fotolijstje voor me gemaakt en dat staat nu nog steeds naast mijn bed, als herinnering en opkikkertje.’

                        Daarom ook de oproep van de geïnterviewden aan scholen en andere opvoeders om op te letten en met kinderen in gesprek te gaan. ‘Houd je ogen open en wees een luisterend oor. Zeg niet ‘het ligt aan jezelf’. Dat werkt averechts’, roept Ilone op. Nikki stelt dat pestgedrag thuis begint. ‘Ga grondig na waarom iemand pest, want een pester aanpakken zonder dat er thuis iets verandert doet niks.’

                        Wortelrot
                        Ik sluit me aan bij Nikki als ze zegt dat er niks mis is met jou als je wordt gepest. Of je nou een jongere of een volwassene bent die gepest wordt. ‘Je bent uniek op je eigen manier en er zullen altijd mensen zijn die jouw waarde zullen zien. Zoek hulp, ga met iemand praten’, aldus Nikki.

                        Pesten maakt meer kapot dan je lief is. Het begint meestal op de plek waar jonge mensen worden gevormd voor de maatschappij. Een maatschappij waarin mentale problemen groter zijn dan ooit en waarin vertrouwen, liefde en verdraagzaamheid soms ver te zoeken zijn. De wachtlijsten van de GGZ worden nog steeds langer. We proberen uit alle macht deze zieke boom weer op te lappen. Maar is dat niet dweilen met de kraan open als de wortels door rot worden aangevreten en onherstelbaar beschadigd zijn?

                        Bron: Commen >>

                      10 berichten aan het bekijken - 61 tot 70 (van in totaal 75)
                      • Je moet ingelogd zijn om een antwoord op dit onderwerp te kunnen geven.
                      gasten online: 33 ▪︎ leden online: 3
                      Lyn, Yvette, Peter76
                      FORUM STATISTIEKEN
                      topics: 3.764, reacties: 21.142, leden: 2.811