Depressie

  • Dit onderwerp bevat 81 reacties, 3 deelnemers, en is laatst geüpdatet op 04/03/2022 om 09:50 door Mark.
10 berichten aan het bekijken - 61 tot 70 (van in totaal 82)
  • Auteur
    Reacties
  • #227936
    Luka
    Moderator

      Deze robot weet wie depressief is, en dat is angstaanjagend

      Onderzoekers hebben een methode ontwikkeld om depressies te kunnen diagnosticeren, zonder daadwerkelijk met de patiënt te hoeven praten. Dit klinkt als een handige toevoeging, maar is eigenlijk een doodenge ontwikkeling. Dit is waarom.

      Waarom een geautomatiseerde depressiedetector gevaarlijk is
      “Hoe voel je je daarbij?” Het is het eerste waar ik aan denk bij een psycholoog. Praten over gevoelens, verklaren waar ze vandaan komen en vooral hoe je ermee om moet gaan: dat is wat een psycholoog doet. Dit beeld gaat in de toekomst behoorlijk veranderen.

      Althans, als het aan stel knappe koppen ligt. Onderzoekers aan de Massachusetts Institute of Technology (MIT) zijn namelijk bezig met een ‘neuraal netwerk dat depressie kan detecteren’. De eerste resultaten zijn veelbelovend en de computer heeft het in bijna 80 procent van de gevallen bij het juiste eind. Met een beetje goede wil kun je dus spreken van een depressiedetector.

      De robot komt op een heel gelegen tijdstip. Er is steeds meer aandacht voor psychische gezondheid en mensen zetten daarom sneller de stap naar professionele hulp, met lange wachtrijen tot gevolg.. Voor niets gaat de zon op en psychologensessies kosten geld: een computer op basis van kunstmatige intelligentie zou een hoop geld besparen.

      Volgens het paper heeft het team een methode ontwikkeld waarbij een machine audio en tekst analyseert, en vervolgens mentale problemen zoals depressie kan opsporen. De computer, die gebruikmaakt van kunstmatige intelligentie (AI), let hierbij niet op de context van het gesprek, maar maakt enkel gebruik van ‘rauwe data’. Vooral het woord ‘context’ is hierbij van belang, maar daar kom ik later op terug.

      Psychologie is mensenwerk, toch?
      Een professional, zoals een psycholoog, stelt momenteel diagnoses op basis van standaardvragen en observatie. Er wordt bijvoorbeeld gelet op je intonatie, recente wijzigingen in je (gevoels)leven en eerdere ervaringen met mentale problemen. De depressiedetector doet ongeveer hetzelfde, maar dan met behulp van data. Zo verwoordt men het zelf in het persbericht:

      ‘MIT-onderzoekers hebben een neuraal netwerk ontwikkeld dat door middel van tekst en audiobestanden uit interviews spraakpatronen kan herkennen die wijzen op depressie. Hierdoor kan accuraat worden voorspeld of een cliënt daadwerkelijk depressief is, zonder aanvullende informatie over de vragen en antwoorden nodig te hebben.’

      Om te kijken hoe goed de depressiedetector werkt hebben de onderzoekers 142 mensen ondervraagd met behulp van een chatbot. De respondenten bestaan uit mensen mét een depressiediagnose, en mensen zonder. Na afloop werden alle antwoorden (zowel audio als tekst) verzameld, en geanalyseerd door de machine. De AI had dus geen specifieke voorkennis en de respondenten mochten vrijuit antwoorden.

      Zoals je weet antwoorden mensen niet altijd even logisch, grijpen ze vaak terug naar eerdere dingen uit een gesprek en introduceren soms uit het niets nieuwe feiten. Een fikse klus dus voor een machine. Helemaal als de computer belast is met een zware taak als het stellen van een diagnose.

      De resultaten waren echter zeer positief. Bij de tekstanalyse had de machine gemiddeld zeven vragen en antwoorden nodig om tot de juiste diagnose te komen. Qua audio-analyse is er nog werk aan de winkel: de depressiedetector had hier gemiddeld 30 vragen en antwoorden nodig om te zeggen of iemand depressief is. Over het algemeen was de diagnose in 77 procent van de gevallen accuraat, zo meldt het paper.

      Lees verder op Commen.nl >>

      #228414
      Luka
      Moderator

        Wanneer ben je depressief?

        Iedere minuut duurt een uur en een uur lijkt wel een jaar te duren. De sombere stemming en negatieve gedachten beheersen het leven compleet en alledaagse activiteiten kunnen niet meer gedaan worden. Maar niet iedere dip is een depressie. Hoe wordt die diagnose gesteld? En hoe kan een depressie, of meerdere, het leven beïnvloeden?

        Velen van ons ervaren weleens depressieve gevoelens. En dat is niet vreemd. Soms zit het allemaal niet mee en mag het voor je gevoel wel weer even de goede kant opgaan. Maar, een echte depressie, in de psychiatrische zin, is een extreem somber, neerslachtig, verdrietig en down gevoel. Je kunt nergens meer van genieten, ook niet als er iets gebeurd wat wél leuk is. Dat gevoel gaat gedurende de dag, van ’s ochtends vroeg tot ’s avonds laat, niet meer weg: het hangt als een donkere onweerswolk boven het hoofd. Dat verstoort het leven en beïnvloedt alles. Werk en andere verplichtingen en activiteiten kunnen niet meer uitgevoerd worden. Vaak heeft diegene ook nog last van andere bijkomende klachten zoals veel piekeren, slecht slapen, veel huilbuien of geen eetlust. Dat heeft vervolgens zijn weerslag lichamelijk: je raakt volledig uitgeput.

        Lees verder op npofocus.nl >>

        #228520
        Luka
        Moderator

          1 op de 4 Vlaamse jongeren valt in risicogroep zelfdoding: “Dit wordt enorm onderschat”

          Maar liefst 1 op de 4 Vlaamse jongeren zit in de risicogroep voor zelfdoding. Dat blijkt uit een test bij 4.500 jongeren in middelbare scholen in opdracht van de de Vlaamse overheid, waarover Het Laatste Nieuws vanochtend berichtte. “Hopelijk kunnen we probleemsituaties nu vroeger detecteren.”

          Neuropsycholoog Michael Portzky ontwikkelde de test in opdracht van Vlaams minister van Welzijn Jo Vandeurzen (CD&V). Het gaat om een aangepaste versie van de veerkrachtschaal die al beschikbaar is voor volwassenen. 4.500 leerlingen uit allerlei lagen van de bevolking en van alle soorten Vlaamse middelbare scholen kregen de test voorgeschoteld.

          De resultaten zijn ontluisterend. Zo heeft 18 procent de neiging zichzelf pijn te doen als hij of zij zich niet goed voelt. 27 procent heeft al aan zelfmoord gedacht na een tegenslag. 1 op de 3 jongeren voelt zich eenzaam en onbegrepen.

          Drempelwaarde
          Het zijn de scores op die factoren – zelfbeschadiging, hechting thuis, sociaal netwerk, … – die samengevoegd worden en herberekend worden tot een drempelwaarde waarboven je mag spreken van een ‘suïciderisico’, legt Portzky ons uit. “Daarbij hebben we moeten vaststellen dat – zelfs als we de kinderen eruit halen die al in behandeling zijn – nog altijd ongeveer 25 procent van de jongeren in onze middelbare scholen die drempelwaarde haalt.”

          Niet dat al die jongeren ook tot zelfdoding overgaan. “Maar het zijn wel mensen die wel op heel jonge leeftijd al een dergelijke verzameling aan zorgwekkende risicofactoren vertonen, dat wij vinden dat zij toch wat meer ondersteuning kunnen gebruiken.”

          Lees verder op VRT.be >>

          #229037
          Luka
          Moderator

            Helft van psychische aandoeningen ontstaat tijdens puberteit

            De helft van de psychische aandoeningen begint vóór de leeftijd van 14, maar meestal worden ze niet gedetecteerd of behandeld. Dit wordt een mondiaal probleem, aangezien 40 procent van de wereldbevolking nu tussen 10 en 24 jaar oud is, de grootste generatie jongeren ooit.

            De gegevens, die in een speciaal rapport over gezondheid bij adolescenten van de Wereldgezondheidsorganisatie (WHO) staan, hebben vandaag een bijzondere betekenis: 10 oktober is de Internationale Dag van de Geestelijke Gezondheid, en dit jaar ligt de klemtoon op jongeren.

            Depressie
            De WHO zegt dat 10 tot 20 procent van de jongeren een aandoening heeft die hun geestelijke gezondheid beïnvloedt, waaronder emotionele en eetstoornissen, angst, psychose, zelfbeschadiging en depressie. 80 procent van de depressies vindt zijn oorsprong in de adolescentie.

            ‘Als deze aandoeningen niet worden behandeld, blijven ze aanwezig in het volwassen leven, wat een impact heeft op de academische prestaties, het werk, de relaties en zelfs het ouderschap’, zegt Tarun Dua, expert geestelijke gezondheid bij de WHO .

            Zelfdoding
            Om deze uitdaging het hoofd te bieden wijst de internationale organisatie op specifieke activiteiten om de aandoeningen vroeg te detecteren en behandelen. Het gaat onder meer om individuele, groeps- en zelfgestuurde (online) psychologische interventies, training voor familie- en schoolverzorgers, school- en gemeenschapsprogramma’s voor geestelijke gezondheid en initiatieven om drugsmisbruik en zelfdoding te voorkomen.

            Dua pleit voor een aanpak binnen de eigen gemeenschap, met voorrang aan niet-farmacologische benaderingen.

            Zelfdoding de tweede doodsoorzaak bij meisjes van 15 tot 19 jaar en de derde bij jongens van die leeftijd.

            Niet volgroeid
            ‘Bij de overgang van de kindertijd naar de adolescentie doen zich neurobiologische, psychologische en neuroadaptatieve veranderingen voor en krijgt men te maken met nieuwe fysieke en hormonale fenomenen’, zegt psychiater Thomas Baader, directeur van de Chileense Alliantie tegen Depressie.

            Het systeem dat emoties reguleert en moduleert is nog niet volgroeid, waardoor de jongeren emotioneel kwetsbaarder zijn voor externe en interne prikkels. ‘Dit neemt toe als ze al vroeg situaties als seksueel misbruik, mishandeling, hongersnood, oorlogen en armoede hebben meegemaakt.’

            School
            ‘Acties plannen om het welzijn en de geestelijke gezondheid van jongeren te verbeteren vereist een samenwerking tussen verschillende sectoren, waarbij de school een cruciale rol speelt’, benadrukt Chiara Servili, hoofd van de afdeling Geestelijke Gezondheid van de WHO.

            Het gaat onder meer om organisatorische aanpassingen om een psychologisch veilig milieu te creëren, onderwijs in geestelijke gezondheid en sociale vaardigheden, training van personeel om het risico op zelfdoding op te sporen en op een basisniveau te beheren, en het opzetten van schoolpreventieprogramma’s voor kwetsbare jongeren.

            Servili benadrukt dat psychosociale interventies ‘kunnen worden uitgevoerd in de gemeenschap, bij gezondheidsinstanties en/of via digitale media.’

            Online
            Online-interventies ‘kunnen geschikt zijn voor tieners omdat ze stigmatisering vermijden en onlinediensten beschikbaar zijn.’

            Baader is het daarmee eens: ‘De geestelijke gezondheid van jongeren overstijgt de sector van de gezondheidszorg. Het vergt een totaalaanpak, in alle disciplines, onder andere in onderwijs, gezondheidszorg, huisvesting, sport, cultuur, …’

            Toch is het aantal interventies rond geestelijke gezondheid bij jongeren in alle regio’s erg laag, stelt de WHO vast. Ze roept op om jongeren te betrekken bij de planning, uitvoering en evaluatie van deze interventies ‘om ervoor te zorgen dat ze door hen worden aanvaard en dat ze hun nut bewijzen.’

            The Harry Potter Alliance
            In een apart rapport over hoe je jongeren kunt betrekken bij gezondheidszorg stelt de WHO honderd publieke, private en intergouvernementele initiatieven voor uit de hele wereld.

            Een van de initiatieven is The Harry Potter Alliance, gebaseerd op de verhalen van J.K. Rowling. Het wil jongeren betrekken bij thema’s als rechtvaardigheid, mensenrechten en geletterdheid. Rowling heeft ook Lumos opgericht, een organisatie die weeskinderen helpt om het recht op een gezin te heroveren.

            Stichtingen zoals die van Bill & Melinda Gates hebben verschillende initiatieven voor tieners, Een daarvan is Shujazz Report, een communicatieplatform dat meer dan zes miljoen jongeren bereikt in Kenia en Tanzania via strips, radio, sociale netwerken en evenementen.

            Bron: Knack.be

            #230241
            Luka
            Moderator

              Kip/ei: hoe eenzaamheid en depressie elkaar beïnvloeden

              Eenzaamheid en depressie worden te pas en te onpas aan elkaar gelinkt. Om maar direct met de deur in huis te vallen: niet iedereen met een depressie is eenzaam, en andersom. Wel is er een verband tussen de twee: “Veel mensen die klagen over depressieve gevoelens worstelen in feite met eenzaamheid”. Dit moet je weten over eenzaamheid en depressie.

              Hoe eenzaamheid depressie erger maakt
              First things first. Dé ziekte depressie bestaat niet: er zijn vele vormen en symptomen. Daarbij is het subjectief. Daar waar de een in een diep dal raakt na een misgelopen promotie, loopt een oorlog nabestaande met de meest gruwelijke herinneringen nog vrolijk rond. Althans: dat lijkt zo. Je weet natuurlijk nooit hoe iemand zich echt voelt.

              Het is daarom veel interessanter om aan te geven hoe een depressie voelt. Uit eigen ervaring weet ik dat de somberheid je leven overneemt. Je leeft in je hoofd en je gedachten gaan met je aan de haal, en dat is het meest vermoeiende dat er is. Veel mensen met een depressie leven ofwel in het verleden, en blijven malen over dingen waar ze realistisch gezien geen invloed meer op hebben, of kijken juist teveel naar de toekomst.

              Ze hebben bijvoorbeeld een ideaalplaatje voor zich, en weten dat hun huidige situatie hier niet op aansluit. Hoe dan ook: de somberheid overheerst en dingen als uit bed komen zijn vaak al een (onmogelijke) opgave. Het niet kunnen behalen van zoiets ogenschijnlijk simpels als opstaan versterkt het gevoel van waardeloosheid en somberheid.

              Hoe eenzaamheid er écht uitziet
              Op een gegeven moment kom je liever niet meer onder de mensen, schaam je jezelf, twijfel je of je wel ‘leuk’ bent voor anderen en vermijd je sociaal contact. Op den duur raak je dan eenzaam. Eenzaamheid is ook zo’n zwaar subjectief begrip, maar het komt erop neer dat je betekenisvolle contacten mist.

              Er is daarom een groot verschil tussen alleen en eenzaam zijn. Het eerste is niet per se erg: sommige mensen vinden het fijn om met zichzelf te chillen. Als jij op zaterdagavond liever alleen op de bank een goed boek leest in plaats van je aderen volpompen met alcohol in een willekeurige kroeg en je tong in een ander zijn of haar naar rook stinkende mond duwt, dan kan ik alleen maar blij voor je zijn. You do you.

              Het gaat echter mis wanneer je eenzaam bent. Je kunt dan namelijk geen aansluiting vinden bij anderen en hebt continu het gevoel op een eilandje te leven. Je wilt wel je verhaal kwijt, leuke dingen met anderen doen en ervaren hoe het is om een ‘klik’ te voelen met mensen, maar het lukt niet. Dit heeft helemaal niks te maken met hoeveel vrienden je hebt.

              Eventjes heel persoonlijk: ik heb meer dan genoeg vrienden, maar ben wel eenzaam. Zelfs in aanwezigheid van mijn eigen familie voel ik mij vaak niet verbonden met hen. Hoe dit precies zit is een verhaal voor een andere keer, maar ik wil ermee duidelijk maken dat veel mensen van onze leeftijd eenzaam zijn.

              Het verneukeratieve aan eenzaamheid is echter dat je er weinig over hoort, terwijl het er wel is. Toen ik de straat op ging om studenten te vragen naar hun eenzame ervaringen trok ik een sloot van persoonlijke verhalen open. Vrijwel iedereen heeft ervaring met eenzaamheid.

              De mogelijkheid om het bespreekbaar te maken ligt dus letterlijk op straat, maar toch durven nog maar weinig mensen publiekelijk toe te geven dat ze het zijn. Jammer genoeg denken we bij eenzaamheid nog steeds aan wegkwijnende bejaarden, aan huis gekluisterde mensen met een handicap en weduwnaars.

              De band tussen depressie en eenzaamheid
              Er is nooit onomstotelijk bewezen dat eenzaamheid depressie veroorzaakt, of andersom. Wel zijn er een hoop onderzoeken gedaan die hiernaar hinten. Zo meldt een grootschalig rapport van Beljouw bijvoorbeeld dat veel mensen met een depressie van mening zijn dat eenzaamheid een oorzaak is van hun gevoelens.

              Een ander onderzoek sluit zich hierbij aan. Caccioppo onderzocht hoe schadelijk het is om langdurig eenzaam te zijn, en een groot deel van de participanten raakte depressief vanwege zijn of haar sociale isolatie. Dit gold echter niet voor iedereen: sommigen waren juist eerst depressief, en pas daarna eenzaam. Er is dus absoluut een verband tussen de twee, maar oorzaak en gevolg is nog niet helemaal duidelijk. Een klassiek kip/ei-verhaal.

              Daarbij zijn beide begrippen zo subjectief als de neten. Het hebben van een depressie lijkt een nieuwe trend te zijn geworden, waardoor ik me weleens afvraag of we bepaalde zaken niet door elkaar halen. Ik hoor mensen bijvoorbeeld weleens zeggen dat ze depressief raken door een ontroerende film, maar dat is niet hetzelfde als hoe ik mijn chronische depressie ervaar. Kon ik mijn suïcidale gedachten maar inruilen voor een incidentele jankpartij om The Titanic.

              Hierbij snijden we een cruciaal punt aan in het verband tussen depressie en eenzaamheid: het valt niet te meten. “Het is heel goed mogelijk dat veel mensen die klagen over depressieve gevoelens in feite worstelen met eenzaamheid”, zegt Jeannette Rijks. De oprichtster van het Eenzaamheid Informatie Centrum zegt dat de twee problemen vaak met elkaar verward worden. “Vraag jezelf af: zou ik gelukkiger zijn als ik meer, of andere, warmere contacten in mijn leven had? Of niet?”

              Indien je hier positief op antwoordt is eenzaamheid waarschijnlijk (onderdeel van) je probleem, zo stelt Rijks. Jammer genoeg ligt de oplossing niet voor het oprapen. Zowel depressiviteit als eenzaamheid zijn complexe problemen. Mocht je hier professionele hulp bij nodig hebben, dan is je huisarts het eerste aanspreekpunt. Alhoewel we dus niet precies weten hoe eenzaamheid depressie beïnvloedt, is wel duidelijk dat het niet positief is. Niemand is ooit opgeknapt van een ‘flinke portie depressie/eenzaamheid’.

              Wel kan ik uit eigen ervaring zeggen dat contact onderhouden tijdens een depressie belangrijk is. Je moet investeren in relaties, activiteiten ondernemen en herinneringen meemaken. Als je net zoals ik bent heb je vaak nagedacht over de zinloosheid van het leven. De grap is dat je compleet gelijk hebt: het leven is objectief bekeken super kansloos. De enige manier waarop je dit kunt veranderen is door er zelf betekenis aan te geven.

              Bron: Commen.nl

              #230317
              Luka
              Moderator

                Hoe slecht is het om dagenlang binnen te blijven?

                Niet langer naar buiten gaan is het slechtste dat je kunt doen. Verse lucht en zonlicht zijn essentieel, ook wanneer je met depressieve gedachten dealt. De meeste lijstjes met tips zijn echter niet realistisch: deze wel.

                Hoe je tijdens een depressie elke dag naar buiten gaat
                Mensen met een depressie, of andere mentale aandoening, kennen het gevoel waarschijnlijk maar al te goed. Op een gegeven moment kom je tot de conclusie dat het allemaal niet meer uitmaakt. Het leven op zichzelf heeft namelijk geen doel: we gaan allemaal dood. Tot dat het zo ver is voel jij je vooral heel erg kut en wil je het lijden stoppen. Omdat het zinloos is, kun je net zo goed niet naar buiten gaan.

                Binnenshuis is namelijk alles aanwezig dat je nodig hebt. Je kunt Netflix-series kijken, lichtelijk depressieve memes bekijken en pinguïn- of kattenfilmpjes kijken. Wanneer je honger hebt bestel je wat via een online supermarkt en neemt de geringe meerprijs voor lief. Als het even kan plan je de leverafspraak zelfs zo dat je de bezorger niet eens hoeft te ontmoeten. In het opmerkingenveld geef je aan dat hij het pakket gewoon voor de deur mag zetten.

                Als dit allemaal mogelijk is, waarom zou je dan nog naar buiten gaan? Korte antwoord: omdat hele dagen binnen blijven een rampzalig idee is.

                Het lange antwoord volgt nu.

                Wie alleen maar binnen blijft gaat zich vanzelf kut voelen. Dit komt enerzijds door je natuurlijke aanleg, en anderzijds door (gebrek) aan sociaal contact. Je voelt je misschien alleen, maar bent wel degelijk onderdeel van een samenleving. Wie alleen maar binnen de veilige muren van zijn kamer begeeft voelt zich eenzaam, gestrest en nog depressiever dan eerst.

                Ik weet het: het is heel lastig, maar dwing jezelf om zo nu en dan naar buiten te gaan.

                1. Het zit in je natuur
                Ten eerste zit het in je natuur om buiten te zijn. Je ziet het aan de moderne kantoortijger niet af, maar diep vanbinnen zijn we niets meer dan geëvolueerde apen. Een aap zit het liefst in een boom, de typmiep het liefst op een bankje van het bedrijfsverzamelcomplex waar hij doorgaans verzekeringspolissen opmaakt.

                In de buitenlucht zijn verlaagt de hartslag en bloeddruk, waardoor je minder gestrest bent. Dit effect gaat zelfs zo ver dat kijken naar de kleur groen al een rustgevend effect heeft. Daarbovenop hebben studies aangetoond dat beelden en geluiden uit de natuur gedeeltes in de hersenen activeren die verantwoordelijk zijn voor gevoelens van stabiliteit, empathie en liefde.

                Ga maar na: onze samenleving wordt bepaald door een dag- en nachtritme. Dat is niet voor niks: het zorgt ervoor dat we met z’n allen weten waar we aan toe zijn.

                2. Je neemt een voorsprong op je kleur
                Je zou het misschien niet zeggen, maar Nederland heeft behoorlijk wat zonuren. Gelukkig maar, omdat we op die manier niet allemaal lijkbleek worden (pun intended – ik ken mijn doelgroep). Om even alle biologen voor de kop te stoten: kort gezegd zorgt zon voor de aanmaak van vitamine D. Dit bestandsdeel is onder meer belangrijk als het gaat om botdichtheid. Met andere woorden: zonder zonlicht wordt je slap. Dit werkt door naar je gemoedstoestand.

                Zon zorgt namelijk voor geluk. Mensen hebben sneller last van depressieve klachten in landen met een kouder klimaat, dan in gebieden waar het zonnetje vaak schijnt. Ironisch genoeg zorgt zon dus niet alleen voor het licht buiten, maar ook vanbinnen.

                En dan hebben we het nog niet eens gehad over de kwaliteit van lucht die je inademt. De buitenlucht is vers, terwijl de lucht in jouw kamer allesbehalve vers is. Je zit al dagen te meuren in dezelfde joggingbroek, ruimt de afwas niet op en inmiddels ligt er een laag stof over de al aanwezige laag stof van je laptop. Input is essentieel voor de output, ook als het om luchtkwaliteit gaat. Wie meuk inademt, voelt zich net zo.

                3. Isoleercel
                Voor zover de biologieles. Naast dat dagenlang binnenshuis blijven allemaal biologische effecten heeft, gaat je mentale gezondheid er ook behoorlijk op achteruit. Wie dagenlang niet naar buiten gaat, bouwt vanzelf een muur op.

                Je verleert omgaan met anderen, wordt afstandelijker en de drempel om naar buiten te gaan wordt steeds groter. Niet voor niets zijn er ontelbaar veel onderzoeken die aantonen dat je dagen alleen doorbrengen de kans op depressies, eetstoornissen en suïcidale gedachten vergroot.

                Wie nooit naar buiten gaat verkleint zijn eigen wereld. Aangezien je weinig contact met anderen hebt, denk je alleen maar aan jezelf. Het is depressie voor, en depressie na. Je bent de hele dag bezig met je gedachten, en danst naar de depressie zijn pijpen.

                Dit terwijl het leven veel meer te bieden heeft dan jouw strubbelingen. Wie naar buiten gaat behoudt contact met de maatschappij, en beseft dat er meer in het leven is dan mentale kwellingen. Je hoeft niet eens af te spreken met iemand, of een concrete activiteit in het vooruitzicht te hebben.

                Enkel even op en neer naar de supermarkt helpt al je depressie draaglijker te maken. Je krijgt nieuwe indrukken en doorbreekt daarmee de vicieuze cirkel van ellendige gedachten die zo kenmerkend is voor depressie.

                Tips: dwing jezelf
                Ik weet dat het verschrikkelijk moeilijk kan zijn om jezelf te dwingen naar buiten te gaan. Wanneer je binnenshuis blijft kan je niks gebeuren, en kun je altijd terugvallen op schattige kattenfilmpjes. Aan het eind van de dag is dit echter niet dé oplossing. De wereld is namelijk groter dan je kamer.

                Houd vaste tijden aan waarop je naar buiten gaat. Dealen met depressie is werk: je bent bezig met beter worden. Werk vraagt om een planning. Ga bijvoorbeeld elke ochtend twintig minuten naar buiten. Ben je een controlfreak? Bepaal dan vooraf welke route je gaat lopen. Dit geeft je rust: je weet dan waar je aan toe bent.
                Vind je het moeilijk om in je eentje te gaan? Vraag dan aan een ander of diegene je wilt vergezellen. Spreek samen af om op gezette tijden naar buiten te gaan. Wanneer je afspraken maakt is het makkelijker om een routine aan te houden, omdat je de ander niet teleur wilt stellen.
                Heb je een schijthekel aan mensen? En terecht. Laat daarom bijvoorbeeld een hond uit. Honden moeten kakken en hebben jouw hulp daarbij nodig, omdat ze het anders in huis. Hiermee combineer je tip 1 en 2: je gaat een verplichting aan. Dit is niet alleen goed voor de viervoeter in kwestie, maar ook voor jezelf. Kijk bijvoorbeeld op de website hondjeuitlaten.nl om een hond in jouw buurt te zoeken.

                bron: commen.nl

                #234380
                Luka
                Moderator

                  ‘Depressie is meer dan een medische kwestie’

                  De Britse neuropsychiater Edward Bullmore zorgt voor controverse door te stellen dat 20 procent van de depressies het gevolg is van een ontsteking. Knack legde zijn theorie voor aan Vlaamse psychiaters. Marie Vandekerckhove, professor biologische psychologie aan de Vrije Universiteit Brussel, gaat deels mee in zijn verhaal, maar er is meer, zegt ze.

                  In het boek Het ontstoken brein van de Britse neuropsychiater Edward Bullmore lezen we dat de medische wetenschap er vanouds van uitging dat er een strikte bloed-hersenbarrière bestond. Ons brein was volledig geïsoleerd van ons immuunsysteem, en daardoor was het onbegrijpelijk dat het tegengaan van een ontsteking invloed zou kunnen hebben op onze gemoedsgesteldheid – los van het feit dat een gezonde mens zich sowieso beter voelt dan een zieke, natuurlijk.

                  Sinds kort weten we echter dat die bloed-hersenbarrière helemaal niet zo ondoordringbaar is. Zogenaamde cytokinen die bij een ontsteking in het bloed komen, kunnen de barrière doorbreken, waardoor ze ook de neuronen in onze hersenen kunnen bereiken en daar schade aanrichten. Volgens Bullmore is dat bij 20 procent van de depressies het geval.

                  Welbevindingsperspectief
                  Marie Vandekerckhove (VUB) gaat deels mee in dat verhaal, maar er een depressie is meer dan enkel een medische kwestie, zegt ze. ‘Janssen Cilag experimenteert met kitamine, een ontstekingsremmend middel dat het als neusspray wil toepassen om bepaalde depressies te verlichten. Dat is baanbrekend onderzoek, maar het veronachtzaamt het ruimere verhaal’, zegt Vandekerckhove. ‘Acute of langdurige stress, gekoppeld aan zaken zoals eenzaamheid of onzekerheid, leiden er soms toe dat de psychische draagkracht van het individu overstegen wordt. Precies daardoor zijn we geëvolueerd van een puur medisch model naar een psychosociaal verklarings- en zorgmodel, en bekijken we depressie vandaag meer vanuit een welbevindingsperspectief. Psychopathologie wordt niet alleen meer als ziekte op zich beschouwd die je enkel symptomatisch behandelt zoals bij een lichamelijke ziekte.’

                  ‘In de huidige definitie van gezondheid van de Wereldgezondheidsorganisatie wordt de nadruk ook op het welbevinden en de levenskwaliteit gelegd – niet alleen individueel maar ook sociaal en maatschappelijk. Overeenkomstig deze definitie is het doel van gezondheidszorg niet louter symptoomvermindering en herstel nastreven, maar ook het welbevinden en de levenskwaliteit verhogen.’

                  ‘Nu de grote zingevende paradigma’s aan het afbrokkelen zijn, is de nadruk op existentiële zingeving en welbevinden volgens mij des te belangrijker. Door het bevorderen van de levenskwaliteit zetten we tegelijk ook in op een meer positieve benadering in de zorg. In plaats van alleen te focussen op het lijden en de belasting komt er meer ruimte om voorbij de ziekte te kijken en in te zetten op de krachtbronnen, de zingeving en de veerkracht van het individu. In de vermaatschappelijking van de zorg komen ook de directe sociale omgeving en de hele maatschappij meer op de voorgrond. Daarin wordt mantelzorg niet louter als last ervaren, maar kan het ook een bron van zingeving zijn.’

                  Bron: Knack.be >>

                  #240617
                  Luka
                  Moderator

                    Wat je moet doen als je je hopeloos voelt

                    Er zijn van die momenten dat je niet weet wat je met jezelf aanmoet. Je gedachten blijven maar doorgaan en het hopeloze gevoel wordt met de minuut erger. Meestal is het echter een stuk minder erg dan het lijkt, maar dit beseffen terwijl je er midden inzit is lastig. Zo ga je om met een hopeloos gevoel.

                    Tips voor het omgaan met een hopeloos gevoel
                    Je komt thuis na een lange werkdag, doet je schoenen uit, neemt plaats op de gare bank van de IKEA en ineens wordt je overvallen door je eigen gedachten. “Waar ben ik mee bezig? Welke kant gaat mijn leven op? Waarom doe ik wat ik doe? Wat maakt het allemaal eigenlijk uit?”

                    Onze hersenen associëren vrolijk door en voor je het doorhebt haal je de meest deprimerende en gruwelijke scenario’s naar boven. Het liefst zou je deze eindeloze trein aan hersenkronkels het zwijgen opleggen, maar dat gaat niet. Slapen is al helemaal niet mogelijk, want je hersenen zijn allesbehalve rustig.

                    Een hopeloos gevoel: we hebben het allemaal meegemaakt. En alhoewel het op het moment lijkt alsof je hele leven één uit de hand gelopen practical joke is, valt het achteraf eigenlijk altijd mee. Het is daarom belangrijk om jezelf zo snel mogelijk uit deze cirkel te halen aan de hand van deze vijf tips.

                    1. Adem
                    Het klinkt alsof ik een handleiding voor pasgeborenen aan het maken, een soort “Leven voor dummies”, maar het is daardoor niet minder waar: adem in, en adem uit.

                    Wie veel last heeft van stress, zich hopeloos voelt of in paniek is vergeet vaak de meest basale dingen uit te voeren. Nu liggen iedereen zijn prioriteiten anders maar over één ding kunnen we het hopelijk eens zijn: we moeten allemaal ademen.

                    Dit is echter makkelijker gezegd dan gedaan. Wie te snel ademt krijgt last van een stijgende hartslag omdat je lichaam denkt een topprestatie te moeten leveren. Wie te langzaam of te weinig ademt krijgt niet genoeg zuurstof binnen, met alle problemen van dien.

                    Trek daarom je longen helemaal vol met lucht, houd een seconde of twee vast en adem op een langzaam tempo weer uit. Niet alleen krijg je hierdoor meer helderheid in je hoofd, ook kalmeert je hartslag zo. Herhaal dit ongeveer vier keer.

                    2. Praat, schrijf of vlog het van je af
                    Breng onder woorden waar je precies mee zit. Door over je situatie en gedachten te schrijven verduidelijk je het probleem. Ik raad aan om dit met tekst te doen, want zo moet je namelijk kiezen welke woorden je gaat gebruiken. Zonder dat je het doorhebt dwing je je hersenen zo tot nadenken, en concretiseer je de gevoelens.

                    Zodra dit op papier staat begint de analyse. Wat zit je eigenlijk dwars? Wat is de aanleiding? En wat is jouw aandeel? Kun je er iets aan doen? Gedachten hebben de nare neiging snel van kwaad tot erger te gaan, waardoor een kleine tegenslag een rits aan andere deprimerende hersenkronkels opent.

                    Wanneer je gedachten niet concreet maakt door ze op papier te zetten of uit te spreken blijven ze in je gedachten spoken. Hierdoor ontstaat het risico op een cirkelredenering en daar is moeilijk uit te breken. Dit is overigens helemaal niet erg of gek, want hersenen zijn ervoor gemaakt om na te denken.

                    Veel mensen willen bijvoorbeeld hun gedachten stoppen, maar dat is niet mogelijk. Het is wel mogelijk om te leren omgaan met hersenkronkels. Zo ben je wel degelijk in controle over het gevoel dat je krijgt door gedachten. Een hersenspinsel is namelijk niet goed of slecht, de emotie die jij eraan verbindt wel.

                    Ook wanneer je geen mentale gezondheidsproblemen hebt is het belangrijk om onder woorden te brengen waar je mee zit. In het ideale geval zijn gedachten namelijk een doorgeefluik. Je pikt iets op uit een boek, film, liedje of YouTube-filmpje en past dit toe op iets, of vertelt erover tegen anderen.

                    Wanneer je dit niet doet ontstaat er kortsluiting in je hoofd, omdat je alleen bezig bent met dingen opnemen, en niet met verwerken. Dit zorgt voor problemen in onze samenleving waarin we overspoeld worden met informatie. Een gemiddeld persoon uit de 17e eeuw kreeg gedurende zijn of haar hele leven net zoveel informatie te verwerken als dat jij binnenkrijgt met tien minuten scrollen op Facebook.

                    3. Denk aan leuke dingen
                    Het mooie aan het hebben van een hopeloos gevoel is dat je je ooit anders hebt gevoeld. Ieder mens weet hoe het is om blij te zijn, of in ieder geval om je beter te voelen dan nu. De kunst is om te proberen terug te grijpen naar dat gevoel. Dit wordt makkelijker door precies de situatie van toen te schetsen:

                    • Waar was je?
                    • Met wie?
                    • Hoe laat was het?
                    • Wat deed je precies?
                    • Waarom was je daar?

                    Psychologen noemen dit positieve visualisatie. Door aan leuke dingen te denken houd je je hersenen voor de gek dat je ook daadwerkelijk blij bent, terwijl denken aan deprimerende zaken juist het hopeloze gevoel versterkt.

                    Objectief gezien gaat het namelijk helemaal niet zo slecht met je: je voelt je alleen wel zo. Als je dit leest ga ik er echter vanuit dat je te eten hebt, slaapt in een bed met een dak boven je hoofd en een internetverbinding hebt. Gefeliciteerd: je hebt het beter voor elkaar dan miljarden mensen op aarde. Uiteraard doet dit niet af aan jouw gevoelens, maar relativeren is gezond.

                    4. …Of denk aan slechte dingen
                    Ben je pessimistischer ingesteld? Mooi, ik mag je nu al. Draai de vraag in dat geval om: wat is het slechtste wat nu zou kunnen gebeuren? Is dat het overlijden van een geliefde? Het afbranden van je huis waar je wekelijks 80 uur voor zwoegt? Of is het de grootste ramp wanneer je hond of kat plotseling sterft?

                    Dit fenomeen van omgekeerd denken staat bekend als ‘Anti Goals‘, en is geïntroduceerd door Andrew Wilkinson. Wilkinson is een gevierd ondernemer, maar kampt daarnaast ook met mentale gezondheidsklachten, waaronder depressie. Wanneer hij het zwaar heeft schrijft hij daarom horrorscenario’s op.

                    Zijn ergste nachtmerrie is ’s ochtends in de file naar kantoor rijden, daar de hele dag vergaderen en praten met collega’s die hij eigenlijk niet mag om vervolgens ’s avonds geen tijd voor zichzelf te hebben vanwege een te volle agenda. Door de vergelijking met zijn eigen leven te maken klaart zijn hopeloze gevoel op.

                    5. Ellende hoort erbij
                    Mensen laten graag hun nieuwe huis, auto of baan zien aan de buitenwereld, maar trekken zich terug zodra het minder voorspoedig gaat. Dit is een logische reactie, want mensen zijn continu bezig met vergelijken en het vaststellen van een sociale rangorde. Zwakte tonen is niet goed voor je imago, maar succes wel.

                    Ik bekijk de samenleving daarom als een soort apenrots, waarin iedereen zijn plek probeert te claimen op basis van resultaten. Aangezien beeldvorming belangrijk is zie je op Facebook, Instagram en Snapchat overwegend positiviteit. Aangezien we dagelijks steeds meer tijd op sociale media doorbrengen kan je wereldbeeld hierdoor wel vervagen.

                    Zo lijkt het erop alsof de rest zijn of haar leven wel altijd voor elkaar heeft, maar niets is minder waar. Iedereen is bekend met een hopeloos gevoel en maakt dingen mee in het leven. Door juist op zoek te gaan naar dit soort verhalen kweek je een meer realistisch wereldbeeld, en voel je je minder alleen. Zonder ellende geen blijdschap.

                    Bron: Commen.nl

                    #240645
                    Luka
                    Moderator

                      Waarom mannen vaker zelfmoord plegen dan vrouwen

                      “Mannen moeten leren dingen anders aan te pakken, maar vrouwen voelen zich hierbij nog niet op hun gemak. Als maatschappij vinden we dat mannen meer moeten kunnen huilen, als het maar niet om ‘onze man’ gaat”

                      Waarom plegen mannen vaker zelfmoord dan vrouwen?
                      In mijn naaste omgeving zijn er best veel mensen die zelfmoord hebben gepleegd. Mijn eerste ervaring met zelfdoding was toen ik 5 was. In die tijd koos mijn oom Kees ervoor om uit het leven te stappen. Een paar jaar daarna deed de zoon van de beste vriendin van mijn moeder hetzelfde.

                      Ook tijdens de middelbare school kreeg je zo nu en dan mee dat een leeftijdsgenoot zelfmoord had gepleegd. De meest heftige ervaringen met zelfdoding kreeg ik mee toen ik 19 was. In die tijd kreeg ik een relatie met een meisje waarvan haar vader op jonge leeftijd zelfmoord had gepleegd. Toen zag ik pas echt in wat voor impact het heeft op een familie. Dit beeld werd nog een stuk helderder toen een paar jaar later het broertje van een goede vriend zich op 17-jarige leeftijd van het leven ontnam.

                      De rode draad in dit verhaal? Het zijn allemaal mannen. In mijn naaste omgeving ken ik geen enkele vrouw die zelfmoord heeft gepleegd. Dit beeld wordt bevestigd door statistieken. In 2017 overleden 1304 mannen aan zelfmoord, tegenover 613 vrouwen, zo meldt 113 Zelfmoordpreventie.

                      Dit zijn dus in totaal 1917 sterfgevallen door zelfmoord, of vijf mensen per dag. Opvallend is dat vrouwen vaker zelfmoordpogingen ondernemen, maar dat mannen een hogere kans van slaging hebben. Waar komen deze gigantische verschillen vandaan?

                      Mannen zoeken geen hulp
                      De meest voor de hand liggende oorzaak is dat mannen geen hulp zoeken bij problemen. Zij staan over het algemeen negatiever tegenover het zoek van psychologische hulp dan vrouwen, zo concludeert een onderzoek uit 2005.

                      Hierdoor blijven ze gevoelens opkroppen zonder dat erover te praten, bijvoorbeeld met vrienden of familie, of met professionele hulpverleners. Een ander (Amerikaans) onderzoek zegt dat in het jaar voor de zelfmoord slechts 35 procent van de mannen in therapie was, tegenover 58 procent van de vrouwen.

                      “Mannen kunnen veel minder goed over hun gevoelens praten dan vrouwen. Als ze het leven moeilijk vinden, zullen ze dat niet zo snel aan iemand vertellen. Mannen horen niet gevoelig te zijn, denken ze, en moeten sterk zijn. Uiteindelijk zorgt dat ervoor dat ze verdrinken in hun eigen problemen, maar dat met niemand delen.”

                      Het zijn de woorden van journalist Nathan Vos. Hij schreef een boek naar aanleiding van de zelfmoord van zijn jongere broer. Hij schreef het verhaal om zijn eigen verdriet te verwerken. Als onderdeel van dit proces interviewde hij ook 11 weduwes van mannen die hetzelfde deden als zijn broer.

                      Een andere sociale oorzaak is dat mannen minder goed kunnen omgaan met nieuwe levensfases dan vrouwen. “Van scholier naar werknemer, van jongen naar adolescent, van vriendje naar vader. Als ze die nieuwe rol niet kunnen vasthouden, leidt het in hun beleving tot gezichtsverlies”, aldus psychiater Jan Mokkenstorm. “Ze hebben het gevoel alles zelf te moeten oplossen. Zeker als het gaat over praten over hun gevoelens van hopeloosheid.”

                      Mannen willen écht dood, voor heel even dan
                      Ook biologisch zijn er verschillen, zegt psychiater Jan Swinkels. “Bij mannen die zichzelf om het leven willen brengen, zie je dat ze dat vaak maar heel kort willen. Het wordt ze te veel, ze zien geen uitweg, en willen dan zelfmoord plegen. Maar als iemand ze dan tegenhoudt, begrijpen ze soms al een kwartier later niet meer waarom ze uit het leven wilden stappen.”

                      Deze claim wordt gedekt door een onderzoek uit 2011, waarin wordt aangetoond dat mannen over het algemeen impulsiever zijn dan vrouwen. Een andere studie uit 2018 concludeert ongeveer hetzelfde: mannen zouden vooral in het moment zelfmoord willen plegen, terwijl vrouwen meer overmand worden door emoties en niet per se een doodswens hebben.

                      Houd er alleen wel rekening mee dat het verschrikkelijk lastig is om harde uitspraken over dit soort onderwerpen te doen, ook voor wetenschappers. Wel staat als een paal boven water dat mannen doorgaans wat agressiever zijn, en sneller drastische beslissingen nemen. Bovendien drinken mannen die een zelfmoordpoging doen vaker alcohol dan vrouwen. Zoals we allemaal weten neemt dit remmingen weg en ga je er minder helder door nadenken.

                      Het grootste deel van de mensen die een zelfmoordpoging overleeft, is daar achteraf blij mee. Swinkels: “Het hormoon dat vrijkomt bij extreme stress kan het brein als het ware vernietigen. De verbindingen die je gedurende je leven hebt aangemaakt worden zo verbroken. Hierdoor kun je niet meer helder nadenken, waardoor je misschien gaat denken dat suïcide de beste optie is.”

                      “Dat is een mythe”
                      Maar wat kunnen we met z’n allen doen om het schrikbarend hoge aantal zelfmoorden naar beneden bij te brengen? Voordat je die vraag kunt beantwoorden moet je wat weten over de risicogroepen. In tegenstelling tot wat de meeste mensen denken, komt zelfmoord niet het meest voor onder jongeren. “Dat is een mythe”, geeft psychiater Robert Whitley aan. Wel is zelfdoding de belangrijkste doodsoorzaak onder jongeren.

                      Zelfmoord komt namelijk vooral voor onder mensen van middelbare leeftijd (45 tot 60 jaar). “In deze leeftijdsfase raken relatief veel mannen hun baan kwijt, of gaan ze scheiden.” Het risico op zelfdoding neemt toe wanneer mensen door een fase van rouw gaan, bijvoorbeeld om hun baan of relatie. “Mannen verliezen door dit soort ingrijpende gebeurtenissen hun doel in het leven. Ze krijgen hierdoor het gevoel dat de bodem onder hun voeten vandaan zakt”, verklaart Whitley.

                      Mannelijkheid herdefiniëren
                      We moeten daarom als maatschappij anders gaan kijken naar mannelijkheid, vindt Whitley. “Ik vind dat we als maatschappij en cultuur het hele begrip van mannelijkheid moeten gaan herdefiniëren. Ik hoop daarom ook dat het beeld van de ‘zwijgzame man’ in toekomstige generaties verloren gaat.”

                      Julie Campbell, directrice van het Canadees platform voor zelfmoordpreventie, is het hiermee eens, en geeft aan dat hierin een speciale rol voor vrouwen is weggelegd. “Mannen moeten leren dingen anders aan te pakken, maar vrouwen voelen zich hierbij nog niet op hun gemak. Als maatschappij vinden we dat mannen meer moeten kunnen huilen, als het maar niet om ‘onze man’ gaat”, zegt Campbel. “We zitten nog een beetje vast in die klassieke man/vrouw-rollen, en daar moeten we aan werken.”

                      Deze genderpatronen schijnen ook door in het antwoord dat Nathan de Vos, wiens broer zelfmoord pleegde, gaf op de vraag wat je moet doen wanneer je ziet dat een man het moeilijk heeft. “Let een beetje op hem, maar respecteer dat hij het wil oplossen op een mannenmanier.” Dit betekent dat je zo direct mogelijk moet zijn. “Je moet het bespreken. Directe vragen stellen. ‘Ben je wanhopig?’. ‘Denk je aan zelfmoord?’”, geeft psychiater Kerkhof aan.

                      Hierna is het tijd om hulp te zoeken. Mensen denken vaak dat hun zelfmoordgedachten vanzelf overgaan, maar dat is lang niet altijd zo. Kerkhof: “Wie suïcidaal is, moet altijd hulp zoeken.”

                      Bron: Commen.nl

                      #242205
                      Luka
                      Moderator

                        Zet praten over suïcide aan tot suïcide?

                        Kan praten over suïcide mensen op het idee brengen hier zelf iets mee te doen en wat zijn de invloed van media? Olivia Kirtley, postdoctoraal onderzoeker binnen het Centrum voor Contextuele Psychiatrie zocht het voor ons uit. Een verhelderende blog.

                        Praten over suïcide kan een leven redden
                        Over de hele wereld sterven ieder jaar 800.000 mensen door suïcide (WHO, 2017). Dit is ongeveer 1 persoon iedere 40 seconde. Suïcide staat op de tweede plek van meest voorkomende doodsoorzaken bij jongeren tussen de 15 en 24 jaar (WHO, 2018). Het is de laatste jaren ook toegenomen bij mannen van middelbare leeftijd. Er zijn veel fabels rond suïcide. Dat kan ervoor zorgen dat stigma standhoudt en kan leiden tot ongevoelige of zelfs schadelijke omgang met mensen die zich suïcidaal voelen. In deze blog wil ik daarom graag een van deze fabels bespreken. Het idee dat praten over suïcide iemand op het idee kan brengen hier zelf iets mee te doen.

                        Wat laat het onderzoek zien?
                        Veel mensen maken zich zorgen dat praten over suïcide iemand op het idee van suïcide kan brengen. Het zou het risico op suïcide bij deze mensen vergroten. Steeds meer onderzoek laat echter zien dat dit niet het geval is. Twee recente samenvattingen van de literatuur hebben dit laten zien door veel verschillende studies te combineren. Zo heeft een onderzoek data bekeken van 13 verschillende studies en gevonden dat er geen bewijs is dat het vragen naar suïcide of zelfverwonding in het kader van onderzoek leidt tot een toename van stress bij participanten. Nog belangrijker, er was geen bewijs dat het vragen naar suïcide leidt tot een toename van suïcidale gedachten of gedrag.

                        Een nog recentere studie heeft onderzocht of blootstelling aan suïcide-gerelateerde inhoud tijdens deelname aan onderzoek verband hield met het ervaren van meer suïcidale gedachten of gedrag bij deze participanten. Het bewijs liet zien dat deelname aan onderzoek naar suïcide zelfs resulteerde in een kleine afname van suïcidale gedachten en gedrag. Participanten die werden gevraagd wat ze vonden van praten over suïcide tijdens studies rapporteerden vaak juist dat dit een positieve ervaring was. De mogelijkheid om te praten over gedachten en gevoelens rondom suïcide ervoeren ze als positief. Praten over suïcide op een goede manier vergroot dus niet de kans dat een persoon gaat nadenken over suïcide of suïcidaal gedrag zal vertonen. Sterker nog, met iemand over suïcide praten als je bezorgd bent zou zelfs zijn of haar leven kunnen redden.

                        Belangrijke rol van de media
                        Media die schrijven over suïcide hebben echter niet altijd een goede manier praten over suïcide. Dat kan het stigma vergroten en ertoe leiden dat mensen minder snel hun gedachten over suïcide delen. Dat leidt dan weer tot een verhoogd risico op suïcide. Er is veel aandacht geweest in onderzoek naar het effect die media hebben op suïcidale gedachten en gedrag als ze rapporteren over suïcide. Veel landen en organisaties hebben nu richtlijnen voor journalisten opgesteld waarin staat hoe ze veilig kunnen rapporteren over suïcide, bijvoorbeeld de International Association of Suicide Prevention (IASP), en de liefdadigheidsinstelling die zich inzet voor suïcide-preventie in Engeland, de Samaritans.

                        Het sensationeel rapporteren van suïcide kan leiden tot een toename van het aantal zelfdodingen. Als in het nieuws of in TV-programma’s details worden gegeven over de methode die mensen gebruiken, kan dit leiden tot een toename van suïcidepogingen met dezelfde methode. Verantwoordelijke media die over zelfdoding rapporteren kunnen echter juist een positief effect hebben. Het bewijs laat zien dat rapportage van hoe mensen om kunnen gaan met hun suïcidale gevoelens een mogelijk beschermend effect kan hebben.

                        Wat kun je wel doen?
                        Er is geen bewijs dat praten over suïcide op een verantwoordelijke en goede manier de kans zal vergroten dat iemand suïcidaal wordt, of dat dit suïcidale gedachten of gedrag zal verergeren. Ik heb zelf in mijn studies honderden participanten en daarnaast een aantal goede vrienden gevraagd of zij suïcide overwegen. Zelfs met professionele training zal dit nooit een gemakkelijke vraag zijn. Elke keer gaat mijn hart een beetje sneller slaan omdat er altijd een mogelijkheid is dat iemand ‘ja’ zegt.

                        Het is niet meer dan normaal dat zo een belangrijke vraag je raakt. Als je bezorgd bent over iemand die dichtbij je staat en je bent bang dat deze persoon nadenkt over suïcide, zal direct en op een goede manier vragen of deze persoon gedachten heeft over het beëindigen van zijn of haar leven juist datgene kunnen zijn dat deze persoon zijn of haar leven gaat redden, ook al is dit vaak beangstigend voor de persoon die het vraagt. Als de persoon ‘ja’ zegt, is het belangrijkste om te luisteren en ruimte te creëren voor deze persoon om te praten. Daarna kunnen jullie samen uitzoeken wat de juiste extra hulp zou zijn. Je kan naar de huisarts of de psycholoog gaan, contact zoeken met een vriend die je in vertrouwen kan nemen, of een crisislijn bellen, zoals Zelfmoord1813.

                        We moedigen mensen vaak aan om naar anderen te stappen als ze zich suïcidaal voelen, maar als iemand zo een extreem emotionele pijn voelt dat ze nadenken over suïcide, is dit juist het moment waarop ze zich het minst bekwaam voelen om juist dat te doen. Dit maakt dat het juist cruciaal is binnen suïcidepreventie om op mensen waar we ons zorgen over maken af te stappen en te vragen naar hun gedachten en gevoelens.

                        Hulp nodig?
                        Als je je op dit moment suïcidaal voelt en graag wil praten met iemand over hoe je je voelt, of als je je zorgen maakt over iemand die dichtbij je staat, kun je 1813 bellen voor 24/7 anonieme steun via de telefoon. Je kunt ook http://www.zelfmoord1813.be bezoeken voor meer informatie en ondersteuning, bijvoorbeeld veiligheidsplannen. Als je je verdrietig voelt en graag met iemand wil praten, biedt ook Tele-Onthaal, bereikbaar op 106 of via http://www.teleonthaal.be, 24/7 ondersteuning.

                        Bron: Psychosenet.be >>

                      10 berichten aan het bekijken - 61 tot 70 (van in totaal 82)
                      • Je moet ingelogd zijn om een antwoord op dit onderwerp te kunnen geven.
                      gasten online: 18 ▪︎ leden online: 1
                      Ollybolly
                      FORUM STATISTIEKEN
                      topics: 3.768, reacties: 21.161, leden: 2.813