‘Ons gezondheidssysteem discrimineert wie psychisch kwetsbaar is’

Forum Lotgenoten Seksueel Geweld Achtergrond & Informatie Opinie & actualiteit ‘Ons gezondheidssysteem discrimineert wie psychisch kwetsbaar is’

  • Dit onderwerp bevat 0 reacties, 1 deelnemer, en is laatst geüpdatet op 08/01/2022 om 21:32 door Luka.
1 bericht aan het bekijken (van in totaal 1)
  • Auteur
    Reacties
  • #269434
    Luka
    Moderator

      ‘Ons gezondheidssysteem discrimineert wie psychisch kwetsbaar is’

      Psychiater Kirsten Catthoor roept onze beleidsmakers tot de orde: “Mensen met psychische klachten kunnen systematisch op minder goede zorg rekenen dan mensen die een lichamelijk probleem hebben. Het is pure discriminatie.”

      Onrecht
      “Ik verdraag geen onrecht”, begint Kirsten Catthoor. “Verontwaardiging is de motor van mijn engagement als hulpverlener.”

      Haar verontwaardiging klinkt door tijdens het hele gesprek. Catthoor behandelt mensen met een psychosegevoeligheid in het ZNA Psychiatrisch ziekenhuis Stuivenberg. Ze is ook wetenschappelijk secretaris bij de Vlaamse Vereniging voor Psychiatrie.

      ‘We verdragen dit woekerende onrecht niet langer.’

      “Wie kampt met een angststoornis of depressie verdient een even goede behandeling als iemand met een somatisch probleem zoals nierinsufficiëntie of kanker. Dat is vandaag niet het geval. Ons gezondheidssysteem discrimineert mensen met een psychische kwetsbaarheid. Zij kunnen systematisch op minder goede zorg rekenen dan mensen met een lichamelijk probleem.”

      “Dagelijks zie ik kwetsbare mensen ploeteren. Ze lijden psychisch maar vinden geen hulp. Momenteel spenderen we 6 procent van het totale zorgbudget aan geestelijke gezondheidszorg. Dat is schandalig weinig, de OESO stelt minstens 10 procent voorop.”

      Waarom is die kloof problematisch?

      “Mensen die ergens aankloppen voor psychische hulp botsen vaak op ellenlange wachtlijsten. Zou jij het rechtvaardig vinden als je meer dan honderd dagen moet wachten op een kankerbehandeling?”

      “Onbehandeld kan ook een depressie dodelijk zijn, hé. Neuro-psychiatrische aandoeningen verminderen het aantal gezonde levensjaren met 30 procent. Ter vergelijking: voor een ziekte als kanker ligt dat cijfer op 15 procent. Een somatisch probleem behandelen we, een geestelijk niet, of niet snel genoeg. Die nalatigheid kost ons land jaarlijks 20,7 miljard euro door gezondheidsuitgaven, uitkeringen en verminderde economische productiviteit.”

      “Overmorgen, tijdens de tweede Staten-Generaal voor de Geestelijke Gezondheidszorg luiden we daarover opnieuw de alarmbel. Eensgezind. Het capaciteitsprobleem in vrijwel alle vormen van geestelijke gezondheidszorg moet nu weggewerkt worden. We verdragen dit woekerende onrecht niet langer.”

      Waarom voelen politici de urgentie niet?

      “Amper twee jaar geleden onthulde een kabinetsmedewerker dat er op interministeriële conferenties ongemakkelijk gegniffeld wordt als geestelijke gezondheid aan bod komt. Er bestaat nog altijd een zekere gêne over. Psychische problemen beschouwt men als een uiting van labiliteit, je moet zoiets niet te ernstig nemen.”

      ‘Politici gniffelen ongemakkelijk als geestelijke gezondheid aan bod komt.’

      “Het laatste jaar lijkt er wel een grotere sense of urgency te ontstaan. Mentale problemen staan hoger op de agenda dankzij de pandemie. Zo is covid-19 toch nog ergens goed voor.”

      Sommigen voorspellen dat meer capaciteit de wachtlijsten niet oplost. Het kan zelfs een ‘aanzuigeffect’ creëren.

      “Dat is een schoolvoorbeeld van ‘blaming the victim’. Iemand die een psycholoog opzoekt, doet dat toch niet voor zijn plezier? Ik ga ervan uit dat die persoon hulp nodig heeft. We missen vandaag middelen en mensen op de eerste, tweede en de derde lijn. Vanuit die vaststelling vind ik de idee van een aanzuigeffect een gruwelijk onrecht.”

      Waarom is de geestelijke gezondheidszorg zo’n ondergeschoven kindje?

      “Dat is historisch gegroeid. Vroeger bestond er minder evidentie rond het bestaan en de aanpak van psychische problemen. Mensen die zich vreemd gedroegen, schreef men ‘rust’ voor, liefst op een afgelegen plek. Het is geen toeval dat veel psychiatrische instellingen vlakbij grote treinverbindingen liggen. Iets wat je niet begrijpt, duw je zo ver mogelijk weg.”

      ‘Iemand die een psycholoog opzoekt, doet dat toch niet voor zijn plezier?’

      “Wat we wel moeten toegeven: tot het begin van de 21ste eeuw lieten psychiatrische behandelingen soms te wensen over. Er werd geëxperimenteerd en af en toe liep dat fout. Maar sinds de jaren zestig maakten we reuzensprongen.”

      Vertel.

      “Eerst was er de ontdekking van antipsychotica en antidepressiva. Een echte doorbraak in de behandeling van zware aandoeningen. Men ging ook meer systeemtherapeutisch werken, vanuit iemands context en omgeving. Nu huldigen we de herstelvisie. Wie is de mens achter de aandoening? Wat wil hij bereiken? Anno 2021 kunnen we onze voet gerust naast die van de somatische zorg zetten. In de herstelvisie lopen we zelfs voorop.”

      De federale regering wil 200 miljoen extra investeren, onder meer in de eerste lijn en ambulante zorg. Een hoopvol signaal?

      “Meer investeren in eerstelijnspsychologen is een goede zaak. Via vroegdetectie kan je mensen met milde klachten hopelijk vrijwaren van een psychiatrische carrière. En ook de mobiele teams kunnen extra middelen gebruiken.”

      “Die teams ontstonden oorspronkelijk vanuit een besparingsidee. Als je ziekenhuisbedden afbouwt en de vrijgekomen middelen inzet voor psychische zorg aan huis, zal je meer kunnen doen met minder geld. Dat was de logica. De realiteit ontvouwde zich anders.”

      Wat gebeurde er?

      “Naarmate mobiele teams dieper in de samenleving doordrongen, bereikten ze mensen die vroeger door de mazen van het net glipten. Aanklampende en laagdrempelige zorg brengt mensen in beeld die zich lange tijd schuilhielden achter de sanseveria’s op het platteland of achter een groezelig gordijn in de stad.”

      ‘Onze mobiele teams bereiken nieuwe mensen die er vaak slecht aan toe zijn.’

      “Die mensen zijn er vaak slecht aan toe. Ze staan voor een hoop extra, complexe hulpvragen waarop die mobiele teams niet altijd een gepast antwoord hebben. Daarvoor missen ze simpelweg gespecialiseerde hulpverleningsuren.”

      “Hoe geef je die vergeten groep de juiste zorg? Vaak lukt dat alleen door hen naar een psychiatrisch ziekenhuis te verwijzen. Dát is het aanzuigeffect waarover we het moeten hebben. Als mobiele teams meer mensen bereiken dan voorzien, moet je ook meer middelen voorzien. Nu moet de oorspronkelijke doelgroep van de teams de beschikbare zorg delen met nieuwkomers. Zo krijgt iedereen minder dan beloofd.”

      Ging men te snel?

      “Ik miste inderdaad een overgangsfase. Beleidsmakers hadden beter eerst ingezet op mobiele equipes om pas daarna, behoedzaam, de bedden af te bouwen.”

      ‘Zonder leefbaar inkomen, dweilen we als hulpverleners met de kraan open.’

      “Je kan mensen met een ernstige stoornis niet zomaar uit psychiatrische instellingen halen zonder hen een kwaliteitsvol alternatief te bieden. Ook buiten de ziekenhuismuren hebben patiënten nog nood aan opvolging door een huisarts, psychiater, psycholoog, sociaal werker en huishouddiensten.”

      Waaraan hebben deze mensen het meeste nood?

      “Basisveiligheid. Wie ernstig ziek is, moet zijn huishuur, medicijnen, medische opvolging en huishoudhulp vaak bekostigen met een bescheiden vervangingsinkomen. Probeer dan maar eens te overleven met 900 euro in de maand. Dat lukt niet. Zonder een leefbaar inkomen, dweilen we als hulpverleners met de kraan open. Want arm maakt ziek en ziek maakt arm. Ook in de geestelijke gezondheidszorg.”

      “Bovendien discrimineert het systeem van invaliditeitsuitkeringen mensen met een psychische handicap. De vragenlijst waarmee je zo’n uitkering kan aanvragen, peilt vooral naar de mogelijkheden om je zelfstandig te verplaatsen, boodschappen te doen en te koken. Op die manier negeer je wat iemand met pakweg een psychose afremt in het leven. Die persoon kan fysiek de bus nemen, maar dat is het punt niet.”


      “Arm maakt ziek en ziek maakt arm. Ook in de geestelijke gezondheidszorg.”

      Wie coördineert de zorg van deze mensen buiten de ziekenhuismuren?

      “De Centra voor Geestelijke Gezondheidszorg zouden een belangrijke rol kunnen spelen, maar zij mogen alleen kortdurende hulp bieden bij milde klachten. Niet het profiel van mensen met een ernstige problematiek. Dus is het roeien met de riemen die we hebben. Niemand lijkt momenteel het volledige overzicht te hebben.”

      “Het gebrek aan integrale, betaalbare hulp laat veel mensen noodgedwongen terugkeren naar de ziekenhuizen. Zolang men vermaatschappelijking van zorg als een besparing ziet, zal de hele operatie nooit echt slagen.”

      Zorgnet-Icuro pleitte onlangs voor een data-gedreven geestelijke gezondheidszorg die meer inzet op vroegdetectie en preventie bij jongeren.

      “Ik volg absoluut de logica dat we problemen moeten voorkomen. Of ze tenminste zo snel mogelijke detecteren. In het rapport van Zorgnet-Icuro lees ik dat mensen vaak geen hulp zoeken omdat ze de ernst van hun klachten onderschatten. Daaruit concludeer ik dat we tijdens de schoolcarrière veel meer moeten inzetten op psycho-educatie.”

      ‘Op school raakt men meestal niet verder dan de emoties bang, blij, boos en verdrietig.’

      “Vanaf dag één leren kleuters over emoties. Helaas raakt men meestal niet verder dan bang, blij, boos en verdrietig. Complexere gevoelens zoals bijvoorbeeld schaamte, een laag zelfbeeld of ongemak in relaties vinden te weinig hun weg naar de klaslokalen.”

      “Dat is niet per se de schuld van de leerkracht. Gelaagde emoties op een goede manier aanbrengen, veronderstelt een zekere expertise van lesgevers en opvoeders. Ze moeten hiervoor opgeleid worden.”

      Moeten we de klemtoon verleggen naar die aanpak stroomopwaarts? Mensen gezond houden in plaats van hen te behandelen voor ziekte?

      “Nogmaals, we hebben nood aan extra middelen op álle niveaus. Met verschuivingen alleen zullen we het niet redden.”

      “Bij een aanzienlijke groep kwetsbare mensen slaagden we er immers niet in om hun problemen tijdig op te pikken en te behandelen. Zij mogen er niet de dupe van worden dat we nu plots wel ernstig gaan investeren in een preventieve aanpak. Iedereen moet kunnen rekenen op een betere zorg.”

      De vraag is toch ook wat je als geestelijke gezondheidszorg doet met dat extra geld. Kunnen meer middelen bijvoorbeeld zorgen voor minder dwangmaatregelen in de psychiatrie?

      “Dat denk ik wel. In ons ziekenhuis vermijden we dwangmaatregelen zo veel mogelijk. Als iemand een zware crisis doormaakt, doen we er alles aan om het probleem al pratend op te lossen. We halen er verschillende hulpverleners bij en zoeken in samenspraak met de patiënt naar een compromis. Soms praten we anderhalf uur op iemand in.”

      ‘Het is onze taak om te zorgen voor mensen, niet om ze te straffen.’

      “Zo’n menselijke aanpak lukt beter als er voldoende personeel beschikbaar is. Per shift twee extra hulpverleners inschakelen, maakt een wereld van verschil.”

      Vormen dwangmaatregelen soms een gemakkelijkheidsoplossing?

      “Dat lijkt misschien zo, maar ik kan je verzekeren: mensen isoleren of fixeren maakt de zaken niet gemakkelijker. Voor niemand. Dwangmaatregelen zetten de vertrouwensrelatie met de patiënt onder druk. Ook het zorgpersoneel functioneert beter als het kijkt naar wat iemand in een bepaalde situatie nodig heeft, in plaats van wat procedures voorschrijven.”

      Hoe komt het dan dat er nog steeds schokkende verhalen opduiken zoals dat van Laura De Houwer?

      “Eerlijk? Ik weet het echt niet. Ik zie heel veel plekken waar men met succes inzet op dwangvermindering. En dan lees je zo’n verhaal. Hoe iemand haar behandeling, bedoeld om haar te beschermen, als een straf ervaart. Hoe iemand zich zo zwaar in de steek gelaten voelt door hulpverleners. Ik vond dat verbijsterend. Het is onze taak om te zorgen voor mensen, niet om ze te straffen.”

      ‘Mensen isoleren of fixeren maakt de zaken niet gemakkelijker.’

      “Al wil ik niet vervallen in zwart-witdenken. Je zal dwangmaatregelen nooit helemaal kunnen uitbannen. Vorige week trok een van onze patiënten de haren van een verpleegkundige uit. Dan moet je ingrijpen.”

      “Maar in de meeste crisissituaties bemoeilijken dwangmaatregelen het hulpverleningstraject. Je laat patiënten veel beter mee nadenken over hun behandeling. De idee dat je dwang kan inzetten als gemakkelijkheidsoplossing is een schrijnend misverstand.”

      Patiënten inspraak geven op hachelijke momenten: het klink als de herstelvisie in de praktijk.

      “Inderdaad. Zoals ik eerder zei: de herstelvisie is een belangrijke paradigmashift waarin we vooroplopen. Ik zie steeds meer initiatieven rond herstelgerichte zorg, participatie van familieleden en gedeelde besluitvorming. Dat stemt me hoopvol.”

      ‘De herstelvisie mag geen alibi zijn om kwetsbare mensen sneller op te geven.’

      “Maar het herstelidee plaatst ons ook voor uitdagingen. Soms weigeren mensen medicatie of willen ze belangrijke aanpassingen doorvoeren in hun behandeling. Wat doe je als psychiater als iemand zichzelf daarmee in problemen dreigt te brengen?”

      De regie overnemen?

      “Te allen tijde goed uitleggen wat de voor- en nadelen zijn van bepaalde keuzes. De herstelvisie mag geen alibi zijn om kwetsbare mensen sneller dan vroeger op te geven. Als hulpverlener moet je je expertise blijven inbrengen en ijveren voor een grondig debat met alle betrokkenen. Als je merkt dat mensen de gevolgen van hun acties niet correct inschatten, moet je hen durven tegenspreken. Blind meegaan in elk voorstel heeft voor mij niets te maken met herstel.”

      Hoe kan de samenleving bijdragen tot het herstel van psychisch kwetsbare mensen?

      “Als maatschappij moeten we psychische problemen leren omarmen als een normale, alledaagse zaak. We zitten allemaal op hetzelfde spectrum: iedereen is kwetsbaar op zijn manier. Je kan onmogelijk een muur plaatsen tussen gezond en ongezond. Dat is zo in de somatische zorg, dus waarom niet in de geestelijke?”

      ‘Je kan onmogelijk een muur plaatsen tussen gezond en ongezond.’

      “Hoe tolerant zijn we naar mensen die anders zijn? Dat is de kernvraag. Kinderen bekijken elkaar over het algemeen op een onbevangen manier. Mijn eigen kinderen spreken bijvoorbeeld heel losjes over klasgenoten met dyslexie. Medemensen stigmatiseren omwille van hun anders zijn, is aangeleerd gedrag. Niemand stigmatiseert van nature uit.”

      Maakt de samenleving mensen ziek?

      “Het aantal psychische stoornissen blijft relatief constant doorheen de tijd. Het is dus te makkelijk om alle schuld op de samenleving af te schuiven. Want waarom wordt dan niet iedereen ziek? Een psychische kwetsbaarheid vloeit bijna altijd voort uit meerdere factoren. Dat betekent dat ook een behandeling niet eenzijdig mag focussen op één factor.”

      “Je moet breed kijken en werken met verschillende strategieën: medicatie, psychotherapie, psycho-educatie, sociale interventies…”

      Is de geestelijke gezondheidssector klaar om puin te ruimen na de coronacrisis?

      “Daar zijn we nu al mee bezig. In het verleden zagen we vooral na crisisperiodes een collectieve mentale terugslag. Nu laat die achteruitgang zich ook al tijdens de crisis voelen. Dat voorspelt niet veel goeds. Als mensen zonder een psychische voorgeschiedenis al in moeilijkheden komen, wat dan met kwetsbare mensen?”

      “Ik zie veel engagement en creativiteit. We doen ons uiterste best om een vangnet te spannen waar nodig. Maar ik eindig zoals ik begon. Zonder extra middelen kunnen we mensen met psychische klachten niet de hulp geven die ze verdienen.”

      Bron: Sociaal.net >>

    1 bericht aan het bekijken (van in totaal 1)
    • Je moet ingelogd zijn om een antwoord op dit onderwerp te kunnen geven.
    gasten online: 15 ▪︎ leden online: 0
    No users are currently active
    FORUM STATISTIEKEN
    topics: 3.893, reacties: 22.119, leden: 3.039