In De Limburger stonden net na het overlijden van de Maastrichtse muzikant verschillende rouwadvertenties met daarin al verwijzingen naar een hardcore-achtergrond. En in een mooi geschreven postuum stond daar dat ene zinnetje dat me op de terugreis van Maastricht naar Amsterdam maar niet losliet
Er was Richie Backfire in zijn leven iets overkomen, dat hij niet had kunnen verwerken, stond er. Er was iets gebeurd in zijn jeugd dat hij niet te boven was gekomen. Verdere uitleg bleef uit.
Op 24 juli 1999, vier maanden na zijn dood, stond mijn verhaal in de Volkskrant. Dankzij zijn ouders en zijn beste maten ontstond een beeld van een grote getatoeëerde reus met ringen in zijn oren, die met een jeugdtrauma worstelde. Niemand kon zich voorstellen dat die altijd uitgelaten jongen diep ongelukkig was. Niemand kon zich voorstellen dat die hardhitting drummer die zijn hart had verpand aan snoeiharde hardcore-punk, het liefst zijn intiemste gevoelens met iedereen wilde delen.
Op achtjarige leeftijd was hij verkracht door een man. Het ging om ‘een grote vent’ die daarna in een auto ‘met een Belgisch nummerbord’ stapte, zo had hij zijn ouders na lang aandringen verteld. Uit schaamte had hij 18 jaar zijn mond gehouden.
De enige plek waar het ware verhaal stond afgedrukt, was zijn lichaam. Op zijn buik stond in grote sierletters geschreven: Victim in Pain (slachtoffer met pijn), ook de titel van zijn favoriete nummer van zijn favoriete Amerikaanse band: Agnostic Front.
Als drummer had hij naam gemaakt in de internationale hardcorescene. Backfire! was, net als zijn andere band Right Direction toonaangevend in Europa en stond op vele grote festivals. Een doorbraak in de Verenigde Staten was aanstaande. Maar Richard leek in de laatste maanden van zijn leven zelfs geen steun meer te vinden in de muziek. Hij was depressief, stond onder behandeling van de Riagg en had de jongens van de band verteld waarom het leven hem zwaar lag. Op 20 maart 1999 werd hij door verkenners in het bos gevonden. Naast hem lag een wapen, een half opgerookte joint, en een rugzak met daarin een pak bokkenpootjes en een fles Spa.
Nu, ruim twee jaar na zijn dood, zendt BNN een documentaire uit over Richard Bruinen. Uit dit liefdevolle portret blijkt vooral de worsteling van de overgebleven vrienden van Richie. Wat hadden ze kunnen doen om zijn zelfmoord te voorkomen? Waarom waren zijn noodkreten nooit echt tot hen doorgedrongen?
En we zien in deze documentaire een levende Richie. Een jongen met goede zin, die een etmaal twee keer beleefde. Een jongen die zijn leven leek te vullen met muziek en bier drinken met zijn vrienden. Tegelijkertijd was die twee meter hardcore, twee meter niet verwerkt leed.