Zwangerschap en opvoeding na seksueel misbruik

Forum Lotgenoten Seksueel Geweld Achtergrond & Informatie Informatieve websites & mediaberichten Zwangerschap en opvoeding na seksueel misbruik

  • Dit onderwerp bevat 24 reacties, 4 deelnemers, en is laatst geüpdatet op 28/04/2023 om 23:16 door Luka.
5 berichten aan het bekijken - 21 tot 25 (van in totaal 25)
  • Auteur
    Reacties
  • #272224
    Luka
    Moderator

      Seksueel misbruik en bevallen: ‘Laat je verloskundige weten wat jouw triggers zijn’

      VRAAG DE VROEDVROUW In deze serie buigt verloskundige Margot van Dijk zich over een vraag uit de praktijk. Deze week is dat: hoe verloopt een bevalling als je ooit slachtoffer bent geweest van seksueel geweld?

      Is seksueel trauma een veelbesproken thema bij de verloskundige?
      ,,We weten dat het bij veel vrouwen speelt. Bedenk dat een op de drie vrouwen ooit in haar leven te maken heeft gehad met seksueel geweld – in gradaties van eenmalige aanranding tot langdurig seksueel geweld of incest. Je kunt je voorstellen dat niet al die vrouwen dat bespreekbaar maken bij de verloskundige, en van veel vrouwen weten we het dus ook niet. Het is fijn als de zorgverlener dit van jou weet, zodat de zorg daarop aangepast kan worden. Bevallen is al zo kwetsbaar.”

      Wat maakt een bevalling anders als je te maken hebt gehad met seksueel geweld?
      ,,Tijdens de zwangerschap en baring kunnen onderzoeken of taalgebruik triggers zijn voor vrouwen die zijn aangerand of verkracht. Vingers in je vagina, als je baby wordt aangelegd voor borstvoeding, of bepaalde woorden of uitspraken tijdens de baring zoals ‘ontspan maar even’ en ‘rustig maar, het is zo voorbij’: het kan dat dit vrouwen triggert of herinnert aan die eerdere gebeurtenis. Het kan zorgen voor een onveilig gevoel, wat invloed heeft op de baring.”

      We kunnen inwendig onderzoek op de baarkruk doen, zodat je niet op je rug ligt en wij erboven – dat voelt al anders in de machtsver­hou­ding

      Wat gebeurt er dan, als je wordt getriggerd?
      ,,Je kunt je over het algemeen onveilig voelen tijdens de zwangerschap en baring en meer pijn ervaren. Vrouwen kunnen gaan dissociëren tijdens een bevalling. Ze zijn dan even helemaal ergens anders, niet aanspreekbaar en zijn hele stukken uit hun herinnering kwijt – net zoals ze dat deden tijdens een verkrachting. Of ze ervaren herbelevingen aan het misbruik. Dat kan zorgen voor schaamte en schuld omdat je tijdens de geboorte van je kind weer aan die verkrachting of aanranding moest denken. Los van getriggerd raken kunnen aanrakingen moeilijk zijn, bijvoorbeeld het voelen van de buik of inwendig onderzoek. Er kan (extreme) angst ontstaan voor zwangerschap en baren.”

      ,,Het kan helpen om je negatieve seksuele ervaring of ervaring met seksueel geweld te bespreken met je verloskundige, dan houden wij daar rekening mee. Als je niet wil dat wij inwendig onderzoek uitvoeren tijdens de bevalling, dan doen we dat niet. Je kunt baren zonder dat er wordt gevoeld. Als we merken dat je gaat dissociëren is het voor ons goed om te weten of je daar wil blijven of teruggehaald wil worden naar het hier en nu. Soms zijn het kleine dingen die kunnen helpen: dat er altijd op de deur wordt geklopt, omdat zo’n ineens openzwaaiende deur een trigger is. Dat is een kleine moeite.

      Als je stop zegt, maar iemand blijft met zijn vingers in je vagina en stopt niet, en je ligt met je benen in beugels, dan heb je feitelijk dezelfde setting als bij een verkrach­ting

      Margot van Dijk

      Wat kunnen jullie als verloskundigen doen als jullie het weten?
      ,,We kunnen vooraf bespreken wat jouw triggers zijn. We vragen toestemming voordat we je aanraken, en dan niet: mag ik je aanraken, maar ‘wil je dat ik je aanraak?’ En het antwoord mag dan ook echt nee zijn. Bij iedereen trouwens, ook als je nooit seksueel geweld hebt meegemaakt.”

      ,,We kunnen inwendig onderzoek bijvoorbeeld op de baarkruk doen, zodat je niet op je rug ligt en wij erboven – dat voelt al anders in de machtsverhouding. Als je een andere, bijvoorbeeld een vrouwelijke, zorgverlener wil dan moeten wij dat heel serieus nemen. Je bevalt maar één keer van jouw baby. Misschien beval je later nog een keer, maar dat is dan van een andere baby. Een doula inzetten is ook nog een optie. Dat gebeurt steeds vaker, en er zijn doula’s die hierin zijn gespecialiseerd die je kunnen helpen. Ook goed om te onthouden: het hoeft helemaal niet dat jouw bevalling je seksuele trauma triggert.

      ,,Overigens worden sommige traumatische baringen ook ervaren als een verkrachting. Als je stop zegt, maar iemand blijft met zijn vingers in je vagina en stopt niet, en je ligt hulpeloos met je benen in beugels – dan heb je feitelijk dezelfde soort setting als bij een verkrachting. In de geboortezorg kunnen we veel sensitievere zorg verlenen dan wij nu doen. Informed consent is belangrijk, maar vooral ook embodied consent. Dat betekent weten en begrijpen, maar ook vóélen waar je ja of nee tegen zegt. En dan zeker weten dat er naar je wordt geluisterd. De geboortezorg rondom seksueel trauma kan nog veel beter.”

      Bron: AD.NL >>

      #273838
      Luka
      Moderator

        Seks na de bevalling: veel vrouwen pleasen hun man

        Er zijn van die verwachtingen over het moederschap die niet bepaald uitkomen als het eenmaal zo ver is. Soms sta je zelfs compleet versteld van wat er met jou als mens, met je lijf of in je omgeving gebeurt. In deze rubriek lees je wat niemand je vooraf vertelde over moeder zijn, maar wat je graag had willen weten. Dit keer: seksualiteit na de bevalling.

        Seks na de bevalling staat misschien niet bovenaan je prioriteitenlijstje. Slaapgebrek, lichamelijk herstel van de bevalling, een compleet nieuwe rol, angst, een veranderd zelfbeeld: verschillende factoren kunnen van invloed zijn op je libido en je seksleven na de komst van een baby. Een studie uit 2005 laat zien dat 83 procent van de stellen drie maanden na de bevalling seksuele problemen ervaart, en na zes maanden was dat nog altijd 64 procent. “Seksualiteitsproblemen zijn helemaal niet gek na een zwangerschap”, zegt medisch seksuoloog Woet Gianotten van de Nederlandse Wetenschappelijke Vereniging voor Seksuologie (NVVS).

        Pijn bij vrijen
        “Voor die problemen zijn zowel lichamelijke als psychische oorzaken te vinden. Eigenlijk kun je die twee niet loskoppelen”, zegt Gianotten, die expert is op het gebied van verloskunde en seksualiteit. “Beide zaken werken op elkaar in, en kunnen voor een vicieuze cirkel zorgen. Heb je bijvoorbeeld door lichamelijke bevallingsschade de eerste keer pijn bij het vrijen, dan kan dat leiden tot angst voor pijn. Daardoor span je de volgende keer je bekkenbodem te veel aan, word je onvoldoende vochtig en ontstaat opnieuw pijn bij penetratie. Zo kun je in een onwenselijk patroon terechtkomen.”

        Borstvoeding en pijn
        Ook het geven van borstvoeding kan tot veranderingen in seksualiteit leiden, weet Gianotten. “Borstvoeding geven heeft natuurlijk veel voordelen voor je kindje en voor je eigen gezondheid, maar de veranderde hormoonspiegel beïnvloedt ook je seksleven. Door het tekort aan oestrogeen blijft het slijmvlies van je vagina vaak heel droog, en door het tekort aan testosteron raak je minder makkelijk opgewonden. Ga je dan toch voor penetratie, dan kan de pijn die erdoor ontstaat tot de eerder genoemde cirkel leiden”, legt hij uit.

        Het advies dat Gianotten veel vrouwen en hun mannen na de bevalling geeft, luidt dan ook: begin niet aan penetratie als je er nog niet écht klaar voor bent. “Veel vrouwen vinden het zielig voor hun man om ze geen seks te geven, en gaan er dan toch in mee terwijl ze er zelf lichamelijk of mentaal nog niet aan toe zijn. Als jij bang bent voor pijn, pijn hebt, je lelijk voelt, geen behoefte voelt: doe het dan nog niet. Je kunt er lange termijn-problemen mee voorkomen.”

        Andere intimiteit
        Samen zoeken naar een andere oplossing, iets dat wel fijn voelt, is een mogelijkheid. “Bespreek waar je tegenaan loopt en kijk hoe je intiem kunt zijn zonder penetratie bijvoorbeeld. Zoenen, vrijen, het met de hand afmaken: jullie kunnen samen wennen aan een andere vorm voor zo lang als dat nodig is”, zegt Gianotten. “Probeer dit al tijdens de zwangerschap eens, daar kun je na de bevalling baat bij hebben. Voel je ook vrij om seksualiteit al tijdens de zwangerschap met je verloskundige te bespreken: deel je twijfels en zorgen gerust.”

        De medisch seksuoloog benadrukt dat het ook zo kan zijn dat je als kersverse moeder juist geen problemen ervaart op seksueel vlak. “Ook dat is niet gek. Waar sommige vrouwen zich wanstaltig voelen over hun veranderde lijf, voelen anderen zich prachtig door hun vollere borsten. De ene vrouw is bang voor lekkende borsten tijdens een orgasme of heeft een partner die dat onsmakelijk vindt, bij het andere stel voegt het juist erotiek toe. In alle gevallen geldt: seksualiteit kan veranderen na de zwangerschap, praat er samen écht over.”

        Bron: Nu.NL >>

        #276764
        Luka
        Moderator

          “‘Ik heb heel lang een verdrietig geheim gehad’, zei mijn zoon zacht”

          Hoe Anke met haar kinderen bespreekt dat er geheimen zijn die je onmiddellijk moet verklappen. Gewoon, omdat ze haar kroost de ellende wil besparen die ze in haar eigen jeugd heeft meegemaakt.

          Het is woensdagochtend en hoewel we eigenlijk moeten opstaan voor school, kruipen mijn kinderen nog even bij mij in bed. Sommige mensen zullen zeggen dat het ongepast is met kinderen van zeven en acht in bed te liggen. Wij weten wel beter. Het is een ideale plek om te knuffelen en te praten over dingen waar je het normaal niet zo snel over hebt. Zo half in de schemer met de gordijnen dicht en de slaap nog in je ogen, praat het net iets makkelijker dan normaal. Op deze plek hebben we al van alles besproken. Verliefdheden, waarom kittens met hun ogen dicht geboren worden, de zieke moeder van een klasgenootje en dat je lava heus wel aan kunt raken, maar dat het dan wel eerst moet stollen.

          Geheimen bespreken
          Vandaag bespreken we geheimen. Het is een gesprek dat ik al vaker heb gevoerd en zo nu en dan herhaal. “Lieverdjes”, zeg ik. “Weten jullie nog dat er twee soorten geheimen zijn? Er zijn vrolijke geheimen, zoals dat je een cadeautje voor iemand hebt, en verdrietige geheimen. Van verdrietige geheimen krijg je pijn in je buik. Word je boos of moet je huilen. Of je bent bang dat je ouders er verdrietig of boos van worden. Of dat je straf krijgt.”
          Ze knikken.
          “Weet een van jullie een voorbeeld van een vrolijk geheim?”
          “Jaaa!” roept mijn dochter meteen. “Toen het bijna Moederdag was en we iets voor je geknutseld hadden, maar we van juf nog niet mochten zeggen wat het was. Dat was zo moeilijk. Ik kan helemaal geen geheimen bewaren. Dus toen had ik het toch verteld.”
          “Sinterklaas”, gaat mijn zoon eroverheen. “Dat is ook een geheim. Een beetje wel en een beetje niet vrolijk. Want het was niet zo leuk dat jullie er niet eerlijk over waren, maar wel leuk dat we nog steeds cadeautjes krijgen.”
          “Klopt. Dat zijn allemaal heel goede voorbeelden. En het geeft niks dat je het moederdagcadeautje verklapt had, hoor. Het was je eigen geheim, dus dan mag dat. Je hoeft alleen geheimen van anderen te bewaren als ze dat aan je vragen. Met je eigen geheimen mag je doen wat je wil. Ze vertellen of ze bewaren, dat maakt niet uit.”
          Ze knikt opgelucht.
          “Behalve bij verdrietige geheimen. Die moet je altijd aan iemand vertellen. Bijvoorbeeld aan mij of papa of juf.”
          “Waarom moet dat?”
          “Omdat verdrietige geheimen zwaar zijn en wij kunnen helpen dragen.”
          “Maar wat als je echt boos wordt?”
          “Ik beloof je dat als je zoiets aan mij vertelt, ik niet boos zal worden.”
          “Heb jij weleens zo’n geheim gehad dan, toen jij klein was?”

          Mijn grootste verdrietige geheim
          Meteen begint mijn hoofd te razen. Het is natuurlijk niet voor niets dat ik dit al van zo jongs af aan met ze bespreek. Ik moet denken aan mijn grootste verdrietige geheim. Bijna dertig jaar hield ik het voor me.

          Ik was acht toen het gebeurde. De puberbroer van een vriendinnetje paste vaak op ons als onze ouders aan het werk waren. Soms speelde hij met ons mee. Maar de spelletjes gingen steeds verder en werden steeds seksueler, al wist ik toen nog niet goed wat dat was. Ik wist wel dat ik er buikpijn van kreeg en moest huilen.

          Toch vertelde ik mijn ouders dit pas vorig jaar. Toen het aan de hand was, durfde ik niet. Te bang dat ze me niet zouden geloven of straf zouden geven om het snoep dat we na afloop altijd aten. Ik wist heus wel dat ik dat niet mocht. Dus bedacht ik smoesjes: ze hebben het druk, ze hebben al veel zorgen, ik wil ze niet boos of verdrietig maken. En ik dacht dat ik misschien iets niet goed begrepen had. Dat ze zouden lachen als ik het zou vertellen. Omdat het heel gewoon was en hoorde bij grotere broers. Ik had niet zo’n broer en mijn vriendinnetje deed of het normaal was. Dus zei ik niks. En ging het door. Tot het vriendinnetje en ik ruzie kregen en ik er niet meer hoefde te spelen.

          Met iemand over praten
          Al deze dingen denk ik, maar net als toen zwijg ik. Ook mijn kinderen wil ik niet verdrietig maken. In plaats daarvan vertel ik ze een ander verhaal dat zich rond dezelfde tijd afspeelde.

          “Vroeger, toen ik zo oud was als jullie, woonde ik natuurlijk nog bij opa en oma. Ik speelde vaak buiten en liep dan uren door de buurt. Opa, oma en ik hadden heel goede afspraken over waar ik wel en niet mocht komen. Op een dag was ik te ver gelopen, naar een straat waar ik niet heen mocht. Er was een klimrek en ik klom erop. Een groter meisje kwam erbij. Zij wilde ook op het klimrek. Ik ging een stukje opzij maar dat was niet genoeg. Ze duwde me eruit en schopte me toen ik op de grond lag ook nog in mijn buik.”
          Hannahs ogen worden groot. “Deed het pijn? Moest je huilen?”
          “Ja, het deed wel pijn, maar nog meer was ik gewoon heel erg geschrokken. Ik ben weggerend.”
          “Ik zou ook heel erg schrikken!” zegt ze. “Heb je het tegen je moeder gezegd?”
          “Nee, want ik was bang dat ik straf zou krijgen omdat ik te ver van huis was gegaan.”
          Allebei knikken ze heftig. Geen straf willen snappen ze best.
          “Wat zielig”, zegt Jakob. “En toen?”
          “Toen ben ik heel lang bang geweest dat ik dat meisje weer tegen zou komen.”
          Ze knikt. “Snap ik.”
          “En je kon er met níemand over praten?” vraagt Jakob.
          “Klopt”, zeg ik.
          “Wel fijn dat je het nu aan ons kunt vertellen, hè mama?”
          “Heel fijn, liefje.”
          We zijn even stil en denken na. Dan vraag ik: “En jullie? Hebben jullie verdrietige geheimen?”
          Nee, schudt mijn dochter meteen. “Ik ben heel slecht in geheimen, zei ik toch.”
          Gelukkig maar, denk ik.
          Jakob kijkt sip en blijft stil.
          “En jij?” vraag ik.
          “Ik heb heel lang een verdrietig geheim gehad”, zegt hij zacht.

          ‘Wie heeft mijn kind pijn gedaan?’
          Mijn hart slaat over. Mijn gedachten gaan als een razende langs alle potentieel gevaarlijke momenten. Dat stomme jongetje uit groep acht, zou die hem pesten? Is het de vader van dat ene vriendje, waarover die rare verhalen gaan? De oppas? Ik vertrouw hem volkomen, maar misschien zit ik ernaast? De verschrikkelijkste scenario’s vliegen door mijn hoofd. Wie heeft mijn kind pijn gedaan en kan ik het wel aan dat te horen? Ga ik niet heel hard huilen als hij eindelijk vertelt wat hij heeft meegemaakt? Kan ik er voor hem zijn zonder dat mijn eigen verdriet en verleden in de weg zitten? Dit was alleen maar een gesprek voor mocht het ooit een keer van pas komen. Om ze te laten weten dat ik er altijd voor ze ben. Ik had er niet op gerekend dat ze écht iets zouden hebben.

          Onopvallend, maar diep opgelucht
          “Wil je het vertellen?” vraag ik duizendmaal rustiger dan ik me voel.
          “Ja.” Hij zucht diep. Zijn ogen staan vol tranen. Ik voel de mijne ook al prikken.
          “Ik had een splinter. En het deed heel erg pijn. Hij zat in mijn vinger en ik voelde hem de hele dag. Maar ik was bang dat als ik er iets van zou zeggen, papa of jij hem eruit zou willen halen en dat wilde ik niet, want dat zou nog meer pijn doen. Of dat ik naar het ziekenhuis zou moeten en ik vind het ziekenhuis eng. Ik moet er nu nog van huilen.”
          Ik adem uit. Onopvallend, maar diep opgelucht. Ik voel een lach opborrelen die ik wegslik.
          Hij heeft hier een tijdje mee gelopen, dus zelfs nu ik het niks bijzonders vind, is het voor hem bloedserieus.
          “Dat zie ik, lief. En dat mag. Het klinkt ook verdrietig. Heeft het lang geduurd?”
          Hij knikt.
          “Heb je er nog pijn van?”
          Hij schudt zijn hoofd.
          “Is de splinter er inmiddels uit?”
          Weer knikt hij.
          “Lukt het even niet om te praten?”
          Weer schudt hij zijn hoofd.
          “Wil je knuffelen?”
          Hij knikt en kruipt tegen me aan. Aan mijn andere kant doet mijn dochter hetzelfde. Als een balletje mens liggen we in het grote bed. We knuffelen alsof ons leven ervan afhangt. En zo voelt het ook.

          De grootte van een splinter
          “Weet je wat?” zeg ik na een tijdje. “Ik beloof hierbij plechtig dat als jullie een verdrietig geheim hebben, wat dan ook, je het kan zeggen. En dat ik niets zal doen wat je niet wil. Ik luister naar je en dan gaan we samen bedenken wat we eraan kunnen doen. Deal?”
          Ik steek mijn hand in de lucht. Twee kleine handjes slaan er tegelijkertijd keihard tegenaan.
          “Deal!”
          En terwijl ik ze uit bed en naar school jaag, denk ik: laten hun verdrietige geheimen alsjeblieft voor altijd de grootte van een splinter in hun wijsvinger blijven.

          Bron: Kekmama >>

          #276938
          Luka
          Moderator

            Schokkende jeugd van moeders negatief voor ontwikkeling kinderen

            Schokkende jeugdervaringen (ACE’s) bij moeders kunnen de mentale en fysieke gezondheid van hun kinderen beïnvloeden, zo melden onderzoekers. De nieuwe studie toont aan dat er een associatie kan worden gevonden tussen (emotionele) mishandeling tijdens de kindertijd van een moeder en een hoger risico op gezondheidsproblemen zoals astma, autisme en depressie bij de volgende generatie.

            De studie, gepubliceerd in The Lancet Public Health en uitgevoerd door Universitätsmedizin Berlin, toont aan dat gezondheidsproblemen vaker voorkomen bij kinderen van moeders die zelf mishandeling hebben meegemaakt als kind. De onderzoekers definiëren mishandeling als fysiek, emotioneel of seksueel misbruik of verwaarlozing door een ouder of voogd, wat leidt tot fysieke of emotionele schade of de dreiging van schade aan een kind. Dit zijn de zogenaamde Adversity Childhood Experiences (ACE’s), die kunnen leiden tot trauma.

            De onderzoekers ontdekten dat kinderen van moeders die nadelige ervaringen rapporteerden een hoger risico hadden op astma, aandachtstekort-/hyperactiviteitsstoornis (ADHD) en autisme. Deze kinderen hebben ook een hogere aanwezigheid van symptomen en gedragingen die verband houden met depressie- en angststoornissen, die bekend staan als ‘internaliserende’ stoornissen. Dochters van moeders in deze groep lopen ook een hoger risico op obesitas dan hun zonen.

            Vroegsignalering en ondersteuning
            ‘Al deze verbanden zijn onafhankelijk van de vraag of de moeder dezelfde diagnose heeft’, aldus dr. Claudia Buss, hoogleraar aan het Instituut voor Medische Psychologie aan de Charité en hoofdauteur van de studie. ‘Dat suggereert dat het risico op dat specifieke gezondheidsproblemen niet genetisch wordt overgedragen.’ Buss gaat ervan uit dat passende ondersteuning van moeders die lijden onder de gevolgen van kindermishandeling een positief effect kan hebben op hun gezondheid en welzijn en dat van hun kinderen. “Het is heel belangrijk om deze moeders en kinderen in een vroeg stadium te identificeren”, benadrukt Buss. Een manier om dit te doen, is door artsen tijdens prenatale of pediatrische controles de eigen ervaringen uit de kindertijd van ouders te laten bespreken. Plus hen informatie te geven over hoe ze contact kunnen opnemen met verschillende ondersteuningsprogramma’s of adviesdiensten.

            Twee generaties helpen
            Dit soort vroege interventie kan twee generaties helpen:

            de ouder, die mishandeling heeft meegemaakt en mogelijk gezondheidsgevolgen heeft;
            het kind, omdat mogelijk kan worden voorkomen dat het gezondheidsproblemen krijgt.

            Het ontwikkelen van nieuwe, gerichte therapeutische maatregelen zal afhangen van een beter begrip van de exacte mechanismen waarmee het verhoogde risico op gezondheidsproblemen wordt doorgegeven aan de volgende generatie. Daar werkt het onderzoeksteam momenteel aan. De onderzoekers zijn ook van plan om vervolgstudies uit te voeren om te onderzoeken welke kinderen veerkrachtig blijven, zodat ze na één generatie geen gevolgen ondervinden. Afgezien daarvan zijn er aanwijzingen dat ook de ervaringen van vaders kunnen worden doorgegeven aan de volgende generatie. Wel gebeurt dit in sommige gevallen via andere mechanismen dan die bij de overdracht van moeder op kind.

            Bron: VakbladVroeg >>

            #276939
            Luka
            Moderator

              Schokkende jeugd van moeders negatief voor ontwikkeling kinderen

              Schokkende jeugdervaringen (ACE’s) bij moeders kunnen de mentale en fysieke gezondheid van hun kinderen beïnvloeden, zo melden onderzoekers. De nieuwe studie toont aan dat er een associatie kan worden gevonden tussen (emotionele) mishandeling tijdens de kindertijd van een moeder en een hoger risico op gezondheidsproblemen zoals astma, autisme en depressie bij de volgende generatie.

              De studie, gepubliceerd in The Lancet Public Health en uitgevoerd door Universitätsmedizin Berlin, toont aan dat gezondheidsproblemen vaker voorkomen bij kinderen van moeders die zelf mishandeling hebben meegemaakt als kind. De onderzoekers definiëren mishandeling als fysiek, emotioneel of seksueel misbruik of verwaarlozing door een ouder of voogd, wat leidt tot fysieke of emotionele schade of de dreiging van schade aan een kind. Dit zijn de zogenaamde Adversity Childhood Experiences (ACE’s), die kunnen leiden tot trauma.

              De onderzoekers ontdekten dat kinderen van moeders die nadelige ervaringen rapporteerden een hoger risico hadden op astma, aandachtstekort-/hyperactiviteitsstoornis (ADHD) en autisme. Deze kinderen hebben ook een hogere aanwezigheid van symptomen en gedragingen die verband houden met depressie- en angststoornissen, die bekend staan als ‘internaliserende’ stoornissen. Dochters van moeders in deze groep lopen ook een hoger risico op obesitas dan hun zonen.

              Vroegsignalering en ondersteuning
              ‘Al deze verbanden zijn onafhankelijk van de vraag of de moeder dezelfde diagnose heeft’, aldus dr. Claudia Buss, hoogleraar aan het Instituut voor Medische Psychologie aan de Charité en hoofdauteur van de studie. ‘Dat suggereert dat het risico op dat specifieke gezondheidsproblemen niet genetisch wordt overgedragen.’ Buss gaat ervan uit dat passende ondersteuning van moeders die lijden onder de gevolgen van kindermishandeling een positief effect kan hebben op hun gezondheid en welzijn en dat van hun kinderen. “Het is heel belangrijk om deze moeders en kinderen in een vroeg stadium te identificeren”, benadrukt Buss. Een manier om dit te doen, is door artsen tijdens prenatale of pediatrische controles de eigen ervaringen uit de kindertijd van ouders te laten bespreken. Plus hen informatie te geven over hoe ze contact kunnen opnemen met verschillende ondersteuningsprogramma’s of adviesdiensten.

              Twee generaties helpen
              Dit soort vroege interventie kan twee generaties helpen:

              de ouder, die mishandeling heeft meegemaakt en mogelijk gezondheidsgevolgen heeft;
              het kind, omdat mogelijk kan worden voorkomen dat het gezondheidsproblemen krijgt.

              Het ontwikkelen van nieuwe, gerichte therapeutische maatregelen zal afhangen van een beter begrip van de exacte mechanismen waarmee het verhoogde risico op gezondheidsproblemen wordt doorgegeven aan de volgende generatie. Daar werkt het onderzoeksteam momenteel aan. De onderzoekers zijn ook van plan om vervolgstudies uit te voeren om te onderzoeken welke kinderen veerkrachtig blijven, zodat ze na één generatie geen gevolgen ondervinden. Afgezien daarvan zijn er aanwijzingen dat ook de ervaringen van vaders kunnen worden doorgegeven aan de volgende generatie. Wel gebeurt dit in sommige gevallen via andere mechanismen dan die bij de overdracht van moeder op kind.

              Bron: VakbladVroeg >>

            5 berichten aan het bekijken - 21 tot 25 (van in totaal 25)
            • Je moet ingelogd zijn om een antwoord op dit onderwerp te kunnen geven.
            gasten online: 32 ▪︎ leden online: 0
            No users are currently active
            FORUM STATISTIEKEN
            topics: 3.764, reacties: 21.142, leden: 2.811